China bouwt aan de toekomst

China wil milieuproblemen het hoofd bieden met duurzame steden. Realisatie van de grootse projecten voor ecosteden is tot dusverre weinig succesvol.

De Chinese staatstelevisie meldde afgelopen maand dat de regering in 2014 meer dan 1 biljoen yen, circa 120 miljard euro, wil investeren in stedelijke ontwikkeling. Hiermee onderstreept de regering de urbanisatie in het land te willen versterken, voornamelijk om de economische groei te behouden. In 2020 moet 60 procent van de 1,3 miljard Chinezen in stedelijk gebied wonen.

In de praktijk betekent dit dat overal in China kleine dorpen worden uitgebreid en nieuwe steden verrijzen. De massale, snelle urbanisatie brengt politieke en sociale uitdagingen met zich mee, maar drukt ook een stempel op het milieu. De urgentie om milieuvriendelijke steden te bouwen, is dan ook groot.

Ecoprobleem

De initiatieven van de Finse ingenieur Eero Paloheimo en de Chinese zakenman Zhang Yue die in de uitzending 'Ecomania in China' te zien zijn, tonen aan dat er wel ideeën zijn voor ecovriendelijke steden. De realisatie is echter niet zo gemakkelijk. Het belangrijkste, grootste voorbeeld is misschien wel Dongtan. Deze ecostad moest verrijzen op een klein eiland in de Yangtze-rivier, onder de rook van Shanghai. Dongtan zou het toonbeeld worden van een groene stad, die de vieze Europese steden moest aftroeven. Een wisseling van burgemeester en de economische crisis gooiden roet in het eten. Uiteindelijk werd er nauwelijks echt gebouwd. Zo veranderde een prestigieus, visionair project in een Potemkinstad.

Hetzelfde overkwam Huangbaiyu. In deze kleine stad in het noorden van China werd wel gebouwd, maar uiteindelijk was er nauwelijks interesse en bleken de huizen ook niet zo duurzaam als voorgesteld. Ook deze ecostad was geen lang leven beschoren. 

Tianjin Eco-City

Toch zijn ecosteden niet per definitie een utopie. Ten zuidoosten van de hoofdstad Beijing wordt op 34 vierkante kilometer, voorheen zeer vervuilde grond, een nieuwe stad gebouwd: Tianjin Eco-City. ‘Duurzaamheid’ vormt letterlijk en figuurlijk het fundament van deze stad, waar in 2020 circa 350 duizend mensen hun intrek zullen nemen. Tianjin Eco-City moet een sociaal harmonieuze, milieuvriendelijke stad worden, waarin efficiënt met hulpbronnen wordt omgegaan. De technologieën die in de stad worden gebruikt, moeten betaalbaar zijn voor de bewoners en interessant voor het bedrijfsleven. Deze waarden spelen tijdens de bouw al een belangrijke rol. 

Bedrijfsleven en overheid

Tianjin Eco-City is het resultaat van nauwe samenwerking tussen de regering van Singapore en China en moet uiteindelijk als voorbeeld ecostad dienen. Dit zijn beide belangrijke reden voor het succes. Veel projecten voor ecosteden lopen vast door gebrek aan investeerders. In het geval van duurzaamheid, betalen investeringen zich pas op lange termijn uit. Dit durven investeerders vaak niet aan. Zij willen aantoonbaar rendement, voordat ze inleggen. Toen beide regeringen in 2008 hun steun voor de ecostad bij Tianjin uitspraken, verbonden grote bedrijven als Phillips en General Motors zich aan dit megaproject. Inmiddels hebben zeshonderd bedrijven hun steun aan de stad in aanbouw toegezegd.

Ondertussen vestigen de eerste bewoners zich in Tianjin. Daarmee lijkt dit het eerste concrete resultaat. Of de stad echt de beloofde ecostad wordt, moet in 2020 blijken. Tot die tijd droomt China manisch verder over grootse projecten om hun steden groener en duurzamer te maken.