Sinds de aanslagen op 11 september is het patriottisme aan de macht in Amerika. Zo erg houdt de Amerikaanse overheid vast aan de eigen opvattingen over goed en slecht, dat andere meningen niet meer geduld worden. De vrijheid van meningsuiting, vastgelegd in de grondwet van de vijftig staten, is officieel nog steeds een van de pijlers van de Verenigde Staten. Maar inmiddels is er een blacklist van journalisten en docenten die kritiek hebben op de politiek van Bush. (Zie ook het videofragment van Katrina vanden Heuvel, rechts op deze pagina)

Kritiek op het Amerikaanse beleid niet gewenst

Lynne Cheney, de vrouw van vice-president en minister van Defensie Dick Cheney, heeft zich niet bijster populair gemaakt in de onderwijswereld. Als voorzitter van de ACTA, een non-profitorganisatie voor alumni van universiteiten, heeft zij opdracht gegeven tot het schrijven van een rapport genaamd: Defending Civilization: How Our Universities Are Failing America And What Can Be Done About It.”

Het rapport is geschreven als reactie op de aanslagen van 11 september vorig jaar. Lynne Cheney en het ACTA waren van mening dat in moeilijke tijden, waarin de waarden van Amerika onder vuur lagen, het belangrijk was de Amerikaanse geschiedenis tot een prominenter onderdeel van het hoger onderwijs te laten uitgroeien. Maar het rapport zelf rept niet over hoe dit doel kan worden bereikt. Sterker nog, in het schrijfsel worden slechts twee alinea’s gewijd aan de hoeveelheid Amerikaanse geschiedenis die een student moet doorlopen om een bul in ontvangst te mogen nemen.

Het rapport bestaat vooral uit een lange lijst met citaten van professoren, docenten en studenten van Amerikaanse universiteiten die zich kritisch hebben uitgelaten over de manier waarop de Amerikaanse regering heeft gereageerd op de aanslagen in New York en Washington. De citaten waren aanvankelijk met naam en toenaam van de spreker gepubliceerd, maar toen er een storm van kritiek opstak, werd het stuk verwijderd van de website van het ACTA, om een paar weken later herplaatst te worden. Ditmaal waren de namen vervangen door de functies van degenen van wie het citaat afkomstig is.

Er is niet veel voor nodig om op de lijst terecht te komen. Zo was een simpele constatering dat sommige volkeren Amerika ook als een terroristische staat beschouwen, genoeg om een professor van de universiteit van Washington op te nemen. En een student van de Brown University heeft zijn plekje op de zwarte lijst vergaard met de uitspraak: ” It’s good for the government to know that there are people who want peace instead of bloodshed.”

Een van de professoren die op de lijst staan, Hugh Gusterson van het Massachussets Institute of Technology, blies stoom af in een interview in de New York Times. Hij vergeleek de lijst van de ACTA met de vervolgingen van McCarthy in de jaren vijftig van de vorige eeuw. Mede hierdoor berichtten ook andere mainstream kranten over het rapport. Door de storm van kritiek die volgde lijkt de invloed van de zwarte lijst wat te zijn afgenomen. Of mensen veel hinder ondervinden van een plekje op de lijst van Lynne Cheney, is niet bekend.