Het Europese vluchtelingenbeleid is onmenselijk. Wat kunnen we doen?

Hammoudi en zijn broer hebben de hele weg van Syrië naar Europa gelopen, zo zien we in de documentaire Shadow Game die deze week draaide op het IDFA. Eten en drinken is er nauwelijks. Als ze dorst hebben, drinken ze uit modderplassen op onverharde wegen.

In Europa begint ‘de game’ voor Hammoudi en alle anderen migranten en vluchtelingen pas echt. Sinds de EU in 2016 een deal sloot met Turkije, zijn de grenzen van de Balkanlanden op slot gegaan. Migranten en vluchtelingen worden gewelddadig teruggezet als ze proberen een grens over te steken, op weg naar Duitsland, Nederland of Engeland. Grensbewakers martelen soms vluchtelingen. De 17-jarige Mustafa uit Irak, ook te zien in Shadow Game, wordt met stokken geslagen door veertien agenten. Hij krijgt stroomstoten en zijn arm wordt gebroken. Desondanks proberen sommigen tot wel vijftig keer opnieuw een grens te passeren. Op zoek naar een veilig thuis.

Migranten die vastzitten bij de grens met Polen en Wit-Rusland / AFP

Ook landen als Hongarije en meer recent Polen vangen migranten niet op, maar zetten ze gewelddadig de grens over. In Polen vielen de laatste weken naar schatting acht doden onder migranten die noodgedwongen kampeerden bij de Wit-Russische grens. Onder hen was een 14-jarige jongen, die doodvroor.

Wat deze landen doen, druist in tegen zo’n beetje alle verdragen en verklaringen die na de Tweede Wereldoorlog werden opgesteld om te zorgen dat een dergelijke omgang met mensen nooit meer zou voorkomen. Regels en wetten ook, waar de Europese Unie op het wereldtoneel graag mee pronkt.

Toch gedogen Nederland, Duitsland en alle andere landen in de Europese Unie dit illegale geweld nu. In 2015 was het inzetten van militairen bij Europese grenzen nog een voorstel van de extreemrechtse AfD. Nu is het Europees beleid.

Angela Merkel bedankt Polen voor het beschermen van de Europese buitengrenzen

Gevoel van controle

Hoe stoppen we dit onmenselijke beleid? Veel stabieler zal de wereld de komende decennia niet worden. Een goed uitgewerkte visie op menselijk vluchtelingenbeleid is essentieel.

Iemand die al jaren nadenkt over dit onderwerp is de Oostenrijker Gerald Knaus. Knaus is directeur van het European Stability Initiative en bedacht het akkoord dat in 2016 werd gesloten tussen Turkije en de EU. Dat akkoord kreeg veel kritiek van zowel rechtse partijen als mensenrechtenorganisaties. Die laatsten zagen de deal vooral als het omkopen van dictators om migranten op afstand te houden. Voorstanders zagen vooral de grote afname van het aantal migranten dat verdronk tijdens de gevaarlijke oversteek over de Middellandse Zee.

Dictators als Loekasjenko of Erdogan kunnen onophoudelijk migranten en vluchtelingen naar onze grens sturen. Wat doen we dan?

Het grote probleem is het gebrek is aan controle, zegt Knaus in gesprek met VPRO Tegenlicht. ‘Zonder afspraken met landen buiten de EU heb je geen controle. Dictators als Loekasjenko of Erdogan kunnen onophoudelijk migranten en vluchtelingen naar onze grens sturen. Wat doen we dan? Het gevoel geen controle te hebben wakkert een verschuiving aan naar extreemrechts beleid.’ Bovendien leidt de ongecontroleerde trek naar Europa dus tot de dood van duizenden mensen die verdrinken, doodvriezen of omkomen in de Sahara.

Knaus pleit daarom nog altijd voor het onderhandelen met landen buiten de EU die bereid zijn om migranten daar te houden, en zelfs terug te nemen wanneer zij de EU bereiken. In ruil neemt de EU elk jaar een bepaald aantal vluchtelingen op uit datzelfde land. Landen worden overgehaald om mee te werken door middel van geld, versoepelde visarechten, studiebeurzen en andere privileges. ‘Op die manier zouden we veel meer mensen kunnen opnemen dan we nu doen,’ aldus Knaus. ‘Maar dan op een veilige en gecontroleerde manier.’

Waarom nu wel?

Toch mislukte de Turkije-deal. Onder meer omdat de Grieken niet voldoende hulp kregen bij de asielprocedures. Het gevolg was een humanitaire ramp in kamp Moria op het Griekse eiland Lesbos. Toch is het eerder wel goed gegaan, zegt Knaus. Zolang landen zich ook maar toewijden aan een goede uitvoering.

‘Eind jaren zeventig ontvluchtte een enorm aantal mensen Vietnam na de machtsovername van de Viet Cong. Ook toen was er veel chaotische migratie via ongeschikte bootjes. De VN hebben toen onderhandeld met de Vietcong en de buurlanden. In drie jaar tijd zijn er 600 duizend mensen op goed georganiseerde wijze verplaatst. Door de Verenigde Staten, Canada, Frankrijk, Duitsland en Australië. Ook werden er niet-vluchtelingen weer teruggestuurd. Er werd omgegaan met een crisis op een menselijke manier.’

Ook nu denkt Knaus dat de meerderheid van de mensen in Europa vluchtelingen willen verwelkomen, juist als we het goed georganiseerd regelen. ‘Stel nu dat alleen al Nederland, België, Luxemburg, Frankrijk en Duitsland elk jaar een aantal vluchtelingen zouden binnenlaten ter grootte van 0,05 procent van hun bevolking. Dan zouden er elk jaar 100 duizend vluchtelingen Europa veilig kunnen binnenkomen zonder dat ze hun leven hoeven te wagen. Dan kun je levens redden én méér vluchtelingen binnenlaten dan die landen nu doen.’ 

‘Het is mogelijk, want het is eerder gedaan. Maar daar is onderhandeling met landen buiten de EU voor nodig'

‘Het is mogelijk, want het is eerder gedaan. Maar daar is onderhandeling met landen buiten de EU voor nodig. En een Europese coalitie die voor controle is op een menselijke manier. In plaats van de huidige harde controle die alle mensen bij de grens tegenhoudt.’

Politici laten het momenteel afweten. Wat kunnen burgers doen om zulk beleid af te dwingen? Knaus: ‘Enorm veel. Laat parlementariërs weten dat het niet acceptabel is om mensenrechten en vluchtelingenverdragen te schenden. Help vluchtelingen in je land met integreren, zodat er geen problemen ontstaan maar juist draagvlak.’

‘En onthoud: de meeste mensen zijn voor een humaan vluchtelingenbeleid, zolang dat gevoel van controle er maar is.’ Denk aan het ‘Wir schaffen das’ van Angela Merkel. ‘Duitsland nam één miljoen vluchtelingen op. De komst van vluchtelingen leidt niet per se tot extreemrechtse overwinningen. Rechtse partijen in Duitsland staan zwakker dan in andere landen. Als burgers samen met de overheid hun schouders eronder zetten, kan het goedkomen.’