Wiesje Kuijpers werkt al ruim tien jaar in de media en deed de research voor De wereld van de Chinezen. Dat ze in Madagaskar uitkwam was puur toeval.

Marina Alings

Iets moois en onverwachts vinden terwijl je op zoek bent naar iets anders. Serendipiteit speelt een belangrijke rol bij de VPRO in de zoektocht naar verrassende verhalen. Volgens voormalig VPRO-hoofdredacteur Frank Wiering, meester in oneliners, is serendipiteit ‘op zoek gaan naar de speld in een hooiberg en er met een lekkere meid uit komen’. Wiesje Kuijpers kan daarover meepraten: ‘Ik was eigenlijk bezig met deskresearch in West-Afrika, Namibië. Googelend stuitte ik toevallig op een blog over Chinese prostituees in Madagaskar die de inheemse vrouwen zouden verdrijven. Nu bleek daar niets van te kloppen maar mijn interesse in de aanwezigheid van Chinezen in Madagaskar was wel gewekt.’

Dus je start ergens met een idee en komt vervolgens heel ergens anders uit?

‘Zo begint het vaak. Je komt iets kleins tegen, een detail dat je aandacht trekt en aanleiding geeft voor verdere research. Zo kwam ik erachter dat Chinezen vanwege de grondstoffen, vanille en visserij al vier generaties in Madagaskar zitten. Ik dacht: dáár zit een verhaal in. Ik zoek naar verscheidenheid in thematiek en visuele variatie, zodat elke aflevering iets anders vertelt en de serie als geheel een groter verhaal schetst. In Madagaskar kunnen we een fundamenteel ander deel van het verhaal vertellen over de Chinese diaspora dan in een andere aflevering van de serie.’

Je komt als researcher iets op het spoor, wat is de rol van Ruben in deze fase?

‘In de redactievergadering doe ik verslag van welke verhalen er te vinden zijn. Maar ook over de toegankelijkheid en bereisbaarheid van het land. Bij de keuze tussen Namibië en Madagaskar hielp het dat Madagaskar visueel rijker is. Wat trouwens ook hielp: Ruben is vogelspotter dus die wilde wel naar vogelparadijs Madagaskar. Maar doorslaggevend was dat je nooit iets hoort over Chinezen in Madagaskar. Dat voedde Rubens voorkeur voor Madagaskar boven Namibië. Waarbij natuurlijk meespeelde dat de VPRO graag laat zien wat mensen nog niet kennen.’

Dan ga je op researchreis en dan?

‘Van tevoren zoek ik van alles uit. Wie er ter plekke actief is, denk aan NGO’s, wetenschappers, journalisten, die mij met informatie en contacten kunnen helpen en waar ik misschien ook terecht kan als het misgaat. Hoe het werkt met vervoer. In welk seizoen je het beste kunt reizen. Wat de politieke situatie is. Ik verdiep me in de verhalen die verder moeten worden uitgezocht en zorg ervoor dat ik ter plekke iemand heb, een fixer, die praktisch en inhoudelijk de weg bereidt. In Madagaskar had ik iemand nodig die zowel Malagassisch en Frans spreekt als Chinees. Ik wilde niet door het land reizen met een fixer én een tolk. Onhandig en kostbaar. In mijn netwerk van journalisten en correspondenten vond ik via via iemand die mij kon helpen. Een goede fixer zoekt aan de hand van een concrete opdracht personen bij onderwerpen die we willen belichten. Vervolgens zoek ik uit of de personen die door de fixer worden aangedragen echt geschikt zijn en qua persoonlijkheid ook iets verrassends toevoegen. Zo niet, dan zoeken we door. Je gaat ook op pad om uit te zoeken welke verhalen je niet gaat vertellen.’

Hoe schat je iemand in wiens taal je niet spreekt?

‘Het was de eerste keer dat ik research deed zonder dat ik zelf met de mensen kon praten. Normaal gesproken maak ik persoonlijk contact en probeer ik een band op te bouwen. Ik maak graag grapjes om het ijs te breken. Maar als ik nu een grapje maakte, moest mijn fixer lachen maar vergat vervolgens het te vertalen. Dan moest ik hem aansporen om dat wel te doen. Toch ondervond ik dat het niet per se nodig is dat je iemands taal moet spreken om hem te verstaan. Zo ontmoette ik een Chinees die naar Madagaskar was gekomen en daar alles was kwijtgeraakt. Door het zichtbare verdriet waarmee hij sprak, begreep ik hem wel degelijk. Ik voelde: dít is een verhaal. Het verraste me hoe goed je kunt inschatten of iemands verhaal interessant is of niet, ook al spreek je de taal niet. Het gaat er in de researchfase om dat ik kan peilen of iemand een interessant verhaal heeft. Overigens maak ik ook gebruik van de vertaaltool van WeChat op mijn telefoon. Hiermee blijf ik in contact nu ik weer in Nederland ben.’

Waar verbaasde jij je het meeste over?

‘De vraag of ze Madagaskar leuk vonden begrepen ze vaak niet. Zij zijn er gewoon om te werken, heel hard te werken, zeven dagen per week. Succesvol zijn staat voor hen gelijk aan hard werken en voor familie kunnen zorgen. Die zien ze misschien één keer per jaar.