Wim Brands, presentator van Boeken op tv en Brands met Boeken op de radio, legt uit waarom de VPRO en boeken bij elkaar horen, wanneer een aflevering van Boeken geslaagd is en dat vroeger niet alles beter was.

De circusbeer die de ring uit fietst


“Voor mij horen boeken en de VPRO bij elkaar. Dat komt door een paar dingen. Laten we bij de televisie beginnen; toen de VPRO echt een interessante omroep werd, na het vertrek van de dominees, vertrokken een aantal mensen die voor kranten en tijdschriften schreven naar de televisie. Hans Keller, bijvoorbeeld, Cherry Duyns, de dichter Hans Verhagen. Allemaal waren dat mensen met literaire interesses, die vaak zelf ook schreven. Op die manier is die verbinding er al. Denk vervolgens aan iemand als Wim Kayzer die onvolprezen avonden heeft gemaakt met bijvoorbeeld ‘Van de schoonheid en de troost’, waarin heel veel schrijvers aan het woord kwamen. Kayzer kan wat mij betreft niet genoeg worden geprezen, in zijn programma’s werd namelijk de toon gezet voor een manier waarop je met literatuur kon omgaan. Een manier die in deze tijd van Twitter en social-mediaterreur bijna iets idioots lijkt te zijn geworden. Namelijk dat je programma’s kunt maken met schrijvers, die je niet alleen over hun boeken maar ook over kunst of schoonheid laat praten, en waarin je niet meteen binnen vijf minuten een mening voorgeschoteld krijgt. Je krijgt overpeinzingen, geen kant-en-klare, gratis meningen om je aan te stoten. Er wordt de tijd genomen om na te denken en goed te formuleren. Verder werd het bijna zo gepresenteerd alsof die mensen in je eigen huiskamer zaten.”

“Het heeft niks met traagheid of snelheid te maken, maar met aandacht. De Amerikaanse auteur Jennifer Egan maakte van haar tweets een geweldig verhaal dat momenteel te lezen is op de site van de New Yorker. Ze werkte er een jaar aan, aan de hand van dat snelle medium. Daarom vind ik statements over traagheid of snelheid niet zo interessant. Het gaat om aandacht. Met de tijd nemen, proberen iets uit te zoeken. En bij voldoende aandacht, komt een schrijver je woonkamer binnen. Op de VPRO radio gebeurde en gebeurt dit ook. De gouden eeuw van de radio is begonnen toen iemand als Wim Noordhoek literaire programma’s is gaan bedenken voor op de radio. Want denk nou niet dat vroeger alles beter was, voor die tijd gebeurde er helemaal niet zo veel. Hij is daarmee begonnen, met het literaire theater op de radio. In de jaren zeventig al. En later met programma’s als Pandemonium en Music Hall. Schrijvers als Johnny van Doorn en Maarten Biesheuvel máákten letterlijk hun boeken in die programma’s. Dat was uniek. En dat vond ik geweldig. Ik hoorde dat thuis en dacht ‘dáár wil ik bij horen’.”

“Ik interview op tv zoals ik het bij de radio heb geleerd. De radio is mijn bron. Daar heb ik geleerd hoe je een mooi verhaal maakt van een interview. Daar mogen ook rafelige randjes aan zitten, maar het moet in ieder geval een verhaal zijn dat aanspoort tot nadenken. Een belangrijk criterium is dat je het idee moet hebben dat het gesprek gewoon doorgaat als de uitzending is afgelopen, ook in het hoofd van degene die thuiszit. Ik probeer dat in Boeken ook te bewerkstelligen. Of dat altijd lukt weet ik niet, maar dat hoop ik wel. Een uitzending is geslaagd als dat gelukt is, en als de zoektocht gelukt is. Ik probeer in ieder geval altijd iets uit te vinden en ben écht nieuwsgierig. Daarom mag het gesprek af en toe ook weleens van het boek wegdwalen. Dan ben je een beetje de circusbeer die de ring uit fietst. En als dat een mooie nieuwe route is, dan geeft dat natuurlijk niet.”

“Het is goed dat de VPRO zoiets organiseert als het Boeken Festival. En dat er een boekensite is. We leven momenteel in een tijd waarin er niet zozeer verschraling van het aanbod is, maar waarin bepaalde boeken het wel erg moeilijk hebben. Poëzie, bijvoorbeeld, of essaybundels. Die worden weinig gerecenseerd. Maar daar moet je niet bang voor zijn, want we hebben het internet. Bij uitstek een plek om nieuwe podia te creëren voor boeken die in de kranten en op radio en tv weinig aandacht krijgen. Vroeger was helemaal niet alles beter, ik denk niet dat de boeken er slechter voor staan dan vroeger. Er zijn juist veel nieuwe mogelijkheden. Je kunt nu uitstekend proberen om je eigen podium te maken. Je eigen ruimte claimen. De boekensite kan bijvoorbeeld ook prima een recenserende functie hebben. Ik heb in vroeger tijden harder dan nu moeten pleiten voor het belang van boeken bij de VPRO. Op het Boeken Festival gaan we twee hele mooie programma’s maken. Een met de winnaar van de Bob den Uyl Prijs, en een met John Irving. En ik ga de mensen wélkom heten.”

Boeken, 3 juni 2012

Detlev van Heest, Otto Holzhaus, Pieter Steinz, Anoek Steketee & Eefje Blankevoort, P.F. Thomése en Leendert van der Valk maken kans op de VPRO Bob den Uyl Prijs, de jaarlijkse prijs voor het beste reisboek. Wim Brands zaterdag gaat met de genomineerden in gesprek, waarna juryvoorzitter Frans Timmermans het winnende boek bekend maakt. De prijsuitreiking wordt gevolgd door de opname van een speciale editie van VPRO Boeken, waarin Wim Brands met de winnaar in gesprek gaat. Deze uitzending is de volgende dag, zondag 3 juni, om 10.20 uur te zien op Nederland 1 en op het festival live bij te wonen.

Boeken, 10 juni 2012

John Irving is in Nederland voor zijn nieuwe boek In een mens, waarin de biseksuele hoofdpersoon Billy het tragikomische verhaal vertelt van zijn leven als ‘seksuele verdachte’. Festivalbezoekers kunnen de televisie-opnamen van VPRO Boeken bijwonen waarvoor hij wordt geïnterviewd. Wim Brands ontvangt de auteur voor de aflevering, die op zondag 10 juni om 10:20 uur wordt uitgezonden op Nederland 1.