Deze kunstenaar werd in één avond rijk met het verkopen van 256 grijze vlakken op het internet. Maar in wat voor wereld raak je dan verzeild?

Nog glunderend van zijn overwinning zit Jan Robert Leegte op het puntje van een leunstoel in de private viewing room van de Upstream Gallery in Amsterdam. Het was precies wat hij nodig had, vertelt hij. Na jaren overspannen en overwerkt door de vele klussen die hij alsmaar her en der moest aannemen om rond te komen, kon hij in één klap alles opzeggen. Want op de avond van 7 november verdiende hij dankzij een beetje slim coderen in enkele uren ruim twee ton.

Het televisiescherm aan de muur van dit oude grachtenpand toont één van de 256 werken die hij die avond verkocht. Ornament, heet de reeks. Het zijn grijze vierkanten, die doen denken aan de oude interface van Windows 98 en Macintosh. Leegte programmeerde een algoritme dat automatisch variaties genereert met verschillende groottes, hoeveelheden en afstanden tussen de vlakken. Deze digitale afbeeldingen verkocht hij vervolgens voor ongeveer 800-900 euro per stuk. Binnen vier uur waren ze uitverkocht. Hoewel hij al sinds de jaren 90’ bezig is met internetkunst, heeft hij in zijn hele carrière nog nooit zoveel verdiend.

Digitale plaatjesverzameling

Ornament is namelijk niet zomaar een reeks afbeeldingsbestanden. Het zijn NFT’s: non-fungible tokens. Iedereen met een computer of telefoon kan een afbeelding van het internet als .jpeg of .png opslaan. Maar als je een NFT koopt, koop je een afbeelding die gemanaged wordt door een certificaat - of smart contract - dat permanent wordt opgeslagen in de blockchain, waarmee je bewijst dat dit digitale object officieel aan jou toebehoort of heeft toebehoord.

In april van dit jaar werden tienduizend verschillende digitale afbeeldingen van cartoon-apen geveild voor ongeveer 175 euro per stuk. Destijds leek deze Bored Ape Yacht Club, zoals deze plaatjesverzameling heet, een bizarre rage aan de marges van het internet. Inmiddels worden sommige plaatjes voor twee, zelfs drie ton doorverkocht aan verzamelaars, en zijn de oorspronkelijke makers multimiljonairs

Vooral in de kunstwereld zorgden NFT’s het afgelopen jaar voor reuring. Volgens Chainalysis is er dit jaar voor 27 miljard dollar in dit soort cryptokunst gepompt. In maart verkocht het Amerikaanse veilinghuis Christie’s het werk Everydays: The First 5000 Days voor 69 miljoen dollar. Dat zette de kunstenaar, Beeple, prompt op plek twee in de top drie duurst verkopende levende kunstenaars. De koper, Vignesh Sundaresan - in online kringen bekend als MetaKovan - hoefde het werk niet te laten verschepen naar zijn thuisbasis in Singapore. Wat hij kreeg in zijn inbox was een afbeeldingsbestand, en de bijbehorende token in zijn cryptowallet.

Een overeenkomst of protocol geschreven in programmeertaal die onder door het contract gedefinieerde voorwaarden (geformuleerd als if/then) automatisch van kracht wordt. Het contract voert dus zichzelf uit, zonder tussenkomst van een derde partij.

Een apparaat of programma waarin je informatie over cryptovaluta en/of tokens opslaat en waarmee je crypto-transacties uitvoert. Deze ‘portemonnee’ heeft een unieke public key: het adres waarheen anderen jou cryptovaluta sturen. De cryptomunten zijn niet opgeslagen in de wallet, maar met de software van de wallet kun je jouw valuta op de blockchain beheren.

Geboren op de blockchain

Hoewel de hype vooral begin dit jaar op zijn piek zat, en volgens sommigen nu inzakt, begon Leegte pas afgelopen september met het programmeren van zijn NFT’s. ‘Ik vond het niet superinteressant in het begin. Toen hoorde ik alleen over de grote platforms zoals OpenSea en Foundation waarop iedereen gewoon een willekeurig filmpje of plaatje kon uploaden en minten.’

Het gros van de NFT’s werkt inderdaad zo: je uploadt een bestand naar de InterPlanetary File System (IPFS) - een soort gedecentraliseerde Cloud. Die genereert een permanente URL die verwijst naar het bestand. En die hyperlink wordt vervolgens ingebed in het certificaat van de token. Dit systeem werkt in principe, maar het zorgt wel voor een constructie waarbij het functioneren van de token afhangt van het functioneren van de IPFS.

Collega-kunstenaar Harm van den Dorpel liet zien hoe je een werk volledig als code binnenin een token programmeert, zonder dat er een link nodig is om ernaar te verwijzen. Toen begon Leegte het pas interessant te vinden. 'Deze ‘onverwoestbaarheid’ vinden kopers interessant.'

Leegte hergebruikte een algoritme dat hij in 2016 schreef, dat oneindige Ornament-variaties genereert, en verwoof het met de code van de token. In diezelfde code programmeerde hij de oplage, 256, en het doorverkooppercentage, tien procent. 

De NFT verschijnt pas op de blockchain op het moment dat iemand hem aanschaft, en daarmee het programma een unieke variatie laat genereren. Noch de kunstenaar noch de koper weet dus hoe de NFT eruit gaat zien. Het werk wordt ‘geboren’ op de blockchain en bestaat daar voort. Leegte noemt het een verrassings-ei. ‘Verzamelaars vinden dat leuk.’

Het omzetten van een digitaal bestand in een certificaat op de blockchain. Als je dat eenmaal hebt gedaan, is dit bestand onmogelijk aan te passen.

Wie programmeert de programmeurs?

Het programmeren van zo’n NFT is niet voor iedereen weggelegd. Ethereum heeft namelijk een eigen programmeertaal, Solidity, die nog zo nieuw is dat maar weinig mensen hem goed beheersen. Ook Leegte durfde het niet aan om het contract helemaal zelf te ontwikkelen, omdat het contract ook alle transacties verwerkt. Dus vond hij hulp aan de andere kant van de wereld.

Dat was nog niet zo makkelijk, vertelt Leegte. Na freelance-sites af te speuren, ontmoette hij iemand via de Berlijnse NFT-galerie Folia. ‘Die wilde heel graag dat de galerie mij ondersteunde, alleen zijn collega’s wilden dat niet. Maar hij vond het zo’n mooi project. Toen zei hij: onder mijn verzamelaars heb ik een programmeur voor je. Dat is precies wat je zoekt – iemand met liefde voor de kunst.’

Die programmeur is iemand genaamd Jake Allen. Hoe oud hij is en wat hij precies doet vertelt Leegte niet. Alleen dat hij momenteel ergens aan de West Coast woont. Leegte heeft hem nooit in het echt ontmoet. ‘Ik heb hem wel gezien op een online groepsconferentie. Hij is dertig, denk ik. Hij heeft zelf ook een NFT uitgebracht, een vrij technisch gecompliceerde. Niet zozeer kunst, meer een collectible. Je ziet ze wel eens: van die pixelige poppetjes met rare hoedjes op.’

'het was alsof iedereen een staatslot had gewonnen'

Superjong en superrijk

Waar de traditionele kunstwereld gemiddeld vrij oud is, vermoedt Leegte dat de meeste van zijn kopers doorgaans witte mannen rond de twintig en dertig jaar zijn. Een week na zijn grote verkoop werd hij uitgenodigd door een aantal andere Nederlandse crypto-verzamelaars en -makers op het platform Artblocks, om uit eten te gaan in een Oeigoers restaurant in Den Haag. Sommigen hadden inmiddels miljoenen verdiend, maar hadden het geld niet omgezet om zo belasting te ontwijken. ‘Iedereen was superjong en superrijk. Het was alsof iedereen aan tafel een staatslot had gewonnen.’

Hoewel het een vervreemdende ervaring was, had Leegte het idee dat hij thuis was gekomen. ‘Altijd werden we door musea en tentoonstellingen uitgekleed. We verdienen nooit geld met onze kunst, en ineens krijgen we betaald. Door die NFT community van jonge verzamelaars wordt je kunst met open armen ontvangen. Alles klapt om. Galeriehouders staan met hun mond vol tanden, want zij verdienen ineens minder dan de kunstenaar. Ik heb ineens veel meer verzamelaars online dan een galerie.’

Maar ook de wat oudere kunstverzamelaars beginnen de handel aandachtig te volgen. Naast Leegte is ook in de kamer galeriehouder Nieck de Bruijn aangeschoven. Hij verkoopt met zijn Upstream Gallery al langer werk van Nederlandse post-internetkunstenaars zoals Leegte. Als een van de eerste fysieke galeries in Nederland is hij NFT’s gaan verkopen. Dat deed hij deze zomer, met 64 werken van Harm van den Dorpel.

‘Het was eigenlijk een experiment,’ vertelt De Bruijn, ‘om te kijken: hoe reageert onze traditionele klantenkring hier nou op?’ Om het zo makkelijk mogelijk te maken, hoefden de klanten niet in crypto te betalen. Ze kregen gewoon een papieren factuur in euro’s van de Upstream Gallery. ‘Het enige wat ze dan wel te doen hadden was een cryptowallet aanmaken. Want anders ga je die token niet ontvangen. Maar dat is niet heel moeilijk.’ 

‘Voor ons betekent dat best nog veel werk, om handmatig al die tokens heen en weer te schuiven.’ Maar het was een heel groot succes. ‘Die 64 werken hadden wij zo verkocht aan ongeveer vijftig vrij traditionele kunstverzamelaars. Zij kochten wel vaak fysiek werk van onze digitale kunstenaars, maar nu kochten ze hun eerste digitale werkje. Dat vonden ze heel leuk en stoer natuurlijk, want dan konden ze hun zoon bellen en zeggen: ik heb een NFT gekocht.’

'Galeriehouders staan met hun mond vol tanden. Ineens verdienen zij minder dan de kunstenaar'

Piramidespel

Leegte’s verkoop begon in eerste instantie ook met een kleine groep early adopters, die hij via de galerie had verzameld in een Discord-server. Daar kondigde hij zijn ‘drop’ aan, waarna hij in het eerste uur 50 exemplaren verkocht. ‘Daarna vlakte het af, en bleef het even stilstaan. Toen werden de mensen in mijn Discordgroepen een beetje nerveus. Die wilden twitteren dat ze een werk hadden gekocht. Dus ik zei: nou jongens, ga maar. En toen ontplofte Twitter helemaal. Toen ging die motor weer aan, zag je die verkoop weer tikken en toen vlogen ze heel hard.’

Het Financieel Dagblad beschreef onlangs hoe de NFT-handel trekjes heeft van een piramidespel: ‘​​eerdere instappers verdienen geld door anderen te verleiden ook te beginnen. De constante instroom van nieuwelingen drijft de prijzen op, wat meer mensen trekt, die de prijzen nog verder opdrijven.’

Dat blijkt uit onderzoek van het platform Chainalysis. NFT’s zijn in hun succes afhankelijk van online gemeenschappen en mond-tot-mond reclame. Groepjes enthousiastelingen organiseren zich op platforms als Discord en Twitter. Daar kan een kunstenaar alvast zijn project promoten voor hij het gaat minten, zodat zijn volgers ook de ‘hype’ verspreiden. In ruil daarvoor krijgt dat kerngroepje de belofte dat zij iets aanschaffen voor een bodemprijs, dat ze daarna met winst kunnen doorverkopen. Prijzen worden zo kunstmatig opgepompt. ‘Veel uitingen over cryptokunst zijn daarmee commercieel gemotiveerd en mogelijk niet oprecht,’ concludeert het FD.

Extreem hoog stroomverbruik

Daarbovenop is het een dure en vooral vervuilende business. Voor het aanwenden van een smart contract betaal je gemiddeld  tweeduizend euro aan gas fees. Een token minten kost tussen de 50 en 200 euro. Het Ethereum-netwerk gebruikt namelijk enorme rekenkracht, omdat het in de basis bestaat uit een groot netwerk van computers die de hele tijd complexe puzzels aan het oplossen zijn volgens een methode genaamd proof-of-work. En dat vreet razendsnel energie. Naar schatting verbruikt iedere individuele Ethereum-transactie - waarmee je dus voor NFT’s betaalt - evenveel elektriciteit als wat een heel huishouden in een week gebruikt. Op jaarbasis kost het Ethereum-netwerk 95.8 TeraWattuur. Dat is evenveel stroom als heel Kazachstan in een jaar verbruikt.

Dat was ook een reden voor Leegte om te wachten met NFT’s. Maar nu zit hij er toch in. Hij, en met hem vele andere verzamelaars en kunstenaars, vestigt zijn hoop op Ethereum 2 (Eth2): een update die het mechanisme van proof-of-work verandert naar proof-of-stake, dat minder brute rekenkracht verbruikt.

Een gedecentraliseerd consensus-systeem. Hierbij zijn allemaal computers in een 'peer-to-peer' netwerk met elkaar verbonden, die ieder een stukje van een cryptografische puzzel moeten oplossen om zo een transactie binnen de blockchain goed te keuren. Daarvoor krijgen 'miners', die hun computers beschikbaar stellen, cryptovaluta als beloning.

Bij proof-of-stake worden transacties ook door een gedecentraliseerd netwerk goedgekeurd, maar dan door de inzet, 'staking' van cryptovaluta. Hoe meer iemand inzet, hoe meer rechten diegene krijgt om de transactie goed te keuren. Als beloning krijgt iemand dan een percentage van zijn inzet. 

‘Dan is Ethereum naar hedendaagse standaarden: minder milieubelastend en een stuk sneller. Maar het is wel een compleet andere architectuur dan waar ze het netwerk op hebben gezet. Daar zijn ze wel nerveus over. Ze zijn er al vijf jaar mee bezig. Als je iets fout doet, gaan er miljarden verloren.’

Wie ‘ze’ zijn is niet helemaal duidelijk. ‘Het ontwikkelaarsteam achter Ethereum,’ zegt Leegte. Maar als die van bovenaf bepalen wat er wanneer met het platform gebeurt, dan is het toch net zo min decentraal als een gewone bank?

De logge architectuur van het huidige Ethereum 1 kan hooguit 45 transacties per seconde verwerken. Na de update zou dat getal omhoog kunnen schieten naar honderdduizend transacties per seconde. Het is nog onduidelijk hoeveel TeraWattuur dat zal verbruiken.

Of de update er tijdig zal komen blijft ook een enigma. Vorig jaar zou deze update begin 2022 komen. Inmiddels is die datum is al een aantal keer verzet. Leegte denkt dat Eth2 in het eerste of tweede kwartaal van 2022 komt. Volgens de meest recente berichten wordt Eth2 in juni 2022 gelanceerd. Het afgelopen jaar steeg de populariteit van Ethereum zo enorm, dat het energieverbruik ervan ook drastisch toenam. Zolang Eth2 alleen maar aan de horizon blijft staan blijft de uitstoot stijgen.

Zwart gat

‘Die update wordt steeds een weekje opgeschoven,’ geeft Leegte toe. ‘Maar het komt echt dichterbij. Ethereum 2 is nu de hele tijd aan het testdraaien. Op een bepaald moment gaat het mergen.’ Sinds 1 december zit proof-of-stake inderdaad in de beacon chain, die de methode introduceert, om het uiteindelijk te koppelen aan het ‘mainnet’ van Ethereum.

Hoe gaat dat de waarde van de munt beïnvloeden? ‘Ik denk dat dat wel een schokgolfje gaat opleveren. Misschien gaat het eerst kiepen, maar daarna gaat het heel hard knallen. Want het is wel een belofte die uitkomt. Hier zitten we al heel lang op te wachten. Dan staat er niets meer in de weg.’

Bitcoin is volgens Leegte een heel ander verhaal. ‘Daar ligt helemaal geen plan om het schoon te maken. Dat vind ik echt een eng ding. Bitcoin raak ik met mijn vingers nog niet aan. Het is bijna een soort zwart gat wat niet gestopt kan worden. Tenzij we met de hele wereld besluiten dat we het nooit meer aanraken. Ik lig er wel eens wakker van, dan denk ik: wat hebben we nou weer gebouwd? Maar Ethereum geeft me hoop, daar staat het beste deel van de wereld achter. Dat wordt schoon. De gas fees gaan inklappen.’

Leegte heeft geen plannen voor de komende tijd. Zijn agenda is leeg. Hij heeft eindelijk tijd om de hele dag in zijn studio te zitten. De wispelturige fluctuaties van Ethereum deren hem niet. Ruim meer dan de helft van wat hij aan crypto met zijn NFT’s verdiende, heeft hij meteen omgezet naar euro’s. ‘En daar netjes belasting over betaald. Ik durf het nog niet helemaal aan om zoveel geld daar te laten staan.’

Waarom is dit betaalsysteem eigenlijk aan de oppervlakte zo succesvol, terwijl het zo traag en vervuilend is? Waar komt die hang naar decentralisatie en anonimiteit vandaan? Waarom verschijnen er steeds meer groepjes mensen die zichzelf DAO’s noemen? Zijn NFT’s het topje van een anarchistische ijsberg die een einde wil maken aan staten en instituties? Daarover lees je binnenkort in deel 2 van deze reeks.