Het Spoor Terug
Taghya el Dzezeir, voor een vrij Algerije 2: Naar Marnia
Laatste deel van tweeluik over de Algerijnse Malika Hadhoume, die als kind de Algerijnse bevrijdingsoorlog (1954-1962, anderhalf miljoen mensen kwamen om) meemaakte, haar familie verloor en nu, voor het eerst na 26 jaar, weer terugkeerde naar haar vaderland Algerije.
Voor zover ze kan nagaan heeft ze geen verwanten meer: haar ouders werden vermoord, haar oma is overleden en een oom en broer pleegden zelfmoord.
In deze aflevering: een bezoek aan Tlemcen, een paradijselijke stad, waar Malika zich goed voelt en op zoek gaat naar sporen uit het verleden.
Het bezoek aan Marnia is moeilijk, want in Marnia woonde Malika in een halfafgebouwde flat vlakbij het huis van de opstandelingenleider Ben Bella, die na de onafhankelijkheid aan de macht kwam. Iedere nacht werd deze flat beschoten. De familie Hadhoume leefde in voortdurende angst en eenzaamheid. Als het schieten 's nachts te erg werd stuurde haar oom de twee kinderen de bergen in. Lange nachten, heel veel angst, kou en honger, waarover Malika zegt: "ik had het gevoel dat de wereld omgedraaid was: de kinderen voedden de kinderen op, de volwassenen speelden oorlogje." Inleidende teksten:
Tekst 1 Tlemcen. West Algerije. Zestig kilometer van de Marokkaanse grens. Na 26 jaar keert Malika terug naar haar geboortegrond. Ze voelt de aarde tintelen. De eerste ontmoeting met het land waarvoor haar ouders stierven was een schok. Ze had op een socialistische paradijs gehoopt, wat de pijn om de anderhalf miljoen doden van de Algerijnse bevrijdingsoorlog zou verzachten. Ze wilde niet meer praten en we stonden op het punt om terug te keren naar Nederland. Nu wacht ons een moeilijke reis naar Marnia waar ze in het heetst van de strijd met haar broertje en oom verbleef. Maar eerst Tlemcen. Ze woonde er bij haar oma. In Tlemcen is alles anders.
Inleidende teksten
tekst 1
Een terras met mierzoete limonade en smekende mannenblikken. We leren in het niets te staren en kunnen een vol plein betreden zonder een blik met iemand te wisselen. Ons gesprek gaat door.
Tekst 2 Ze verlaat Algerije in 1962. Doodziek. Ze ligt maandenlang alleen in een Frans ziekenhuis, gaat daarna naar een kostschool in Zwitserland. Die eerste jaren bezoekt ze af en toe haar oma. Ze kan geen Arabisch meer spreken. Een week voor het vertrek doet het Malika pijn aan die tijd te denken.
Tekst 3 In 1950 al overvalt de Organisation Sécrète het postkantoor van Oran. Leider is Ben Bella, een jonge revolutionair, die zijn hoofdkwartier in Marnia heeft. Vier jaar later barst de bom; de jongeren in het verzet schreeuwen om rebellie, om opstand en revolutie. De FLN is een feit en al heel snel daarna arresteren de Fransen bij akties in Batna tweeduizend leden. Ben Bella wordt pas uitgeschakeld, als de Fransen in 1956 een Marokkaans vliegtuig kapen, waarmee de ALgerijnse leiders op weg zijn naar een topbijeenkomst in Tunis. De strijd is dan in volle gang. Tot de onafhenkelijkheid zit Ben Bella vast. De leider van de revolutie, de stem van het volk in 1954:
Tekst 4 In 1958 het heetst van de strijd komt generaal de Gaulle aan de macht. Het is de eerste Franse stem die zich uitspreekt voor het zelfbeschikkingsrecht, zij het dat hij een schuin oog houdt op de schatten van de sahara. Tot in de laatste onderhandelingen in 1962 proberen de Fransen de sahara-opbrengsten te behouden. Het is een moeizaame weg naar de onafhankelijkheid. Het verzet ook van Franse zijde is groot. In 1960 komen Franse Generaals in Algerije in opstand tegen De Gaulle. Die roept de noodtoestand uit. De wereld is gealarmeerd. Na de onafhankelijkheid komt Ben Bella aan de macht. Drie jaar later wordt hij ten val gebracht en hij verdwijnt ver weg in de sahara achter slot en grendel. Malika verblijft in het heetst van de strijd in Marnia. Heel Noord Algerije zit vol met FLN-ers die zich in de bergen verschuilen. Dagelijks wordt de flat waarin ze woont met haar oom en broertje beschoten.
Tekst 5 Een week voor het vertrek. Haar herinneringen zijn verdacht nauwkeurig. Stilstaande punten in de tijd, niet meer te toetsen aan de hand van getuigen en ver van de plek van het waar het gebeurde. Gefixeerde beelden die emotieloos beschreven kunnen worden. Ik vraag haar om Marnia te beschrijven.
Tekst 6 Er zijn vele dingen waarover een mens niet spreken kan. Waar geen woorden voor bestaan. Die nooit meer weggaan. Haar oma is overleden, haar oom en broer hebben zelfmoord gepleegd. Ze is alleen overgebleven en verloor het belangrijkste dat een mens tot mens maakt: het vermogen om lief te hebben. Ze wil niet meer. Tot zover het spoor en Algerije.
Uitgebreidere documentatie aanwezig in VPRO archief