‘Als ik Aleppo verlaat, vraag naar mijn verblijfplaats.’

De recente verovering van Aleppo door anti-Assad-groep HTS deed me denken aan deze oude dichtregel.

Als kind in de jaren tachtig maakte ik voor het eerst kennis met het werk van Al-Mutanabbi, toen hij geciteerd werd op een Arabische radiozender. Vanaf dat moment moest ik alles te weten komen over deze tiende-eeuwse krijger-dichter.

Wat bedoelde hij bijvoorbeeld met de volgende regels? ‘De plaatsen vragen naar mij, niet ik naar hen. Want ik ben degene die hen betekenis geeft.’

Zijn gedicht gaat uiteindelijk niet over Aleppo, maar over de grootsheid van de dichter zelf. Over zijn ontberingen als soldaat.

Ja, Al-Mutanabbi was vol van zichzelf, maar dat mogen we hem vergeven, want voor de Arabische taal is hij wat Maradona is voor het voetbal in Napels.

(tekst loopt door onder dit kader)

de zelfverklaarde profeet

Zijn naam, Al-Mutanabbi, betekent ‘de zelfverklaarde profeet’. Velen zien hem als degene die de standaard voor de Arabische taal heeft gecreëerd.

Hij was een taalvirtuoos die niet alleen nu nog veel gelezen wordt, maar wiens werk ook uit het hoofd en hart wordt geleerd.

Zo ook ongetwijfeld in het ouderlijk huis van HTS-leider Abu Mohammad al-Jolani. Zijn moeder was onderwijzeres en zijn vader een overtuigd Arabisch-nationalist. En juist die politieke stroming verafgoodt de beroemde poëet.

Al-Jolani was toen nog niet de charismatische rebellenleider van nu, maar een introverte en intelligente jongen met de naam van Ahmed Hussein al-Shar’a.

Volgens een klasgenoot stond hij toen al bekend om zijn discipline en leergierigheid, maar echt populair was Ahmed niet.

De tengere jongeman viel, zoals alle nerds wereldwijd, buiten de groep.

Ahmed wordt Jolani

Als tiener zou de Syriër, tot afgrijzen van zijn ouders, verliefd zijn geworden op een alawitisch meisje, een geloofsstroming waartoe ook de huidige president van Syrië behoort. Volgens orthodoxe soennieten zijn alawieten geen ‘echte moslims’.

Of de verhalen van zijn oude klasgenoten allemaal kloppen, is moeilijk te verifiëren.

Maar dat de jonge Ahmed Al-Mutanabbi las, staat onomstotelijk vast. Elke leerling in de Arabische wereld moet op school de teksten van de ‘zelfverklaarde profeet’ lezen.

Diezelfde Ahmed Hussein al-Shar’a kennen we nu dus onder zijn nom de guerre: Abu Mohammed al-Jolani, de huidige leider van de oprukkende rebellen in Syrië.

Jolani trouwde nooit met het alawitische meisje uit zijn jeugd. De nerd begon eind jaren negentig aan een studie journalistiek, maar maakte die niet af. In plaats daarvan koos hij na de Amerikaanse inval voor een carrière als Al-Qaeda-strijder.

De rest is geschiedenis. De 44-jarige Jolani lijkt in niets meer op het jongetje dat opgroeide in een Damasceense middenklassewijk.

dienaar van het volk

Afgelopen week buitelden Syrië-kenners over elkaar heen om te analyseren hoe spectaculair de inname van Aleppo was. HTS heeft in het diepste geheim een defensie-industrie opgebouwd, speciale eenheden getraind, tunnels gegraven, een geheime inlichtingendienst gerund achter vijandelijke linies en de wereld verrast met deze blitzkrieg.

Het spannendste aan dit alles is echter de veranderde politiek van Jolani. Net zoals de dichter Al-Mutanabbi heeft de HTS-leider vier heersers gediend.

Eerder was Jolani’s meester Bin Laden, toen Baghdadi en toen weer Zawahiri. Nu spreekt de stoïcijnse commandant van het dienen van het Syrische volk.

Daarmee is de Syrische burger de laatste patroon in een indrukwekkende rij, maar het is niet helemaal duidelijk of ook Jolani’s zijn alawitische jeugdliefde daar onder valt.

vol van zichzelf

Net als de poëet is de herboren pragmaticus Jolani vol van zichzelf. Elf eeuwen geleden schreef al-Mutanabbi: ‘De plaatsen vragen naar mij, niet ik naar hen. Want ik ben degene die hen betekenis geeft.’

Nu roept de Syrische rebellencommandant: Aleppo, Hama en Damascus vragen naar mij, niet ik naar hen. Alsof Jolani wel moet, want zonder hem betekent Syrië niks.

Het oeuvre van Jolani rijmt niet zo lekker, maar deze regels hoeven niet per se verkeerd uit te werken voor de Syriërs en de rest van de wereld.

Het is theoretisch mogelijk dat juist Jolani de gids is die het Syrische volk kan leiden naar een vreedzame onderlinge co-existentie.

gewend aan bloed

Zo zei de leider van de Koerdische strijdkrachten in het land – nota bene opponent van Jolani – in een verrassend interview open te staan voor samenwerking met HTS.  Best gek als je bedenkt dat Jolani hem tot ongelovige had verklaard in zijn vorige functie van Al-Qaeda-leider.

Maar het is ook mogelijk dat we gewoon weer een voortzetting van de burgeroorlog gaan zien de komende tijd.

Al-Mutanabbi zelf was verslaafd aan oorlog.

Hij schreef: ‘Ik ben gewend zo geraakt aan bloed, dat ik het verkies boven water.’

De dichter stierf uiteindelijk door het zwaard.

En ik vrees dat ook een rebellenleider, die – ongeacht welke meester hij diende – zijn hele leven niks anders heeft gekend dan oorlog, oorlog zal blijven voeren.

Tot snel,
Abdou

meer over Abdou Bouzerda

Bouzerda richt zich met name op het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Dankzij zijn talenkennis en uitgebreide netwerk treedt hij vaak op als duider in verschillende media. Hij presenteerde onder andere de podcastserie De Arabische Lente: 10 jaar later, waarin hij samen met gasten als journalist Joris Luyendijk en schrijver Hassnae Bouazza terugblikt op de volksopstanden die in 2010 begonnen. In de serie worden niet alleen de oorzaken en gevolgen van de Arabische Lente besproken, maar ook de huidige situatie in de regio en de mogelijkheid van nieuwe protesten.

Bouzerda schrijft regelmatig voor De Groene Amsterdammer en NRC Handelsblad, waar hij zich richt op internationale politiek en maatschappelijke kwesties.