Is deze plaats bezet?
Dank.
U leest tenminste nog een boek, doet me deugd. Wat leest u? Tegenwoordig leest niemand meer een boek. We ontkennen elkaar in de openbare ruimte terwijl het gesprek toch de basis is van onze beschaving. De etiquette is ons fundament. Zonder decorum zijn we niets.

Mijn moeder leerde me dat je thee eerst bij jezelf moet inschenken. Bij koffie daarentegen eindig je bij jezelf. Die kleur verandert namelijk niet. Is het een goed boek? Meestal zijn vrouwen beter met omgangsvormen maar ik was enig kind en een moederskindje. Ze leerde me dat ik netjes op mijn beurt moest wachten maar ook hoe ik een stropdas moest strikken. En natuurlijk iedereen met u aanspreken. Mijn vader stierf toen ik vijf was.

Vindt u het vervelend dat ik praat? Als u dat vindt dan moet u het zeggen hoor. Ik kan zwijgen als het graf.

Eergisteren gebeurde iets wat mijn leven deed kantelen. Er werd zomaar bij me aangebeld. Een meisje stond voor de deur. Ze vroeg of ik kinderpostzegels wilde hebben. Klinkt misschien niet zo gek maar het was in al die jaren nog nooit gebeurd. Mijn huis sloegen ze altijd over omdat… nou ja, gewoon… Ik ben een beetje een einzelgänger, leef een beetje op mezelf, heb niet zo veel contact met andere mensen.

 Ik vroeg of ze even binnen wilde komen. Ze moest een beetje lachen toen ik haar vousvoyeerde. Samen gingen we naar de huiskamer. Ik had een kwartier daarvoor thee gezet maar was hem vergeten. De thee in de pot oogde bijna als koffie. Ik wees naar de theepot en vroeg of ze ook wilde. Ze knikte. Even wist ik niet wat ik moest doen. De etiquette zei me dat ik eerst haar kopje moest volschenken maar de kleur liet niets te wensen over.

Toen werd er wéér aangebeld. Dit was de tweede keer die dag. Zo gek. Nooit kwam er iemand aan de deur en nu... Ik deed de deur open en daar stond nòg een meisje. Ook zij verkocht kinderpostzegels.

Kinderen zijn zo ongerept. Ze kunnen nog praten zonder schaamte. Toen ik met haar binnenkwam stond het andere meisje bij mijn bureau. Ze had een la opengetrokken. De jeugd weet niet meer wat wel en niet mag maar dat neem ik ze niet kwalijk. Ze moeten het nog leren. Het zijn de ouders die schuld hebben. Soms denk ik dat Rousseau gelijk had om kinderen zonder volwassenen te laten opgroeien. Zo ondervinden ze zelf de gevolgen van hun gedrag en leren ze door eigen ervaring. De meisjes leken elkaar te kennen maar zeiden niets tegen elkaar.

Misschien betekent etiquette wel niets meer in deze tijd. Jammer eigenlijk. Aangezien de meisjes het toch niet wisten, zette ik drie kopjes in het midden. Nu kon ieder voor zichzelf bepalen welk kopje van wie was.

De meisjes zaten stil en keken elkaar aan. Voor hen lag hun formulier over kinderpostzegels. Opnieuw ging de deurbel. Ik moest direct denken aan het boek Bezoek van Hans Andreus. Waarschijnlijk kent u het niet. De hoofdpersoon voorvoelt dat hij op de bewuste dag veel bezoek zal krijgen. In de loop van het verhaal volgt het ene bezoek het andere op. Zeer vermakelijk.

Nogmaals werd er op de bel gedrukt, dit keer langer. Nog een meisje? dacht ik in mijn onschuld. Nee, toen ik de deur opendeed stond daar een dame.

Wat zou u gedacht hebben als u die meisjes bij mij naar binnen had zien gaan? Ik ben toch geen Dutroux? Ze begon direct te schelden en noemde me een vieze pedofiel. Volgens haar was het algemeen bekend in de buurt. Ze duwde me opzij en stapte mijn huis binnen. Mijn huis…

Samen met de meisjes vertrok ze weer. Verbijsterend stond ik in de deuropening. Wilt u dat wel geloven? Ik… altijd houd ik me aan de regels… Ik weet hoe het hoort. Vroeger waarschuwde mijn moeder me voor kinderlokkers. Neem nooit snoepjes aan van vreemden. Nu ben ìk het waar ze voor gewaarschuwd worden.

Gisteren lag er een brief in de bus. In niet mis te verstane bewoordingen stond erin dat ik moest vertrekken. Ik… Wat heb ik verkeerd gedaan?

Moet u er hier uit? Spijtig, ik vond het fijn met u te praten.

Prettige dag verder.