De oudste islamitische gemeenschap van Hamburg is Iraans en sjiitisch. Hun sprookjesachtige moskee staat aan de oever van het Alstermeer, in een van de chiquere wijken van de stad. Jan Leyers maakt er een kleurrijke koranwedstrijd mee. De grote favoriet is een Irakees die al vijftien jaar in Duitsland woont, maar eigenlijk het allerliefst naar zijn geboortegrond terug wil.

Jan Leyers trekt ook naar de volkse Al-Nour moskee, gehuisvest in een voormalige parkeergarage die stilaan uit haar voegen barst. Binnenkort komt daar verandering in. Daniel Abdin is een Libanese zakenman die een leegstaande evangelische kerk heeft opgekocht en laat ombouwen tot een moskee. Maar Daniel is ook bekommerd om de mogelijke negatieve reacties van omwonenden en houdt daarom geregeld rondleidingen in de aanstaande moskee.

verzet

Nog in Hamburg is Leyers getuige van een massadoop van Iraanse en Afghaanse vluchtelingen. Hij leert waarom ze de islam voor het christendom willen inruilen. Leyers brengt een dag door met Zana Ramadani, ex-moslima en gedreven feministische activiste.

Zij verzet zich met hand en tand tegen de patriarchale en vrouwonvriendelijke waarden van de islam, en hekelt de overdreven tolerantie die Duitsers tegenover fundamentalisten aan de dag leggen.

In Keulen is Leyers te gast bij de Turkse familie Özdag, die in het hart van de Turkse buurt een banketbakkerij uitbaat. De Özdags zijn niet streng in de leer en in een moskee zie je hen nooit. Maar, aldus jongste dochter Hülya, door al het negatiefs dat over de islam wordt verteld, ga je het als seculiere moslim toch weer voor de islam opnemen. En zo flakkert de identiteitscrisis die overwonnen leek, toch weer in alle hevigheid op.