Een goede vraag, die helaas niet heel simpel te beantwoorden is. Het heeft vooral te maken met de databronnen die wij en andere media gebruiken. Onderling kunnen die namelijk verschillen. Neem bijvoorbeeld het getal over nieuwe ziekenhuisopnames. Er zijn drie betrouwbare databronnen die ziekenhuiscijfers over coronapatiënten produceren:
- Het RIVM
- Het Landelijk Coördinatiecentrum Patiënten Spreiding (LCPS)
- Nationale Intensive Care Evaluatie (NICE).
Alle drie de instanties gebruiken andere manieren van registreren, omdat ze ieder een ander doel nastreven. Het RIVM wil in de eerste plaats de verspreiding en de gevolgen van het virus volgen, maar NICE wil per moment van de dag weten of er genoeg beschikbare bedden zijn. Per bron kunnen de cijfers daarom verschillen, soms zelfs per uur. De vraag voor ons is dus: welke bron kunnen we het beste gebruiken voor het doel van de coronatikker? Betrouwbare informatie geven aan een breed publiek over het verloop van de epidemie.
Allereerst moeten we een onderscheid maken tussen ‘gewone’ opnames op de verpleegafdeling van een ziekenhuis en opnames op de Intensive Care. Laten we eerst kijken de gewone ziekenhuisopnames en illustreren met een voorbeeld.
Tussen 1 september en 8 september zijn bij het RIVM 43 ziekenhuisopnames gemeld. In diezelfde periode zijn dat er bij NICE 89. Het LCPS kijkt alleen naar het aantal coronapatënten dat op een moment op de afdeling ligt. Op 1 september waren dat er 93 en op 6 september 116 coronapatiënten.
Het RIVM-cijfer is lager dan het cijfer van NICE. Dat komt omdat ze achterlopen, zoals onlangs ook bleek uit een analyse van De Volkskrant. De GGD belt met alle mensen die positief getest zijn om te horen hoe het ze vergaat. Als iemand in het ziekenhuis belandt, geeft de GGD dat door aan het RIVM en die zet het vervolgens in de database.
Stichting NICE baseert zijn weer data op formulieren die door artsen van het ziekenhuis worden ingevuld. De registratie is daardoor iets anders. Bij coronapatiënten die al getest zijn en die naar het ziekenhuis moeten is het meteen duidelijk. Maar er zijn ook patiënten die voor iets anders zijn opgenomen en die in het ziekenhuis zelf pas klachten ontwikkelen. Die worden eerst aangemerkt als ‘verdacht’ en vervolgens getest. Als de test positief uitpakt worden ze gecategoriseerd als ‘bewezen’. Dit proces verloopt sneller dan de methode van het RIVM.
Voor de coronatikker maken voor de ‘gewone’ ziekenhuisopnames gebruik van de RIVM-data. Dat komt omdat in de categorieën ‘verdacht / bewezen’ heel veel fluctuaties in zitten en ze daarom lastig zijn om over te berichten. De aantallen ziekenhuisopnames in de coronatikker lopen daarom iets achter, maar zijn wel betrouwbaar.
Voor de aantallen coronapatiënten op de Intensive Care maakt de coronatikker gebruik van de data van Stichting NICE. We melden alleen over patiënten die als ‘bewezen’ zijn geregistreerd door artsen. We laten daarbij alleen zien hoeveel patiënten er nu op de IC liggen, zodat we de capaciteit kunnen bijhouden. Die cijfers veranderen per uur, dus pakken we dagelijks een peilmoment, gelijktijdig met het verschijnen van nieuwe besmettingscijfers van het RIVM tussen 14:00 en 15:00 uur.
Andere media gebruiken deze bronnen anders. De NOS kijkt bijvoorbeeld voor IC-cijfers naar het LCPS en voor de overige opnamecijfers naar de registratie van het RIVM. Hierdoor lopen de IC-cijfers bij de NOS vaak iets achter.