Uitvinder van de milieuvriendelijke 3D-printer
Enrico Dini werd op 29 mei 1962 geboren in de Italiaanse streek Toscane. Hij studeerde af in Civiele Techniek aan de Universiteit van Pisa. Dini komt uit een familie met een lange traditie van wiskundigen, wetenschappers en ingenieurs. Deze traditie zet hij voort met zijn revolutionaire uitvindingen op het gebied van milieuvriendelijke 3D-printers.
Dini werkt al zijn hele carrière in de sector van mechanica, automatisering en robotica. Hij bouwde verschillende geautomatiseerde machines die konden lassen, lijmen, en assembleren. In 2004 kreeg hij een patent op het ‘Full Size 3D-layering Printing System’, gebaseerd op het gebruik van epoxy hars, en in 2007 gepatenteerde hij een verbeterde methode, gebaseerd op het gebruik van ecologische bindmiddelen. In dat jaar richtte hij Monolite UK op. Met dit bedrijf wil Dini enorme 3D-printers van hele gebouwen produceren en verkopen.
Onlangs had Enrico Dini een doorbraak met een nieuwe machine, de D-Shape, die volledige zandstenen gebouwen maakt zonder menselijk ingrijpen. Dini ontwierp een 3D-printer die met alleen natuurlijke materialen – zand en een bindmiddel gemaakt van zeewater – alle mogelijke vormen kan printen. Op een laag zand wordt met een machine op bepaalde plekken een dun laagje bindmiddel gelegd, waarna er zand overheen geschoven wordt. Op die plekken plakt het zand aan elkaar en vormt het zo een dun laagje zandsteen. Zo worden er, laag voor laag, hele sculpturen geprint, van onder naar boven. De revolutionaire printer is onder andere in staat gebouwen, kunstmatige koraalriffen en kunstwerken te printen. Dini hoopt door de lage productie-en materiaalkosten op deze manier goedkoop huizen te kunnen printen voor mensen in de hele wereld.
Een overzicht van de belangrijkste personen in de uitzending <i>Cleantech: de schone toekomst</i>.
Enrico Dini
Mark Owen
CEO & oprichter, Puralytics
Op reis in Tokyo zag Mark Owen een gebouw dat bekleed was met nanocellen die door de zon werden geactiveerd. Daarmee kon het gebouw zichzelf ‘schoonmaken’ en bleef het volledig smetvrij. ‘Zou dat ook met water kunnen?’ vroeg Owen zich af, en daaruit ontsprong het idee voor waterzuivering door middel van nanotechnologische fotosynthese. Zo ontstond zijn bedrijf Puralytics.
Dankzij de technologie die hij ontwikkelde, kan altijd en overal water gezuiverd worden tot het drinkbaar is, zo goedkoop mogelijk en met zo min mogelijk hulpmiddelen. Toegevoegde chemicaliën zijn overbodig, en er is geen uitstoot of afval.
Zo ontwikkelde Puralytics een stationaire waterzuiveringsinstallatie, die onder andere wordt gebruikt door laboratoria om ‘ultra-zuiver’ water te produceren. Later bedacht Owen de Solar Bag, een draagbare zak waarin water kan worden opgevangen, dat binnen enkele uren volledig is gezuiverd op niets meer dan zonlicht.
Owen’s verdiensten zijn inmiddels ontdekt door de buitenwereld: zijn bedrijf prijkt op allerhande duurzaamheidlijstjes en hij sleepte in 2010 de Grand Prize van de Cleantech Open binnen. Puralytics' producten kunnen onder andere toegepast worden in de farmaceutische industrie, biotechnologie en de koffie-industrie. Een aantal grote bedrijven heeft al aangeklopt, vertelt Owen.
Frans Otten
Oprichter, Tendris
De lampen zitten Frans Otten (1967) in het bloed: hij is de achterkleinzoon van Anton Philips, mede-oprichter van het familiebedrijf dat groot werd met de productie van gloeilampen. Misschien is het daarom dat Otten, na een koersvaste carrière als belegger bij ABN-Amro, de vrijheid verkoos en ging ondernemen in het licht van de toekomst: LED-lampen.
‘Ik vind dat je niet kunt meeliften op wat ABN-Amro of een ander groot bedrijf aan duurzame dingen doet. En ik wil niet alleen in een baan succesvol zijn, als een rad in een groot radarwerk: ik wil het verschil maken,’ licht Otten zijn ommezwaai toe. ‘Enige ijdelheid is mij niet vreemd.'
Tendris, het bedrijf dat hij met ondernemingspartner Ruud Koornsta opzette, richt zich op ontwikkelende markten in China, ‘de grootste en snelst groeiende markt ter wereld,’ aldus Otten. ‘In China heeft de overheid al 600 miljoen mensen naar bestaande en nieuwe steden gebracht. De plannen laten zien dat de staat de komende twintig tot dertig jaar nog eens 300 miljoen mensen naar op te richten steden wil leiden. Als we in de relatief duurdere nieuwbouw, voor miljoenen huizen, onze energiezuinige LED-verlichting kunnen laten aanbrengen, betekent dat straks een enorme besparing.’
Daarnaast zoekt Otten met zijn bedrijf naar mogelijkheden om zijn duurzame oplossingen commercieel aantrekkelijk te maken.
'Mensen denken: je koopt iets, het gaat kapot, en je koopt een nieuw exemplaar. Ga je ooit terug naar de winkel als je peertje na drie maanden knapt? Wij vinden dat consumenten nou eens niet moeten accepteren dat een product kapot gaat.'
'Onze LED-lamp kost aardig wat. Als hij nu in het schap zou liggen naast een 40-wattgloeilamp van twee euro, denk je snel: ik neem nog één keer die gloeilamp, de volgende keer ga ik wel iets goeds doen. Daarom bieden wij onze lamp anders aan, via een energieleverancier die hem verrekent via de besparing op je energierekening. Je hebt hem er in twee jaar uit. Dan gaat hij nog 33 jaar mee.'
Reinier Mommaal
Directeur, DyeCoo
‘Kijk naar een willekeurige rivier in Zuidoost-Azië, en je weet de modekleur voor volgend jaar,’ vertelt Reinier Mommaal aan Trouw. Hij doelt op de manier waarop textiel geverfd wordt: met enorme hoeveelheden water dat vervuild achterblijft. ‘Voor het verven van één kilo textiel is tussen de 150 en 200 liter water over.’ Wie bedenkt dat er jaarlijks zo’n 70 miljard kilo textiel van de band rolt, waarvan ongeveer de helft geverfd, vraagt zich misschien af waar al dit vervuilde water terecht komt –geen overbodige vraag in de Zuidoost-Aziatische landen waar de textielindustrie is gevestigd en de autoriteiten het doorgaans niet zo nauw hebben met milieuvoorschriften.
Als leidinggevende van het in Weesp gevestigde Dyecoo Textile Systems stond Mommaal aan de wieg van een kleine revolutie – die van het textiel verven. Mommaal´s machines verven namelijk zonder afvalstoffen, en zo’n dertivijftig procent goedkoper. In plaats van met water, vond DyeCoo een manier om textiel te verven met CO2 - iets dat gerust een doorbraak genoemd mag worden. DyeCoo werd in 2009 bekroond met de Wijffels Innovatieprijs.
Lees hier het artikel over Reinier Mommaal en DyeCoo uit de VPRO Gids.