Laatst kwam ik Natalie tegen. Ja die. Ken ik nog van vroeger. We hadden ooit een... hoe zal ik het zeggen? Een bijeenkomst, in meerdere bedrijven

Geloof het of niet. Daarna ging het snel. Met mij bergafwaarts, met haar sky high. Zegt ze me nu, tien jaar later: ‘ik had best een kind van je gewild.’ Ik dacht, mens je weet niet wat je zegt. Maar dat zei ik niet. In plaats daarvan bedankte ik haar voor de gemiste kans.

  Het was een ongebruikelijke ochtend. Ik kom nauwelijks nog in Amsterdam en zij gegarandeerd nog minder. Waarom ik ervoor koos om met een omweg naar Centraal te lopen weet ik niet meer. Ik had thuis genoeg te doen, of was dat juist de reden geweest? Hoe dan ook, ik liep haar tegen het lijf, letterlijk, in de drukte bij de pont. Ik zag dat ze nog even gesoigneerd was als toen. Aan extravertheid had ze evenmin ingeleverd. Opnieuw was ik verbaasd over haar geringe lengte. Eigenlijk was het helemaal niet mogelijk om tegen haar op te kijken, bedacht ik me. Toch was ik dat de afgelopen jaren meer en meer gaan doen. Ze komt nogal eens voorbij in de media. Heel comfortabel voelde ik me er dus niet bij, zeker niet toen ik merkte dat er naar ons werd gekeken. Of was het alleen naar haar?

  Haar plotse bekentenis, hoe absurd ook, maakte wel dat het ijs snel was gebroken. Ze vroeg me wat ik tegenwoordig uitspookte. Ik vertelde haar over mijn bestaan als huisman en vader van drie. Dat jaren met opgroeiende kinderen voorbij vliegen, maar die, gek genoeg, bestaan uit dagen die voorbij kruipen.

  Ze vertelde over haar leven in LA. Over het eindeloze wachten op filmsets, en draaiperiodes die in een vloek en een zucht voorbij zijn. Hoe ze geleefd werd door de agenda’s van de studio’s en daardoor vaker ‘nee’ moest verkopen dan haar lief was.

  Ik deelde mijn worsteling met tijd en verplichtingen. Hoe een ziek kind je zorgvuldig geplande weekendje weg totaal overhoop kan gooien. Eerst de teleurstelling, dan het gevoel van machteloosheid wanneer je kind maar niet beter wordt.

  Ze kon zich inleven in mijn verhaal. Zelf was ze onlangs een droomrol misgelopen, omdat de casting al was geweest voor haar agent er erg in had. De sukkel. ‘En ik kon er zelf dus niets aan doen hè,’ zei ze. Ik vroeg haar of ze er gestresst door raakte als ze een rol niet kreeg. Ze beaamde dat het soms spannend was. De rekeningen blijven immers komen. Of ik ook wel eens stress had? Ik had twee dagen eerder een intens stressmoment gehad toen mijn jongste vlak voor vertrek een poepluier had. Ja, dat was pittig, want de school van de oudste ging bijna uit en het was nog een heel stuk bakfietsen, door de regen.

  Maar het was het waard, de opoffering, het afzien, zo besloten we beiden. Zij had haar Oscar, ik het zwemdiploma A van mijn oudste. En het eerste poepje op de pot van de jongste zal ook niet lang meer op zich laten wachten.