Tijdens Halloween 2015 zond de VPRO Masters of Fear uit, een horroravond gepresenteerd door Georgina Verbaan. Drie jonge filmmakers lieten hun korte griezelfilms zien, terwijl hartslagmeters bij het publiek registreerden welke film het meeste schrik aanjaagde.

Bekijk Masters of Fear op NPO 3 via de onderstaande button (tussen 20.00 uur en 06.00 uur). Of duik in de bijbehorende verdieping.

wie wint de bebloede hakbijl?

De winnaar ging naar huis met de Bebloede Hakbijl en werd gekroond tot 'Master of Fear 2015'. De vakjury bestond uit filmproducent Jan Doense en filmregisseur Martin Koolhoven.

105 filmmakers reageerden op de oproep om een plan in te dienen voor een horrorfilm met een lengte van vijf minuten. De winnaars kregen een budget van 7500 euro en gingen aan de slag met hun ideeën. Regisseurs Maarten Groen, Eché Janga en broers Jeffrey en Brian de Vore maakten op 31 oktober uit wie Master of Fear 2015 werd.

bekijk de drie films

interview met 'mister horror' jan doense

VPRO.nl sprak met juryvoorzitter ‘Mr. Horror’ Jan Doense over de horrorfilm. Wat maakt een horrorfilm nou goed en hoe kom je een horror door?

Door Yasmin Wegman

Hoe meer schrikmomenten, hoe beter de horrorfilm?
‘Nee, niet noodzakelijk. Ik denk dat het heel erg afhangt van wat je wilt bereiken. De ene film bouwt spanning op, met misschien tussentijdse schrikmomenten. Terwijl andere films een aaneenschakeling van bloederige scènes zijn. Het kan allebei.’

Hoe zou u de perfecte horrorfilm omschrijven?
‘Als je de ultieme splatter movie wil maken, moet je zorgen dat er voldoende bloed is, dat het helemaal over the top gaat. Maar als je de spannendste film aller tijden wil maken, dan moet je zorgen dat je suggestiever te werk gaat, dat is een heel andere techniek.’

Suspense.
‘Dat is suspense. Alles kan. Alles wat daar tussen in zit.’

Martin Koolhoven en Jan Doense met een bang publiek

U bent journalist, producent, regisseur, oprichter van filmfestivals en – tijdschriften, maar ook Mr. Horror. Welke bril heeft u op als jurylid?
‘Een beetje de bril van de gefrustreerde liefhebber van horrorfilms die iedere keer maar tegen het vooroordeel moet opboksen dat Nederland geen land is voor dit genre. Dat het hier allemaal niet kan omdat er zogenaamd geen literaire traditie zou zijn, alsof dat bepaalt of je wel of niet een horrorfilmcultuur kunt hebben.’

‘Maar ik vind het ontzettend leuk om te zien dat er 105 aanmeldingen waren. En een zaal vol mensen die heel heftig reageerde. Het niveau van de filmpjes is ook zo ontzettend hoog. Dus dat biedt wel perspectief voor de toekomst. Ik zou met alle drie de regisseurs ontzettend graag een lange film willen maken als producent.’

Er valt nog veel te bereiken in Nederland op het gebied van de horrorfilm?
‘Ja, in Nederland is het eigenlijk zo dat als je vraagt: “noem een Nederlandse horrorregisseur” dan komen de meesten niet verder dan Dick Maas. En voor de rest zijn er diverse filmmakers die wel eens één film hebben gemaakt en daarna nooit meer. Althans, niet in het horrorgenre. Dus het is lastig. Het heeft natuurlijk ook te maken met de ontvangst, die is doorgaans niet heel positief. De meeste horrorfilms die de bioscoop halen, doen het daar helaas niet goed. Met uitzondering dan van de meeste films van Dick Maas. Dat maakt dat producenten niet direct staan te springen om in Nederlandse horrorfilms te investeren. Makers die graag horrorfilms willen maken zullen niet snel aan de bak komen, want er is bijna niemand die ze steunt.’

Terwijl de zaal vol mensen zit die horror eigenlijk heel eng vinden, maar er toch naar toe gaan.
‘Ik ben wel benieuwd hoe dat nu kan, want ik had inderdaad de indruk dat er mensen in de zaal zaten die helemaal nooit naar horror kijken - die het eigenlijk ook helemaal niet leuk vinden. Maar het werkte wel. Achter mij zat een meisje helemaal te hyperventileren met tranen in haar ogen. Ze zat wel te lachen, maar ze vond het doodeng. Ik vroeg: ”waarom doe je dit dan?”. Ze zei dat ze het wel vaker deed: horror kijken terwijl ze weet dat ze het doodeng vindt. Horror heeft dat soort aantrekkingskracht.’

Heeft u tips voor mensen die niet van enge films houden maar toch een horrorfilm door willen komen?
‘Je hebt ook horrorfilms die een stuk makkelijker te verteren zijn voor mensen die niet tegen dat hele enge kunnen. Ik noem altijd Let the Right One In, een Zweedse vampierfilm. Echt een horrorfilm, maar ook een hele mooie, rustige film. Er zitten zeker ook schrikmomenten in, maar de film heeft veel meer te bieden dan alleen maar horror. Bij de meeste mensen die zeggen niet van horror te houden, valt deze altijd wel in de smaak.’

Wat is uw lievelingshorrorfilm?
‘Ik zeg altijd The Texas Chainsaw Massacre, de horrorklassieker uit 1974, maar tijdens de opnames van Masters of Fear dacht ik: als er nou één film is die echt een traumatiserende impact op me heeft gehad, dan is het Jaws. En wat Martin Koolhoven al terecht zei: meestal wordt Jaws niet als horrorfilm beschouwd, maar dat is hij eigenlijk wel. Ik zag hem eind vorig jaar nog bij EYE. Die film blijft gewoon volkomen overeind staan. Hij is 40 jaar oud, maar werkt nog steeds als een tierelier. Echt ijzersterk.’

Waar zit ‘m dat in?
‘Dat zit ‘m in de personages en in het verhaal. Zo simpel is het gewoon. Die personages in Jaws, die drie totaal verschillende mannen, die ieder met hun eigen reden samen op dat bootje zitten om die haai te gaan vangen. Ze kunnen eigenlijk helemaal niet met elkaar overweg, maar het zal toch moeten. Dat levert zulke onvergetelijke momenten op. Het zijn ook allemaal personages met wie je je kunt inleven. Dat maakt dat als zij enge dingen meemaken, jij als kijker daar ook extra gevoelig voor bent.’

‘Bij The Texas Chain Saw Massacre heb je dat helemaal niet. Daarin is eigenlijk iedereen gestoord. Zelfs de personages die je normaal als de helden zou bestempelen zijn niet helemaal normaal. Er is eigenlijk niemand met wie je nou een band op kunt bouwen om door alle narigheid heen te komen. Het is een complete nachtmerrie die film. Ook boeiend hoor.’

Dat is dus een voorbeeld van hoe horrorfilms kunnen verschillen.
‘Ja, maar ik zou niet willen zeggen: maak een film waarin iedereen krankzinnig is en je hebt een goede horrorfilm, zoals bij The Texas Chain Saw Massacre. Artistiek gezien vind ik The Texas Chain Saw Massacre trouwens wel beter dan Jaws. Decors, art direction en geluid werken daarin zo perfect samen. Er is eigenlijk geen muziek, alleen een door merg en been gaande soundtrack met elektronische geluiden. Heel naar en alles bij elkaar roept het een beklemmende atmosfeer op. Ik vind het wel lef hebben van Tobe Hooper, de regisseur, dat hij gewoon daarin all the way is gegaan. Spielberg heeft met Jaws natuurlijk gewoon een publieksfilm willen maken. Maar The Texas Chain Saw Massacre is een film die zich niks aantrekt van of het publiek dit nou wel of niet leuk gaat vinden. Hooper is gewoon gegaan voor het maken van de naarste film ooit, en dat is goed gelukt.’

‘In december draaide hij eenmalig in EYE. Ik ben er toen met mijn vriendin heen geweest die helemaal niet van horror houdt. Ze hoorde me altijd maar praten over die Texas Chain Saw Massacre en toen zei ze: “oké, ik ga mee, dan heb ik dat ook meegemaakt”. Ze had er eigenlijk helemaal geen zin in. En wat bleek: ze vond het een hele goede film. Een soort van primitieve kunst en dat is het ook eigenlijk.’

Heeft u als Mr. Horror tips voor de filmmakers die niet bij de winnaars zitten?
Oh my god. Oké. Mijn tip is: doe het. Ga het gewoon doen. De filmpjes die uiteindelijk geselecteerd zijn, hebben ook niet veel geld gekregen, maar alles kan tegenwoordig voor bijna niks. Met je mobiele telefoon kun je al een filmpje maken dat nog vertoond kan worden ook. Ga niet wachten tot er iemand zegt: “hier heb je geld, ga maar wat doen”. Maak gewoon die film. Want we leven wel in andere tijden dan voorheen, toen het echt peperduur was om een film te maken. Kijk naar Paranormal Activity. Ik ben daar echt stinkend jaloers op, dat iemand zo’n idee bedenkt en het gewoon doet. Want die eerste Paranormal Activity is echt voor heel weinig geld gemaakt, maar is wel een wereldhit geworden.’

‘Dus wacht niet tot er iemand zegt: “Oké, ik ga jouw film financieren.” Doe het gewoon zelf. En hou me op de hoogte.’