De spionagepraktijken blijken uit geheime documenten uit het Deense terrorismeproces tegen drie kopstukken van de Arabisch-Iraanse separatistische beweging ASMLA. De zaak vond de afgelopen maanden plaats achter gesloten deuren, maar dossierstukken zijn ingezien door Argos, de Deense publieke omroep DR en de Noorse NRK. Uit een lijst met in totaal ruim honderdvijftig namen blijkt dat mogelijke tegenstanders onder Iraanse migranten van Arabische en Perzische afkomst in de gaten werden gehouden. Het gaat om zeker drie personen uit Nederland onder wie activist Faleh Abdullah al-Mansouri, over wie een gedetailleerd rapport is gemaakt dat naar de Saoedische inlichtingendienst werd gestuurd. Ook de in 2017 in Den Haag geliquideerde medeoprichter van ASMLA Ahmad Mola Nissi staat op de lijst. Volgens Nederland zit Iran achter zijn dood.
De drie Deense kopstukken van ASMLA, onder wie leider Habib Jabor, zijn vrijdag in Denemarken schuldig bevonden aan het financieren van terrorisme in Iran in samenwerking met de Saoedische inlichtingendienst en spionage tegen mensen, organisaties en Iraanse militaire installaties. Ze werkten onder de codenaam MS32 en hadden - zo blijkt uit communicatie - een uitgebreid netwerk van inlichtingenbronnen. Eind oktober werd in Nederland hoofd en presentator Eisa S. van de in Rijswijk gevestigde anti-Iraanse satellietzender Ahwazna TV van ASMLA al veroordeeld voor het coördineren en financieren van aanslagen in Iran, in samenwerking met de Deense ASMLA-leiders. Hun beweging - voluit Arab Struggle Movement for the Liberation of Ahwaz - strijdt voor onafhankelijkheid van de Ahawazi, een onderdrukte Arabische minderheid in de Iraanse regio Khoezestan.