Dat in het landelijke coronaprotocol van het RIVM in maart in eerste instantie de woorden ‘chronische zorg’ of ‘verpleeghuizen’ ontbraken, laat zien dat onze samenleving gericht is op genezen: cure in plaats van care. Dat steekt o.a. bij personeel uit de ouderenzorg. ‘Waar is de kwaliteit van leven?’

In de eerste weken na het uitbreken van de coronacrisis ligt de focus op het ontlasten van de ziekenhuizen: de acute zorg. Met geen woord wordt er in het protocol van het RIVM gerept over ‘chronische zorg’ of ‘verpleeghuizen’.

Niet alleen in het RIVM-protocol ontbreekt in eerste instantie een visie op de verpleeghuizen. Ook bij het samenstellen van het Outbreak Management Team (OMT) mist aanvankelijk een vertegenwoordiger van de ouderenzorg. Pas vanaf half april mocht er een specialist ouderengeneeskunde bij het OMT aansluiten. 

Terecht? Niet volgens het personeel van verpleeghuizen. Daar leidt de focus op de acute zorg tot grote frustratie. We spreken met verpleegkundig specialist in de ouderenzorg en vice voorzitter van beroepsvereniging V&VNVS Inge Rinzema (47). ‘Het gaat altijd, ook vóór corona, eerst om de acute zorg; wij komen later wel. De chronische zorg hobbelt er zoals altijd wel weer achteraan.’

geen oog voor kwaliteit van leven

Een gemiste kans volgens Rinzema: ‘Genezen en preventie lijkt nu het enige waar we oog voor hebben, terwijl er de laatste jaren in de gezondheidszorg juist meer ruimte was voor de kwaliteit van leven en hoe om te gaan met ziek zijn, daar waar juist de verpleegkunde over gaat. Hoe zorg je dat de kwaliteit van leven van je patiënt zo goed mogelijk blijft?’  

‘Wat dat betreft heb ik met die focus op genezing het gevoel dat we een paar jaar zijn terug gedonderd in de tijd. Ik zeg zeker niet: ‘Laat iedereen maar ziek worden’, maar de discussie over kwaliteit van leven wordt nu niet gevoerd, terwijl we het hier wel over moeten hebben.’

Waar alle zeilen werden bijgezet om een potentiële crisis op de ic te voorkomen, heeft men zich, volgens Rinzema, onvoldoende en te laat gerealiseerd dat er in de verpleeghuizen ook een crisis plaatsvond. ‘Mensen in verpleeghuizen gaan doorgaans niet meer naar het ziekenhuis, dus moet je daar roeien met de riemen die je hebt, als je wordt geconfronteerd met mensen die heel erg ziek zijn. Want ook in de verpleeghuizen wordt complexe zorg geboden, maar dan is deze vaker gericht op stabiliseren en verzachten en nauwelijks op genezen.’

de focus op de acute zorg leidt tot grote frustratie in verpleeghuizen

onvolledig beleid vanuit de overheid

Het steekt dan ook dat de overheid de chronische zorg in het beleid buiten beschouwing heeft gelaten. ‘Mijn patiënten zitten in de laatste fase van hun leven, en willen die laatste fase van hun leven nog wel op een fijne manier doormaken. Het beleid werd ons nu opgelegd. Ik ga de door de overheid opgelegde regels ook niet overtreden, maar daardoor is een hoop kwaliteit van leven van mijn patiënten afgenomen.’ 

Hoe was het beleid anders geweest als Rinzema en haar collega’s wel vanaf het begin aan tafel hadden gezeten? Dan was er oog geweest voor de gevolgen van deze pandemie voor kwetsbare ouderen, aldus Rinzema. ‘Er had dan gezamenlijk nagedacht kunnen worden over hoe we de situatie in de verpleeghuizen hadden georganiseerd. Het virus had ingedamd kunnen worden zonder alle verpleeghuizen langdurig op slot te doen. Er waren andere opties geweest, zoals zorg op maat, maar omdat wij niet aan tafel zaten zijn die niet besproken. Bovendien zijn de mensen die er wonen ook niet gehoord.’ 

Daarnaast was de vraag wat dit betekent voor de kwaliteit van leven eerder aan bod gekomen. ‘Hoe zou het anders kunnen? Dat had een andere richting aan het debat gegeven. We hadden met onze deskundigheid vanuit de verpleegkunde een toevoeging kunnen zijn, bijvoorbeeld als het gaat om de vraag: hoe verpleeg je in deze tijd? Maar nu was en is de focus medisch.’

'het beleid wordt bepaald door mensen die al in geen jaren een voet op de werkvloer van een verpleeghuis hebben gezet'

altijd weer 'experts' aan het woord

Zomaar zo lang de deur van de verpleeghuizen op slot doen, dat nooit meer. Rinzema: ‘Het beleid wordt nu bepaald door mensen die al in geen jaren een voet op de werkvloer van een verpleeghuis hebben gezet. Ook voor corona was dit al het geval. De politiek zou inmiddels al lang beter moeten weten.’  

En ook nu het kabinet met verschillende expertgroepen heeft gepraat over de lessons learned en blijkt dat deze voornamelijk bestaan uit bestuurders en hoogleraren, raakt dit een gevoelige snaar bij personeel uit de ouderenzorg. Rinzema: ‘Er zit slechts één IC-verpleegkundige in. Dat vind ik exemplarisch; één verpleegkundige tussen alle anderen. Daarnaast vind ik de aandacht voor de chronische zorg in de expertgroepen zeer matig. Keer op keer krijgen we te horen dat er “wordt gepraat met experts”, maar waar worden die experts gezocht? Niet op de werkvloer. Het idee is prachtig, maar de uitwerking laat te wensen over, als men steeds bij de usual suspects uit komt.’  

‘Heeft men het idee dat wij, verpleegkundigen, het niet kunnen? We vinden vanzelfsprekend natuurlijk dat onze patiëntengroepen de aandacht moeten krijgen die zij verdienen, maar onze professie toch zeker ook. En daar is nu geen aandacht voor, waardoor het huidige beleid onvolledig is en de patiënt daarmee tekort doet.’