In een land als Libanon lijkt alles op het eerste gezicht vredig. Schoon, modern en een goede opvang voor vluchtelingen. Het land staat echter op imploderen, concludeert journalist Fidan Ekiz na haar reis met War Child voor onderwijsprojecten ten behoeve van vluchtelingenkinderen.

Fidan Ekiz maakte op 28 februari een vijfdaagse reis naar Libanon, om te kijken hoe de situatie in dat land was en hoe de onderwijsprojecten van War Child in zijn werk gingen. Op de eerste indruk van Libanon kan ze geen vat krijgen. Het moderne Arabische land met schone scholen, een goed lesprogramma en moderne kleding geven een vredige indruk.

Imploderen

“Ik dacht wat vredig. Goed dat een klein landje zoveel mensen opvangt samen met Jordanië en Turkije.” Hiervoor heeft de Europese Unie 1,4 miljard euro beschikbaar gesteld. Dit geld gebruiken de landen voor de toegenomen vluchtelingenstroom en de opvang in de regio. “Pas als je de vluchtelingen ziet en die wereld binnen komt, weet je pas wat er echt aan de hand is.”

Ze kwam al snel op terug op de gedachte. “Als je er bent, merk je de onderhuidse spanningen pas.” Ondanks dat de projecten zich richten op onderwijs, werkgelegenheid, basisbehoeften en psychosociale hulp, staat het land op imploderen. “Vooral door de grote hoeveelheid mensen die er nu wonen.” Het land telt op het moment 6 miljoen mensen, waarvan 1,2 miljoen Syriërs en een half miljoen Palestijnen.

Tekst gaat verder onder de foto.

Betere voorzieningen

Vooral Libanezen lijden onder de toegenomen vluchtelingenstroom. “Een Libanese vader vertelde mij dat hij liever een Syriër was geweest, zodat hij het nu beter zou hebben.” Hiermee doelt hij op de werkgelegenheid. De Syriërs pakken in zijn ogen vooral alle banen in en krijgen daarnaast ook nog betere voorzieningen.

In tegenstelling tot wat Libanezen denken, willen de Syriërs echter terug. “Sommigen hebben het wel beter, maar mensen missen hun huis en er is sprake van discriminatie.” Wel geven de vluchtelingen toe dat het financieel wel een betere toekomst biedt.

Verwijt

Deze overbevolking is niet het enige dat voor spanningen zorgt. “Ook de balans tussen Soennieten, Sjiieten en Christenen is verstoord.” In het westen hebben de inwoners het vaak over de moslims die naar het gebied komen, terwijl zo’n onderscheid in de ogen van Fidan Ekiz niet gemaakt mag worden. “De Libanezen zitten alleen helemaal niet op Syriers te wachten.” 

In Nederland is er vaak sprake van een wij/zij-verhaal, terwijl dat in een land als Libanon veel minder is. “De Nederlandse moslimgemeenschap verwijt de vluchtelingen er ook van dat zij zich teveel afscheiden.” Hiermee lopen de spanningen alleen maar meer op, zoals ook nu in Libanon het geval is.

Tekst gaat verder onder de foto.

Oplossing

De onderwijsprojecten van War Child zijn een lichtpunt in deze duisternis. “Je helpt er maar een paar, maar ze komen wel beter terecht. Want er komt geen einde aan de oorlog en ze zijn bijna nergens welkom.” Ekiz vindt het hartverscheurend om te zien en mee te maken.

Fidan Ekiz vindt dat er een oplossing moet komen voor het probleem. In haar moeten meer landen vluchtelingen opnemen, voordat het tot een burgeroorlog uitdraait. “Omliggende landen pompen er wel geld in. Maar in een land met zoveel gevoelige politieke geschiedenis is de emmer op een gegeven moment vol.”

meer van Bureau Buitenland