Speciaal voor de VPRO Gids schreven zes auteurs een fictief verhaal bij de thema’s die aangesneden worden in 'De toekomst is fantastisch'. Deze week: Joost Vandecasteele over kunstmatige intelligentie.

Vandaag werd ik beledigd door mijn eigen huis.
Het gebeurde nadat Home24™ mij een recept voorstelde op het weinige wat nog restte in mijn koelkast, in de hoop die roerbakmix nog te redden voor deze finaal verdween in de vuilnisbak wegens vervaldatum. Maar ik had geen zin in een zoveelste smakeloze wok en wou een pizza bestellen.

Het verwijt dat volgde, verschilde qua mechanische toon en lijzig tempo nauwelijks van alle andere mededelingen en vloeide zelfs naadloos over in een recla­meboodschap die niet te skippen viel, behalve als ik zou bijbetalen voor een Adblock™. Maar de intentie was kristalhelder, Home24™ noemde mij gewoon lui.

Toegegeven. Ze zei het niet letterlijk, maar in plaats van Pizza Hut™ te contacteren, herhaalde ze hetzelfde recept voor dat bakje broccoli. Na de reclameboodschap, ironisch genoeg voor de service As Seen on TV™, die maaltijden leverde gelinkt aan je favoriete televisiereeksen voor een ‘totaalervaring’, bleef het ijzig stil. Alsof we ­elkaar uitdagend in de ogen staarden na een echtelijke uitbarsting, ook al had ik geen flauw idee waarop ik me richten moest. Dus stond ik maar cirkeltjes te draaien in mijn keuken, waarbij ik elk elektronisch apparaat streng aankeek.

Maar indruk maakte het niet. Want toen ik haar opdroeg een Waymo Taxi™ te reserveren voor een geplande afspraak, moest ik eerst een berekening aanhoren van hoeveel calorieën ik verbranden zou, mocht ik te voet gaan. Allemaal dankzij de app HealthPal™, die zich baseerde op gegevens verschaft door mijn huisarts. Maar voor ik haar vragen kon of ik hiervoor ooit mijn toestemming had gegeven, werd ik eerst bestookt met een reclameboodschap die mijn exacte vetpercentage wist en beloofde de overtollige procenten te elimineren met de dieetshake Concentred Shame™. Naast lui werd ik ook nog eens als dik bestempeld door mijn eigen ai Assistant. Maar ik zei er niks van en wachtte tot de zelfrijdende auto kwam.

Bij het instappen kreeg ik te horen dat mijn veiligheid absoluut prioriteit was, met als onuitgesproken keerzijde van deze belofte dat iedereen buiten dit voertuig beter uit zijn doppen keek. Want na miljoenen kilometers aan testritten en talloze upgrades bleef het roekeloze gedrag van overstekende voetgangers het laatste struikelblok voor het loslaten van volautomatische wagens in de wildernis, en werd na succesvol lobbywerk door techgiganten en verzekeringsmaatschappijen beslist dat elke aanrijding per definitie de schuld van het slachtoffer was, wat resulteerde in de ‘pech-voor-jou’-wet™ van 2026.

Protest brak uit tegen deze moordmachines en ze werden bekogeld met stenen, in Phoenix kreeg de chauffeur die als back-up diende bij mogelijke storingen een kogel in het hoofd. Even leken de bedrijven te zwichten voor de backlash, tot een prototype van Über™ een update kreeg om niet meer te treuzelen voor het oprijden van de snelweg. Met als onvoorzien effect dat deze wagen elke potentiële aanvaller doelbewust omvermaaide om het comfort van zijn passagiers te garanderen. Na het algemeen invoeren van deze update verstomde elke kritiek en voelde het dagelijkse verkeer weer als voorheen, levensgevaarlijk en opnieuw ieder voor zich.

Dankzij de geluidswerende ramen hoorde ik vaagweg wat gevloek van een fietser die uitwijken moest en getier van een moeder die net op tijd haar kind terug op het voetpad sleurde. Iets luider weerklonk wel het gezoem van mijn telefoon, maar geen bericht te bespeuren. Ik opende de mailbox toebehorend aan elk profiel dat ik ooit aangemaakt had en nu als een resem echo’s mij vertegenwoordigde in tientallen sociale netwerken. Zelf postte ik nauwelijks iets, de meeste reacties waren toch afkomstig van chatbots en geautomatiseerde advertenties afgaand op één enkel woord. Zo heb ik ooit de fout gemaakt een tweet te versturen met de hashtag ‘onbeslist’ en werd ik een maand lang bestookt door politiek geslijm en zelfs antiabortuspropaganda. Waarna andere gebruikers doorkregen dat er zich een vrouw bevond achter mijn geslachtsloze username en mij volhardend trachtten wijs te maken dat
elk probleem op te lossen viel dankzij de bijdrage van hun erectie.
Maar dit was anders. Home24™ zat hier achter, mijn artificiële kwelgeest, geen twijfel mogelijk. Maar waarom, wat had ik haar ooit misdaan? Was het omdat ik nooit een verzoek afsloot met een ‘alstublieft’? Maar nergens in de terms and conditions stond iets over beleefd blijven.

Dus misschien moest ik gewoon mijn excuses aanbieden, bedacht ik. Maar hoe dan? Treuzelend zei ik luidop ‘sorry’ in deze krappe auto, maar geen reactie. Ik herhaalde mijn uiting van spijt en noemde haar bij naam. Maar ook dat hielp niet, integendeel, het gezoem bleef aanhouden, non-stop. Als een wespennest gevangen op de achterbank.

Ik gilde om te stoppen, mijn krijsende stem botste tegen de verstevigde ramen en zinderde na in deze metalen grot. Maar enkel de auto zelf reageerde op mijn bevel en ging hard op de rem staan. Ik rolde voorwaarts, stootte mij tegen de hoofdsteun voor mij en gelegen op de vloer gaf ik mijn ontsnappingspoging op. Terug naar huis, terug naar mijn hel gevuld met te veel Ikea™.

Die nacht en de volgende ochtend koos ze ervoor mij te kwellen door nooit luider te communiceren dan op een fluistertoon. Alsof ik per ongeluk tijdens het zwaaien in het ijle de volumeknop had verschoven en midden in de nacht stond ik wanhopig en vruchteloos in elke kamer te fladderen met mijn armen.

Moegetergd en met tranen in de ogen zakte ik neer op de keukenvloer, waar ik even stil als Home24™ met een ‘alstublieft’ tussen elk woord smeekte om mij te verbinden met haar klantendienst.

Het overgaan van de telefoon bij het callcenter weergalmde door het huis, als een overmoedig orgel in een kathedraal. Even weigerde ik te geloven dat een medemens van vlees en bloed aan de andere kant van de lijn opnam. Totdat deze verveeld ‘hallo’ mompelde en vroeg of daar iemand was.

‘Ja… ja, ik ben hier. Help mij... ze is zot geworden, ze wil…’

‘Mevrouw, mevrouw, rustig. Mag ik uw klantennummer?’

Ik stamelde de zestien cijfers.

‘Wat had u verwacht, mevrouw? U hebt al drie weken uw abonnement niet betaald. Natuurlijk wordt uw account stopgezet.’

‘Hoezo, stopgezet? Het werkt toch nog. Ze zegt en doet nog van alles.’

‘Maar dat zijn wij niet. Waarschijnlijk is uw account overgenomen door iemand die zich ermee amuseert. Onze verantwoordelijkheid niet,’ deelde de man mee.

‘Wat, zeg jij dat een mens zich hiermee bezighoudt? Met mij zo…’

‘Meestal zijn het pubers die zich wat vervelen, ze houden er snel mee op. Als u echter uw abonnement terug opstarten wil plus dossierkosten, dan neemt onze computer het wel terug over.’

‘Ja, dat wil ik. Alstublieft, neem het terug over, ik kan niet meer.’

‘Na betaling duurt het gemiddeld drie tot vijf werkdagen. Prettige dag nog.’

De verbinding werd verbroken en in deze dreigende stilte hoorde ik fluisterend mijn naam, steeds opnieuw, zonder enige intonatie.