Leerplichtconsulenten door het hele land maken zich zorgen over de ontwikkeling van kinderen die niet naar school gaan met een vrijstelling van de leerplicht, op basis van het geloof of denkrichting van hun ouders (artikel 5b lpw). Dit aantal is de afgelopen jaren namelijk flink toegenomen. Van 575 kinderen in schooljaar 2013-2014 tot 1771 kinderen in 2021-2022.

In Argos de resultaten van een onderzoek van brachevereniging Ingrado onder hun achterban over deze toename. De 75 leerplichtorganisaties die deelnamen aan de enquête vertegenwoordigen samen 131 gemeenten. Dat is ongeveer een derde van het totaal aantal gemeenten in Nederland. In bijna driekwart van de deelnemende gemeenten is het aantal kinderen met een vrijstelling in de afgelopen vijf jaar gestegen.

Wanneer recht op vrijstelling?

Ouders kunnen een beroep doen op de leerplichtwet (artikel 5b lpw) om een vrijstelling aan te vragen hun kind. Dit kan als een kind nog niet leerplichtig is en nog niet bij een school staat ingeschreven. Dit is ook het geval wanneer de ouders geen school in de buurt (minder dan zes kilometer voor een basisschool en minder dan 20 kilometer voor een middelbare school) kunnen vinden die in lijn is met hun geloof of denkrichting. In de meeste gemeenten vragen ouders een vrijstelling aan op basis van verschillende geloofs- of denkrichtingen. Voorbeelden hiervan zijn het christendom, de islam of het holisme.

Grote zorgen

Het merendeel van de gemeenten maakt zich zorgen over de ontwikkeling van de kinderen met een vrijstelling: 50% maakt zich meestal of altijd zorgen om de kinderen, 40% zegt dit soms wel en soms niet te doen, afhankelijk van de situatie.

De meeste gemeenten maken zich zorgen, omdat er geen enkel zicht op de kinderen is vanuit de leerplicht of de gemeente, wanneer zij thuiszitten. Hierdoor weten instanties niet of een kind thuis wel onderwijs krijgt en in hoeverre er sprake is van een ontwikkelingsachterstand.

Om dit te voorkomen roepen veel gemeenten ouders die een beroep doen op een onderwijsvrijstelling voor hun kind op om hun keuzes mondeling toe te komen lichten. Dit gebeurt in bijna honderd gemeenten. ‘Ouders kunnen in een gesprek beter aangeven wat hun bezwaren zijn. Daarbij kan leerplicht beter toelichten dat school niet alleen onderwijs betreft, maar ook sociale contacten’, vertelt een leerplichtconsulent.

Soms lastig te bereiken

Ouders geven alleen niet altijd gehoor aan een oproep van de gemeente. In bijna de helft van de gevallen gebeurt dit soms wel, soms niet. Een derde van de ouders doet dit meestal wel of altijd, en 13% van de ouders doet dit meestal niet of nooit.

Dat vinden veel gemeenten een zorgelijke ontwikkeling: ‘Sommige gezinnen staan erg ver af van de werkelijkheid. Deze kinderen komen weinig in contact met andere kinderen en hebben bijna geen sociale contacten.’

Ook vertelt een andere leerplichtconsulent dat kinderen erg gebaat zijn bij het krijgen van educatie: ‘Onderwijs is een belangrijke pijler wanneer het gaat om de ontwikkeling van een kind. Een kind is erbij gebaat omringd te zijn door (verschillende) leeftijdsgenootjes, zoals in een school of klas het geval is. Bij thuisonderwijs hoeft dit niet zo te zijn.’

Argos op tv: Geen school voor mijn kind

Steeds meer ouders kiezen voor een vrijstelling van de leerplicht op basis van hun levensovertuiging. Kinderen gaan dan niet naar school en niemand weet of ze nog onderwijs krijgen of hoe het met ze gaat. Leerplichtconsulenten door het hele land maken zich zorgen over de ontwikkeling van deze kinderen.