Argos

De val van de rector

De rector magnificus van de Radboud Universiteit trad in september vorig jaar, vlak voor zijn pensionering en vlak voor het honderdjarig jubileum van de universiteit, terug. Zijn positie was onhoudbaar geworden nadat De Gelderlander onthulde dat een klacht wegens seksuele intimidatie gegrond was verklaard.

Door: Huub Jaspers

Het was een aantal jaren geleden gebeurd en het bestuur van de Nijmeegse universiteit had besloten dit niet naar buiten te brengen. Een doofpot? Onduidelijk bleef wat de rector precies had gedaan. Mondjesmaat kwamen details naar buiten. De rector zou twee ongepaste opmerkingen hebben gemaakt tegen een vrouwelijke medewerker tijdens een wintermarkt. Maar waren die zo ernstig? Stine Jensen sprak in haar column in de NRC van een komisch misverstand dat veel weg zou hebben van een scene uit Van Kooten en De Bie.

Maar was er in werkelijkheid niet toch méer aan de hand? Wat waren de opmerkingen die de rector maakte nou precies? Wat was de context? Hoe stelde de klachtencommissie vast dat het om seksuele intimidatie ging? Waarom zag de rector zich pas jaren na dato genoodzaakt om op te stappen? En wat is de rol geweest van de Raad van Toezicht?

Argos sprak - veelal achter de schermen - met 27 betrokkenen, bestudeerde de cruciale documenten en maakte een nauwgezette reconstructie.

Verantwoording

We hebben de afgelopen weken gesproken met 27 betrokkenen, die allen kennis hebben van een deel van het verhaal. Lang niet iedereen wil met naam worden genoemd. Alle namen en functies zijn bij de eindredacteur bekend. 17 van de 27 personen is vrouw. 10 van de 27 zijn hoogleraar of emeritus hoogleraar. Ook hebben we de cruciale documenten over deze zaak, zoals de klachtbrief en het onderzoeksrapport van de klachtencommissie, kunnen bestuderen. We hebben gedetailleerde wederhoor-vragen voorgelegd aan de klaagster, aan de hoofdredacteur van De Gelderlander, aan de voorzitter van de klachtencommissie, aan de voormalige voorzitter van het stichtingsbestuur van de Radboud Universiteit en de voormalige voorzitter van de Raad van Toezicht.

We hebben ook de rector magnificus zelf uitgebreid geïnterviewd en de grensoverschrijdende opmerkingen die hij tegenover een vrouwelijke medewerker maakte voorgelegd aan twintig willekeurig uitgekozen vrouwen in de leeftijd van begin twintig tot vijftig-plus.

Lees hier het weerwoord op het onderzoek

wederhoor

Mail van Argos aan de voorzitter van de klachtencommissie, 24 januari 2024

Geachte heer …, beste …, 

(op zijn uitdrukkelijke verzoek noemen we zijn naam niet)

Jammer dat u ons - bij nader inzien - toch geen interview wenst te geven.

Ik heb uit het telefoongesprek dat wij maandag hadden de hieronder weergegeven negen punten opgeschreven. Mocht er iets niet kloppen, dan zou ik u vriendelijk willen verzoeken om dit te corrigeren. 

Wij proberen, zoals ik u vertelde, alle betrokkenen te spreken over hoe zij – ook met de kennis van nu - reflecteren op hun rol en op de ‘affaire’ in zijn totaliteit; en we proberen een zo zorgvuldig mogelijke, gedetailleerde reconstructie te maken van deze zaak. Dit niet met de bedoeling om iemand aan de schandpaal te nagelen, maar om te bezien wat hieruit te leren valt.


Met vriendelijke groet,

Huub Jaspers
___

Belangrijkste punten uit het telefoongesprek van 22 januari 2024:

1) Ik kan niet veel over deze zaak zeggen. Ik heb geheimhoudingsplicht. Ik was voorzitter van de klachtencommissie en bij zo’n onderzoek spreken we altijd geheimhouding af. Dat geldt voor de commissie die de zaak onderzoekt, maar ook voor alle andere betrokkenen. Iedereen die met het onderzoek heeft meegedaan heeft geheimhoudingsplicht. Dus dat geldt ook voor de klager, de aangeklaagde en de getuigen. Dat staat ook zo in de klachtenregeling. Dat hebben wij ook in dit geval aan de betrokkenen voorgelegd en die hebben toegezegd: ik hou me daaraan.

2) Ik kan geen commentaar geven op wat er in de krant heeft gestaan. Ik lees zo veel in de krant wat totaal niet klopt. En ik denk dan: een krant heeft er kennelijk baat bij om een bepaald iets wel te zeggen en iets niet te zeggen. Dat weet ik niet hoor, want ik beschuldig geen enkele krant. Maar ik lees wel eens iets waarvan ik denk: nou dat is wel heel apart. 

3) De bedoeling van de geheimhouding is ook dat je een zaak niet groter maakt dan nodig is. Je wil juist voorkomen dat het in de kranten terecht komt en dat iedereen zich ermee gaat bemoeien.

4) Ik weet niet of het klopt dat de voorzitter van de Raad van Toezicht de klaagster toestemming heeft gegeven om zich niet meer te houden aan de geheimhoudingsplicht. Ze hebben dit niet aan de commissie voorgelegd. Als ze het aan mij gevraagd zouden hebben, zou ik geantwoord hebben: alle betrokkenen hebben geheimhoudingsplicht. Maar ze hebben het niet aan mij gevraagd en het is uiteindelijk ook hun verantwoordelijkheid. 

5) De taak van de commissie is om de klacht te onderzoeken en advies uit te brengen aan de Raad van Toezicht. Vervolgens is het is hun verantwoordelijkheid om te beslissen wat er verder moet gebeuren. Zij hebben de eindverantwoordelijkheid. 

6) Het past niet bij mijn rol om antwoord te geven op uw vraag of de affaire uiteindelijk veel groter geworden is dan het incident zelf rechtvaardigt. Het past mij ook niet om te zeggen of het al dan niet om een lichte zaak gaat. Ik kan wel zeggen dat het klopt dat er sancties zijn die zwaarder zijn dan de maatregel die wij in dit geval hebben geadviseerd.

7) Bij een klacht over seksuele intimidatie is het de taak van en onderzoekscommissie om objectief vast te stellen of daar sprake van is of niet. Daarbij horen we de klager en de beschuldigde. En – dat is belangrijk - we betrekken de context erbij. We kijken naar de relatie tussen betrokkenen, de posities die ze bekleden, de impact van het gebeurde en we nemen van alles en nog wat mee om uiteindelijk tot een conclusie te komen. Dat is veel minder simpel dan mensen vaak denken. Er wordt niet alleen juridisch gekeken, er zit ook een psycholoog in de commissie. 

8) Het is belangrijk dat we op objectieve wijze vaststellen of er wel of niet sprake is van seksuele intimidatie. Dit ook om te voorkomen dat, als een van de betrokkenen er uiteindelijk een rechtszaak van zou gaan maken, de rechter zou kunnen zeggen: dit is niet objectief vastgesteld. In dit geval is er trouwens helemaal geen rechtszaak van gekomen.

9) De klachtencommissie geeft na onderzoek advies over een gepaste maatregel. Het is aan de Raad van Toezicht wat ze met dit advies doen. 

___

Reactie van de voorzitter van de klachtencommissie, 24 januari 2024

Geachte heer Jaspers,

Laat ik beginnen om te zeggen dat ik niet wil dat u mijn naam expliciet noemt. Ik was de (toenmalig) voorzitter van de Klachtencommissie.

Punt 2 wil ik wat nader nuanceren.

Ik kan/wil geen commentaar geven op wat er in de krant heeft gestaan. Ik lees daarin te vaak dingen die niet kloppen, onvolledig of zelfs suggestief zijn en denk dan wel in wiens belang wordt dit gezegd en met welk doel? Met daarbij: uit welke bron komt deze informatie en hoe betrouwbaar is dat?
 

Punt 4/5.

Ietwat andere tekst (deze punten samenvoegen in onderstaande tekst. 

IK weet niet of het klopt waar u zegt dat de voorzitter van de Raad van Toezicht de klaagster toestemming heeft gegeven om zich niet meer te houden aan de geheimhoudingsplicht. De Klachtencommissie is daarvan niet op de hoogte en die vraag is ook niet aan de Klachtencommissie gesteld. Dat hoeft ook niet, want nadat de Klachtencommissie advies heeft uitgebracht aan de Raad van Toezicht (en haar onderzoek heeft afgerond) is het de verantwoordelijkheid van de Raad van Toezicht hoe verder te handelen. Tijdens het Klachtonderzoek is het aan de Klachtencommissie om toe te zien op de geheimhouding en deze te waarborgen.          

 

Punt 6/9 dit kan wellicht ook bij elkaar gevoegd worden.

De laatste zin snap ik niet (en klopt ook niet). Ik weet niet welke sanctie is opgelegd. Dat is ook aan de Raad van Toezicht. De Klachtencommissie geeft na een onderzoek advies om een eventueel te nemen maatregel, maar daarover kan/zal ik mij niet uitspreken. Het is aan de Raad van Toezicht wat ze daarmee doen.   

 

Punt 8. Laatste zin.

In dit geval; is er, voor zover mij bekend, geen rechtszaak van gekomen.   

 

Met vriendelijke groet,

….

___

Vragen Argos aan de voorzitter van de klachtencommissie 5 februari 2024

Geachte heer …,

(Op zijn verzoek noemen we zij naam niet)
 

Dank voor uw bericht van 24 januari.

In het kader van journalistieke zorgvuldigheid en vereiste wederhoor moet ik u een aantal punten voorleggen, die in mijn onderzoek boven water zijn gekomen en/of die anderen zeggen over u cq. het werk/oordeel van de klachtencommissie.

Ik doe dit in de vorm van een 12-tal zo concreet mogelijke vragen (zie bijlage) en verzoek u vriendelijk mij uw antwoorden uiterlijk vrijdag 9 februari per mail te doen toekomen.

Met vriendelijke groet,

Huub Jaspers, Argos


De Vragen:

  1. Wat is uw reactie op de kritiek van prof. Van Krieken en zijn advocaat dat de behandeling van de klacht onzorgvuldig is geweest doordat er is afgeweken van de op papier beschreven gebruikelijke procedure, zonder dat dit tijdig en adequaat aan de beklaagde is gemeld?

Concreet noemen zij de volgende punten:

+ Er heeft geen gesprek plaatsgevonden waarbij beide partijen, klaagster en beklaagde, aanwezig waren, in elkaars aanwezigheid hun visie konden geven, op elkaars mondelinge uitleg konden reageren en met elkaar in gesprek konden gaan.

+ De beklaagde heeft heel erg lang moeten wachten op het verslag van het hoorgesprek met klaagster. Dit zorgde voor lange onzekerheid en onnodige extra stress.

+ Voorts ontving beklaagde dit verslag van het hoorgesprek tegelijk met het concept-rapport van de klachtencommissie. Dit gaf de beklaagde het gevoel dat zijn reactie op het hoorgesprek er eigenlijk niet meer toe deed, dat het oordeel van de commissie in feite al was geveld.
 

  1. De Raad van Toezicht heeft in september 2018 besloten dat de klacht tegen de rector magnificus niet door de bestaande klachtencommissie van de Radboud Universiteit moest worden behandeld, maar dat er een speciale, externe, volledig onafhankelijke commissie zou worden ingesteld om deze klacht te onderzoeken. Vervolgens werd u benoemd als voorzitter van die speciale klachtencommissie, terwijl u tegelijkertijd de voorzitter was van de vaste klachtencommissie. Is dit niet in tegenspraak met elkaar?

 

  1. Meerdere insiders waar ik de afgelopen weken mee heb gesproken zeggen dat er op dat moment op de Radboud Universiteit strubbelingen waren over uw functioneren als voorzitter van de vaste klachtencommissie en dat uw herbenoeming aan de orde was. Is dit feitelijk juist?

 

  1. Had u deze opdracht - vanwege de onder punt 2 en 3 benoemde punten - niet moeten weigeren om elke schijn van vooringenomenheid te voorkomen?

 

  1. Is het juist dat u in het conceptrapport als maatregel had voorgesteld dat beklaagde zijn excuses moest aanbieden aan de klaagster, terwijl u in het definitieve rapport de keuze voor een gepaste maatregel bij het stichtingsbestuur laat? Zo ja, wat waren de redenen om het oorspronkelijke advies te veranderen en in het definitieve rapport geen enkele maatregel/sanctie ten aanzien van de beklaagde voor te stellen?

 

  1. De klaagster heeft de opmerkingen van de beklaagde tijdens die wintermarkt in januari 2017 ervaren als seksueel intimiderend. Maar de beklaagde geeft een fundamenteel andere uitleg aan de betekenis van zijn woorden en de intentie van zijn opmerkingen. Beide interpretaties staan diametraal tegenover elkaar. Niemand kan in het hoofd kijken van de beklaagde en van de klaagster, en beide interpretaties van de feitelijk gedane opmerkingen zijn op zich plausibel (het woord ‘poes’ heeft bijvoorbeeld in de Nederlandse taal beide betekenissen). In het eindrapport stelt u (de klachtencommissie) dat u, ondanks de verschillende interpretaties, objectief heeft kunnen vaststellen dat het bij de door de beklaagde gemaakte twee opmerkingen ging om seksuele intimidatie. Hoe heeft u dit objectief kunnen vaststellen?

 

  1. Heeft u de column van filosoof Stine Jensen in de NRC van 2 november 2023 onder de kop ‘Een poes kan ook gewoon een kat zijn’ gelezen?

 

  1. Wat is uw reactie op de beoordeling van Stine Jensen (die zelf ooit als jonge vrouwelijke wetenschapper geconfronteerd is geweest met heftig grensoverschrijdend gedrag) dat de opmerkingen van Van Krieken tijdens die wintermarkt, ingeschaald zouden moeten worden – als ze überhaupt al als seksuele intimidatie gekwalificeerd moeten worden - met het lichtst mogelijke cijfer? (Jensen haalt instemmend een eerdere vergelijking aan met de schaal van Richter bij een aardbeving, waarbij de opmerkingen van Van Krieken het cijfer 1 krijgen toebedeeld, dat staat voor ‘minuscuul’.)

 

  1. Ziet u het als een probleem het begrip ‘seksuele intimidatie’ te algemeen is en geen gradaties tot uitdrukking brengt zoals we dat bij strafbare feiten bijvoorbeeld wél doen? (Een pak koffie stelen in de supermarkt is een strafbaar feit en een moord plegen is ook een strafbaar feit, maar we geven daar wel verschillende namen aan. Een winkeldiefstal is heel iets anders dan een moord.)

 

  1. (Hoe) heeft u kunnen wegen/beoordelen of de vragen van de beklaagde tijdens die wintermarkt (over de poes en de torso) bij andere ontvangers (vrouwen) wellicht ook zonder seksuele connotatie begrepen kunnen worden?

 

  1. Wat is uw reactie op de kritiek van enkele vooraanstaande juristen dat uw oordeel dat het bij de door de beklaagde gemaakte twee opmerkingen zou gaan om ‘seksuele intimidatie’ in de kern een willekeurige interpretatie is van een boodschap die door de zender heel anders bedoeld was dan door de ontvanger begrepen en dat de onderbouwing van uw oordeel flinterdun is en niet als objectief kan worden gekwalificeerd?

 

  1. Had u behalve a) de hoge positie van de beklaagde, b) het feit dat de klaagster in hetzelfde gebouw werkte als de beklaagde en c) de dubbele betekenis van het woord ‘poes’ niet ook andere, verzachtende, feiten en omstandigheden moeten meewegen bij een objectieve beoordeling. Bijvoorbeeld:
  1. het feit dat het niet om fysieke belaging of intimidatie ging;
  2. het feit dat de beklaagde een plausibele uitleg heeft gegeven over de bedoeling en betekenis van zijn twee opmerkingen en dat die geen enkele seksuele lading hadden;
  3. het feit dat het niet ongebruikelijk is dat iemand het woord poes gebruikt als hij/zij het heeft over een kat;
  4. het feit dat de beklaagde enkele weken na het incident in een persoonlijk gesprek met de klaagster zijn excuses heeft aangeboden; 
  5. het feit dat het om een eenmalig incident ging;
  6. het feit dat het incident van zeer korte duur (hooguit twee minuten) is geweest;
  7. het feit dat het incident in de openbare ruimte plaatsvond;
  8. het feit dat de beklaagde volgens klaagster juist neutraal keek toen hij de twee opmerkingen maakte;
  9. het feit dat de klaagster in haar werk niet in een directe afhankelijkheidsrelatie van de beklaagde zat. Ze kreeg geen directe opdrachten van hem, werd niet door hem beoordeeld of iets dergelijks. Ze had ook niet dagelijks met hem te maken. 

___

Reactie van de voorzitter van de klachtencommissie, 8 februari 2024

De voorzitter, die niet met naam genoemd wil worden, geeft aan niet op mijn vragen te willen antwoorden. Omdat een deel van wat hij schrijft vertrouwelijk is, geven we de mail niet letterlijk weer, maar vatten we die samen:

Hij stelt: “Ook nu weer lees ik allerlei veronderstellingen/aannames die feitelijk onjuist zijn.” Hij heeft niet aan welke veronderstellingen of aannames onjuist zijn. Hij doet de suggestie om twee andere voormalige leden van de klachtencommissie te benaderen; hun namen/gegevens verstrekt hij ons vertrouwelijk.

Omdat:

a) de voorzitter heeft uitgelegd dat de klachtencommissie gebonden is aan geheimhouding;

b) de persoonsgegevens van die andere leden vertrouwelijk zijn;

c) een deel van onze vragen juist persoonlijk aan de voorzitter gericht zijn;

d) we het complete rapport van de klachtencommissie hebben kunnen bestuderen

benaderen we deze personen niet meer voor onze uitzending.

Vragen van Argos aan Merel van Vroonhoven, 30 januari 2024

Geachte mevrouw Van Vroonhoven,

In het kader van journalistieke zorgvuldigheid en de vereiste wederhoor leg ik u een aantal vragen voor over de affaire die geleid heeft tot het terugtreden van de rector magnificus van de Radboud Universiteit, Han van Krieken.

Om twee redenen benader ik u persoonlijk en niet – zoals door u voorgesteld - via afdeling voorlichting van de Radboud Universiteit. Ten eerste werkt u niet meer voor de Radboud Universiteit. Ten tweede betreffen mijn vragen uw persoonlijke handelen en zienswijze en zijn ze dus direct aan u persoonlijk gericht.
 

Hier mijn vragen:

1. Waarom wil u niet in een interview ingaan op deze kwestie?

2. Hoe kijkt u met de kennis van nu aan tegen het terugtreden van Han van Krieken als rector magnificus van de Radboud Universiteit? 

3. Waarom heeft u als voorzitter van de Raad van Toezicht van de Radboud Universiteit aan klaagster … toestemming gegeven om met haar verhaal over de in 2018 afgehandelde klacht over de rector magnificus Han van Krieken naar buiten te treden?

4. Wat is uw reactie op de stelling dat deze door u gedane toezegging een cruciale rol heeft gespeeld in de affaire die geleid heeft tot het terugtreden van de rector magnificus? 

5. Wat is uw reactie op de kritiek dat deze door u gedane toezegging in strijd is met de vaststellingsovereenkomst die de Radboud Universiteit indertijd met mevrouw heeft gesloten?

6. Was u als voorzitter van de Raad van Toezicht van de Radboud Universiteit bevoegd om dit besluit te nemen?

7. Wat is uw reactie op de kritiek dat deze door u gedane toezegging in strijd is met de vertrouwelijkheid die met alle betrokkenen was overeengekomen in het kader van de klachtenprocedure?

8. Is het juist dat er bij het bestuur van de Radboud Universiteit een stevige discussie ontstond toen bekend werd dat u deze toezegging aan klaagster had gedaan?

9. Wat is uw reactie op de kritiek dat uw toezegging aan klaagster een ernstige bestuurlijke fout is geweest?

10. Houdt uw plotselinge vertrek als voorzitter van de Raad van Toezicht van de Radboud Universiteit, vlak nadat binnen de universiteit bekend werd dat u genoemde toezegging aan klaagster had gedaan, verband met deze ‘bestuurlijke fout’?
 

Ik verzoek u vriendelijk mij uw antwoorden uiterlijk maandag 5 februari te mailen.
 

Met vriendelijke groet,

Huub Jaspers, Argos, VPRO
___

Antwoord Merel van Vroonhoven aan Huub Jaspers 

Ze geeft eerst in een kort telefoongesprek en vervolgens via de woordvoerder van het bestuur van de Radboud Universiteit aan dat ze niet gaat antwoorden. Ik moet mijn vragen maar voorleggen aan de huidige Raad van Toezicht.

Uiteindelijk krijg ik een interview van dertig minuten met de voorzitter van die Raad van Toezicht, Mario van Vliet, aan wie ik enkele van deze vragen kan voorleggen.

De audio met het interview met Van Vliet is elders op deze website te vinden.

Interviewverzoek Argos 25 januari 2024

Dag Joris,

Ik ben weliswaar nog niet helemáál klaar met mijn onderzoek, maar heb inmiddels een twintigtal mensen gesproken, die op de een of andere manier betrokken zijn (geweest) bij deze zaak. Een aantal van hen heb ik uitgebreid kunnen interviewen, een aantal (ook uitgebreid) off-the-record kunnen spreken. 

Tevens heb ik de belangrijkste documenten uit dit dossier kunnen bestuderen, waaronder de klacht en de uitspraak van de Klachtencommissie. Ik heb - durf ik te stellen - inmiddels een goed, gedetailleerd beeld van de feiten en omstandigheden, en ook van de zienswijze van de hoofdrolspelers: de klaagster, de beklaagde, de klachtencommissie en het bestuur. 

Wat nog ontbreekt is een interview met de hoofredacteur van De Gelderlander over zijn visie op de hele zaak en zijn reflectie op de rol van de krant, met name op de verhalen die krant heeft gepubliceerd en op de feiten en omstandigheden die de krant wel en niet naar buiten heeft gebracht.

Ik hoop van harte dat je staat voor wat jullie hebben gedaan en ook bereid bent om daar uitleg over te geven. 

Kortom: Mag ik je komen interviewen?

Groet!
Huub
___

Antwoord van Joris Gerritsen, 29 januari 2024

Beste Huub, 

Je hebt nog een reactie van mij te goed. Ik zal niet meewerken aan een interview. Wel ga ik ervan uit dat als er mensen De Gelderlander verwijten maken je deze verwijten voorlegt aan mij zodat ik daar eventueel op kan reageren. Verder laat ik het voor nu bij de volgende verklaring: 

Wij staan achter ons verhaal. 

Vriendelijke groet
Joris Gerritsen, Hoofdredacteur

___

Vragen van Argos aan Joris Gerritsen, 30 januari 2024

Dag Joris,

Vanwege journalistieke zorgvuldigheid en noodzakelijke wederhoor en omdat je helaas niet bereid bent tot een interview, leg ik je een aantal vragen (zie hieronder) ter schriftelijke beantwoording voor.

Ik verzoek je om mij uiterlijk vrijdag (2 februari, 17.00 uur) je antwoorden te mailen.

Vriendelijke groet,
Huub

1.      Waarom ben je niet bereid om in een interview een toelichting te geven op jullie publicaties (die veel impact hebben gehad) en te reageren op kritische vragen?

2.      Is het feitelijk juist dat jullie pas op vrijdag 22 september 2023, dus de dag voor verschijning van het voorpagina-verhaal van zaterdag, aan de rector-magnificus van de Radboud Universiteit, Han van Krieken, hebben voorgelegd wat jullie bevindingen waren en wat er in het artikel zou komen te staan?

3.      Is dit niet te laat voor een serieus wederhoor-verzoek bij een onthullend voorpagina-verhaal in de zaterdag-krant? 

4.      Heeft de reactie van Van Krieken nog geleid tot aanpassingen aan het artikel?

5.      Hoe kijk jij terug op jullie berichtgeving over deze kwestie en de gevolgen die jullie berichtgeving voor de persoon Han van Krieken heeft gehad?

6.      Staat zijn terugtreden als rector-magnificus en zijn niet-benoeming als interim voorzittervan de UNL (de koepelorganisatie van de Nederlandse universiteiten) in jouw ogen in verhouding tot zijn misstap (de twee ongepast opmerkingen in januari 2017)?  

7.      Wist jij op het moment van publicatie wat de inhoud van de klacht tegen Van Krieken was en wat de twee opmerkingen waren die hij had gemaakt tijdens die wintermarkt op 12 januari 2017? 

8.      Indien je dit op dat moment niet wist: behoort het checken van deze cruciale details niet tot de journalistieke zorgvuldigheidsplicht?

9.      Waarom hebben jullie die twee opmerkingen niet gebracht in jullie voorpagina-verhaal?

10.  Is door het weglaten van die twee opmerkingen van Van Krieken niet een totaal vertekend beeld ontstaan?

11.  Heeft jullie verslaggeving niet geleid tot disproportionele schade voor Van Krieken?

12.  Is het verenigbaar met de journalistieke ethiek van De Gelderlander dat een van jullie vaste columnisten (Marcel Rözer) enkele dagen na jullie voorpagina-verhaal in zijn column allerlei suggesties doet en feitelijk onjuiste, speculatieve gedachten formuleert over wat Van Krieken’s opmerkingen geweest zouden kunnen zijn, terwijl jij als hoofdredacteur op dat moment wist of had kunnen weten wat Van Krieken feitelijk had gezegd?

13.  In de krant van 30 januari berichten jullie over een carnavalsprijs die Van Krieken zou krijgen van een carnavalsvereniging in het Duitse Kranenburg en laten jullie de tot op het moment van het interview onwetende voorzitter van het Duitse optochtcomité zijn verbazing uitspreken over het feit dat er een klacht gegrond is verklaard tegen Van Krieken wegens seksuele intimidatie. Jullie plaatsen ook wederom een foto van Van Krieken bij dit bericht. Wat is jouw reactie op de door de echtgenote van Van Krieken uitgesproken gedachte dat de berichtgeving van De Gelderlander begint te lijken op een persoonlijke hetze?

14.   Waarom hebben jullie als krant besloten zo in te zoomen op de persoon Han van Krieken?

___

Antwoorden Joris Gerritsen, 1 februari 2024

1.      Waarom ben je niet bereid om in een interview een toelichting te geven op jullie publicaties (die veel impact hebben gehad) en te reageren op kritische vragen? 

Wij hebben Van Krieken meerdere keren gevraagd om een interview. Daar is hij niet op ingegaan. Ik vind het dan niet chique om een gesprek over Van Krieken te voeren via een ander medium. Ons aanbod voor een interview staat nog steeds. Het nieuwsbericht over Van Krieken was onderdeel van een reeks verhalen over grensoverschrijdend gedrag op de Radboud Universiteit. Daarvoor hebben wij tientallen vrouwen gesproken. We weten dat het slachtoffer in deze kwestie niet met jullie praat. Wij willen en kunnen niet voor haar en de andere bronnen spreken. Wij nemen bronbescherming serieus.  

2.      Is het feitelijk juist dat jullie pas op vrijdag 22 september 2023, dus de dag voor verschijning van het voorpagina-verhaal van zaterdag, aan de rector-magnificus van de Radboud Universiteit, Han van Krieken, hebben voorgelegd wat jullie bevindingen waren en wat er in het artikel zou komen te staan?

Dit is feitelijk onjuist.

3.      Is dit niet te laat voor een serieus wederhoor-verzoek bij een onthullend voorpagina-verhaal in de zaterdag-krant? 

Zie antwoord 2  

4.      Heeft de reactie van Van Krieken nog geleid tot aanpassingen aan het artikel?

Uiteraard. Maar in alle verklaringen die de Universiteit, de Raad van Toezicht en Van Krieken zelf naar buiten brachten, was nergens sprake van feitelijke onjuistheden. Van Krieken maakt zelf excuses omdat hij ‘seksueel intimiderend’ is overgekomen. Dit hebben we verwerkt in onze berichtgeving. 

5.      Hoe kijk jij terug op jullie berichtgeving over deze kwestie en de gevolgen die jullie berichtgeving voor de persoon Han van Krieken heeft gehad?

We staan achter ons verhaal. Ik heb geen persoonlijke mening over de gevolgen. 

6.      Staat zijn terugtreden als rector-magnificus en zijn niet-benoeming als interim voorzittervan de UNL (de koepelorganisatie van de Nederlandse universiteiten) in jouw ogen in verhouding tot zijn misstap (de twee ongepast opmerkingen in januari 2017)?  

Daar heb ik dus geen oordeel over. 

7.      Wist jij op het moment van publicatie wat de inhoud van de klacht tegen Van Krieken was en wat de twee opmerkingen waren die hij had gemaakt tijdens die wintermarkt op 12 januari 2017?

Vanwege bronbescherming ga ik hier niet op in. 

8.      Indien je dit op dat moment niet wist: behoort het checken van deze cruciale details niet tot de journalistieke zorgvuldigheidsplicht?

Zie antwoord op vraag 7. 

9.      Waarom hebben jullie die twee opmerkingen niet gebracht in jullie voorpagina-verhaal?

Het nieuws dat wij hebben gebracht is dat de Radboud Universiteit een klacht over seksuele intimidatie door de Rector Magnificus, die door een externe commissie gegrond is verklaard, in de doofpot heeft gestopt.

10.  Is door het weglaten van die twee opmerkingen van Van Krieken niet een totaal vertekend beeld ontstaan?

Zie antwoord op vraag 7 en 9.  Wij staan achter ons verhaal. De feiten spreken voor zich.  

11.  Heeft jullie verslaggeving niet geleid tot disproportionele schade voor Van Krieken?

Zie antwoord op vraag 6. Ik heb hier dus geen mening over. Wel las ik in een ander interview met Van Krieken dat hij het hele incident altijd heeft beschouwd als een zwaard van Damoclesdat boven zijn hoofd hing. Voor de goede orde: De Gelderlander heeft dat zwaard niet opgehangen. 

12.  Is het verenigbaar met de journalistieke ethiek van De Gelderlander dat een van jullie vaste columnisten (Marcel Rözer) enkele dagen na jullie voorpagina-verhaal in zijn column allerlei suggesties doet en feitelijk onjuiste, speculatieve gedachten formuleert over wat Van Krieken’s opmerkingen geweest zouden kunnen zijn, terwijl jij als hoofdredacteur op dat moment wist of had kunnen weten wat Van Krieken feitelijk had gezegd?

Columnisten zijn vrij in wat zij schrijven. Dat is bij alle fatsoenlijke nieuwsmedia zo. 

13.  In de krant van 30 januari berichten jullie over een carnavalsprijs die Van Krieken zou krijgen van een carnavalsvereniging in het Duitse Kranenburg en laten jullie de tot op het moment van het interview onwetende voorzitter van het Duitse optochtcomité zijn verbazing uitspreken over het feit dat er een klacht gegrond is verklaard tegen Van Krieken wegens seksuele intimidatie. Jullie plaatsen ook wederom een foto van Van Krieken bij dit bericht. Wat is jouw reactie op de door de echtgenote van Van Krieken uitgesproken gedachte dat de berichtgeving van De Gelderlander begint te lijken op een persoonlijke hetze?

De vrouw van Van Krieken? Wij doen niet aan hetzes of karaktermoord. 

14.   Waarom hebben jullie als krant besloten zo in te zoomen op de persoon Han van Krieken? 

Dat hebben we niet, dat weet jij ook. We hebben met tientallen vrouwen gesproken die zich niet veilig voelen op hun werk vanwege de masculiene, vrouwonvriendelijke cultuur aan de Radboud Universiteit. De doofpotcultuur is een onderdeel van dit probleem. Dat blijkt uit ons onderzoek waaraan we lang, secuur, met veel bronnen en voldoende ruimte voor wederhoor hebben gewerkt. 

___

Vraag van Argos aan Gerritsen, 2 februari 2024 

Dag Joris,

Je geeft aan dat wat ik in vraag 2 heb opgeschreven feitelijk onjuist is. Zou je s.v.p. kunnen aangeven wanneer jullie jullie bevindingen dan wel aan Han van Krieken hebben voorgelegd?

Bij voorbaat dank.

Vriendelijke groet,
Huub

___

Antwoord van Joris Gerritsen, 2 februari 2024

Dag Huub, 

Ik neem aan dat Han van Krieken zelf ook aan kan geven dat dit niet klopt. Ik vind niet dat ik in deze kwestie jouw werk moet doen. 

Succes er mee. 

Groet 
Joris
___ 

Vraag van Argos aan Joris Gerritsen, 13 februari 2024  

Dag Joris,

Wat ik je eerder in vraag 2 voorgelegde bleek inderdaad een vergissing (van mij). Sorry daarvoor.

Ik heb dit nu gecheckt. Van Krieken kreeg op donderdagochtend 21 september 2023 om 10.53 uur jullie concept-artikel, met het verzoek om uiterlijk de volgende dag (vrijdag 22 september) 12.00 uur te reageren. 

Hij kreeg dus 25 uur en 7 minuten de om zijn reactie te geven of te sturen. Dit vermelden wij in onze uitzending.

Mocht dit feitelijk onjuist zijn dan verzoek ik je bij dezen dit te corrigeren.

Onze deadline is aanstaande donderdagochtend (15 februari) om 10.00 uur.

Vriendelijke groet,
Huub
___

Geen reactie van Joris Gerritsen

Mail van Argos, 26 januari 2024

Beste ….,

Jammer dat je ons geen interview wil geven. Wij proberen, zoals eerder aangegeven, een zo feitelijk mogelijke, gedetailleerde reconstructie van deze zaak te maken en daarbij de zienswijze van alle betrokkenen aan bod te laten komen.

We begrijpen dat deze mail mogelijk onprettig voor jou zal zijn, maar we zijn helaas toch genoodzaakt om - ondanks jouw besluit om niet mee te willen werken - een aantal punten aan je voor te leggen.

In het kader van journalistieke zorgvuldigheid en wederhoor is het noodzakelijk dat we je de kans geven om te reageren op onderstaande vragen en ook om feiten die in jouw ogen onjuist zijn te corrigeren. 

Omdat je hebt aangegeven dit niet in een interview te willen doen, leggen we dit per mail aan je voor met het verzoek om per mail te reageren uiterlijk over een week, dus vrijdag 2 februari 2024.

Als je dit doet en er prijs op stelt dat we je naam (in onze uitzending en overige publicaties) niet noemen, dan zullen we dit respecteren. We kunnen dan bijvoorbeeld alleen je voornaam noemen of je desnoods zelfs een andere voornaam geven.

Uiteraard staat het je vrij om onze vragen (of bepaalde vragen) niet te beantwoorden. We verzoeken je vriendelijk om dat dan wel even aan te geven. 

Overigens beschouwen we – voor de duidelijkheid - deze vragen en jouw antwoorden vanaf nu als On-The-Record.

Bij voorbaat dank voor je reactie.

Vriendelijke groet,
Huub Jaspers en Judith Konijn, Argos 
 

Dit zijn onze wederhoor-vragen aan jou:
1.      Is het feitelijk juist dat er vlak na het incident in januari 2017 op jouw verzoek een gesprek heeft plaatsgevonden tussen jou en Han van Krieken? 

2.      Is het feitelijk juist dat Han van Krieken in dit gesprek zijn excuses heeft aangeboden en ook heeft gezegd dat hij geen seksuele bedoelingen had met zijn opmerkingen?

3.      Klopt het dat Han van Krieken in dit gesprek heeft gezegd dat hij bij het door jou gemaakte tasje een associatie had met de tas die kunstenares Tinkebell van haar kat heeft gemaakt? 

4.      Klopt het dat je van begin af aan bij de Radboud Universiteit hebt aangegeven onvrede te hebben met de in de vaststellingsovereenkomst afgesproken geheimhouding van wat er was voorgevallen?

5.      Klopt het dat geheimhouding ook was afgesproken in de klachtenprocedure die jij hebt aangespannen? 

6.      Klopt het dat het geldbedrag dat de Radboud Universiteit jou bood in de vaststellingsovereenkomst veel hoger was dan gebruikelijk? (Zoals wordt beweerd in de uitzending van 9 februari 2022 en op de website van EenVandaag.)

7.      Klopt het dat het gaat om een bedrag van tienduizenden Euro’s? 

8.      Klopt het dat je op advies van je advocaat - mede vanwege het geboden hoge geldbedrag - uiteindelijk de vaststellingsovereenkomst hebt ondertekend inclusief de geheimhoudingsclausule?

9.      Zie jij dit hoge geldbedrag als een erkenning van de ernst van wat jou is overkomen?

10.  Klopt het dat je begin 2022 in gesprek bent gegaan met de nieuwe Raad van Toezicht van de Radboud Universiteit over de onvrede die jij had over de vaststellingsovereenkomst en dat je uiteindelijk van de Raad van Toezicht schriftelijk toestemming hebt gekregen om de zaak naar buiten te brengen?


Mogen we je tot slot nog vragen:
11.  Speelde er bij jouw beslissing om een klacht tegen Han van Krieken in te dienen nog iets anders een rol dan de twee opmerkingen die hij maakte bij zijn bezoek aan jouw kraam tijdens die wintermarkt in 2017?  Zo ja, zou je s.v.p. willen aangeven wat. 

12.  Heb jij dit ook aangekaart bij de klachtencommissie?

13.  Van Krieken was uiteindelijk je hoogste baas, maar had jij in je dagelijkse werkzaamheden direct met hem te maken? Bemoeide hij zich met je werk, gaf hij jou direct opdrachten of moest je verantwoording aan hem afleggen?

14.  Speelde een conflict rond jouw functie/functioneren een rol? Zo ja, had Han van Krieken hier iets mee te maken? 

15.  Ben je tevreden over het geldbedrag dat je van de Radboud Universiteit hebt gekregen in verband met je vertrek?

16.  Heb je bij de gesprekken met de Raad van Toezicht, die je sinds januari 2022 hebt gevoerd, gevraagd om een aanvullende financiële tegemoetkoming (in verband met nazorg)?

17.  Wat is jouw reactie op de opvatting van de advocaat van Han van Krieken dat er, nadat jij ervoor gekozen hebt een deel van het verhaal naar buiten te brengen, geen belemmering meer is om het hele verhaal (met tot nu toe nog niet naar buiten gebrachte feiten en omstandigheden) naar buiten te brengen?
___

Antwoord van klaagster, 1 februari 2025

Klaagster antwoordt dat ze de vragen niet wenst te beantwoorden, dat ze op geen enkele wijze geciteerd wil worden, dat ze niet wil dat haar naam publiek wordt gemaakt en dat ze geen berichten van Argos meer wenst te ontvangen.

sprekers

Han van Krieken

Voormalig rector magnificus van de Radboud Universiteit en emeritus hoogleraar pathologie

Els van den Ende

Senior onderzoeker bij de Maartenskliniek Nijmegen en universitair hoofddocent bij het RadboudUMC

Mario van Vliet

Voorzitter van de Raad van Toezicht van de Radboud Universiteit en hoogleraar Informatie & Technologie Management aan de Vrije Universiteit Amsterdam

Rianne Letschert

Voorzitter van het College van Bestuur en voormalig rector magnificus van Universiteit Maastricht en hoogleraar victimologie en internationaal recht

Cathy van Beek

Kwartiermaker/aanjager trajecten duurzame zorg en voormalig lid van de Raad van Bestuur van het RadboudUMC

Inge de Laat

Advocaat arbeidsrecht bij Rutgers & Posch in Amsterdam

Hanneke Bennaars

Advocaat arbeidsrecht bij Allen & Overy in Amsterdam

Huub Jaspers

Onderzoeksjournalist Argos

 

interview voorzitter Raad van Toezicht Radboud Universiteit

Beluister hier het complete interview met Mario van Vliet, de voorzitter van de Raad van Toezicht van de Radboud Universiteit.

Abonneer je op Argos-podcast

De tweewekelijkse radio-uitzending van Argos is ook te beluisteren als podcast via NPO LuisterSpotify ► Google Podcast ► Radio 1-app

achtergrond

MeToo op universiteiten

dossier

Grensoverschrijdend gedrag in de wetenschap kan zeer ernstige gevolgen hebben. Niet alleen voor de personen die dit treft, maar ook voor de wetenschap. Talentvolle onderzoekers vallen uit of ze keren de wetenschap zelfs definitief de rug toe. Argos onderzocht de afgelopen maanden de sociale veiligheid op Nederlandse universiteiten.

Grensoverschrijdend gedrag door hoogleraar: ‘Hij moest mijn scriptie nog beoordelen.’

Door de MeToo-beweging kwamen de afgelopen jaren steeds meer gevallen van grensoverschrijdend gedrag aan het licht. Argos deed onderzoek naar meldingen bij Nederlandse universiteiten en kwam zo in contact met Fleur. Tijdens haar studie kreeg zij een stortvloed aan ongepaste appjes binnen van haar scriptiebegeleider, en dit terwijl hij haar scriptie nog moest beoordelen. Uiteindelijk kwam ze ziek thuis te zitten.

Meldingen seksueel grensoverschrijdend gedrag op universiteiten in vier jaar tijd meer dan verdubbeld

Het aantal meldingen van seksueel grensoverschrijdend gedrag op Nederlandse universiteiten is de afgelopen vier jaar flink toegenomen: van 141 meldingen in 2019 naar 300 meldingen in 2022. Deze sterke toename is echter niet terug te zien in het aantal formele klachten. Dat bleef de afgelopen jaren gelijk: twee klachten per jaar. Dit blijkt uit een enquête van Argos onder alle universiteiten in Nederland.