De Aziatische tijgers, Zweden, Japan en ook Nederland scoren goed op digitaal gebied. Alleen geven de vele toplijsten geen eenduidig beeld.

Estland is het eerste land ter wereld waar buitenlanders digitaal ingezetene kunnen worden. Durfinvesteerder Tim Draper noemt het land in de aflevering Cybertopia dan ook in een adem met Singapore en Zuid-Korea. Zijn dit inderdaad de koplopers als het gaat om digitale ontwikkelingen binnen landen? 

Om een antwoord op die vraag te krijgen, raadplegen we verschillende ranglijsten en onderzoeken over de digitale staat van naties. Een populair onderwerp om te onderzoeken, want het aantal rapporten is groot. Van EU-verslagen over de complete staat van landen tot vele indexen van verschillende organisaties over downloadsnelheden, wifi-spots en andere meetbare ICT-grootheden. Die leveren niet allemaal een eenduidig beeld op, maar toch zijn er wel degelijk een aantal landen die telkens in de top zijn terug te vinden.

Toegang tot internet

Volgens een index van Ookla NetIndex heeft Singapore het snelste internet met een gemiddelde downloadsnelheid van 113,60 Megabits per seconde. Door andere tests wordt Zuid-Korea genoemd als het land met het snelste internet (Cisco), mede dankzij een wijdverspreid glasvezelnetwerk. In veel lijstjes staan deze landen in de top vijf samen met Hong Kong, Japan en Zweden. Nederland doet het niet slecht met een zevende plek in de Ookla NetIndex.

De Estse buurlanden Litouwen en Letland staan in de top twaalf van de NetIndex, maar gek genoeg vinden we Estland pas terug op plek 29 met een gemiddelde downloadsnelheid van 32,74 Mbps. Het blijkt moeilijk de gemiddelde internetsnelheid betrouwbaar vast te stellen, want er zit veel discrepantie tussen de verschillende ranglijstjes. Een paar kleine verschillen in de meetcriteria, participerende populatie en datasets kunnen de soms grote verschillen verklaren.

Als het gaat om publieke wifi zien we in een top twintig van Rotten alleen maar Europese landen, op Canada, Singapore en de Verenigde Staten na. Het valt op dat Noord- en Oost-Europese landen het erg goed doen. Nederland komt niet in de top twintig voor. Estland doet het wel goed met een derde plaats en hoeft alleen Litouwen en Kroatië boven zich te dulden.

Vreemde eend

De positie van Roemenië  is opvallend. Als het gaat om downloadsnelheid staat Roemenië tussen alle Aziatische en Noord-Europese landen opeens verrassend hoog, namelijk op de derde plek ter wereld. Ook als het gaat om de toegankelijkheid van publieke wifi, doet Roemenië het goed met een vijfde plek. In een uitgebreid rapport van de Europese Unie, de Digital Economy and Society Index (DESI), scoort Roemenië het laagst van alle Europese lidstaten op zowat alle terreinen.

Roemenië heeft dus razendsnel internet, maar met een zeer beperkt bereik in het land. Minder dan 50% van het land gebruikt - volgens het EU-rapport - regelmatig internet en slechts 20% beschikt over basale digitale vaardigheden. Zij die toegang hebben tot internet en het weten te gebruiken, hebben dan wel weer de op drie na snelste verbinding ter wereld (in termen van downloadsnelheid). Wat zit er achter deze paradox?

Een mogelijke reden is dat de markt voor telecomproviders bijna niet is gereguleerd en erg competitief is. Hierdoor worden enkele stedelijke regio's waar veel vraag is naar snel breedbandinternet uitmuntend bediend met spotgoedkoop internet. Veel andere regio's zijn slecht of helemaal niet verbonden met internet. 

Digitale evolutie en stagnatie

De Digital Evolution Index van Tufts University geeft een beeld van hoe landen zich op digitaal gebied gaan ontwikkelen. Volgens dit rapport is Nederland op digitaal vlak een van de meest ontwikkelde landen met een tiende plek, maar stagneert ons land nu en zien we zelfs een teruggang in digitale infrastructuur. Bovenaan staat wederom Singapore, op de voet gevolgd door Zweden en Hong Kong.

De positie op de index wordt bepaald door een aantal factoren waaronder besteedbaar inkomen, demografische ontwikkelingen, technologische infrastructuur, instituties en innovatie. De reden dan Nederland aan het afzakken is, heeft te maken met vergrijzing en jarenlange economische stagnatie.

In deze index behoort Estland tot de groep 'Stand Out'-landen. Dat zijn landen die volgens de onderzoekers historisch gezien hoge niveaus halen op gebied van digitale transacties en dat in de toekomst vasthouden.

De index laat zien welke landen zich niet ontwikkelen, zoals Egypte en Kenia. Landen zoals China, Maleisië, Zuid-Afrika en Thailand groeien juist razendsnel. China ontwikkelt zich snel, gedreven door de spectaculaire economische groei, maar scoort niet erg hoog. Een land als Zweden ontwikkelt zich niet meer, maar zakt ook niet af zoals Nederland.

Digitale koplopers

Estland staat niet voorop in alle digitale ontwikkelingen, als we deze ranglijsten als uitgangspunt nemen. Vooral de vier Aziatische Tijgers (Singapore, Zuid-Korea, Hong Kong en Taiwan) vallen op met hun landelijk uitgerolde glasvezelnetwerken, uitmuntend investeringsklimaat en florissante groeicijfers.

Binnen Europa zijn er redelijk grote verschillen en staat Estland niet in alle opzichten bovenaan. Zo moet het land vaak diens buren, Litouwen en Letland, boven zich dulden en ook Nederland doet het vaak beter. Opvallend is een land als Roemenie dat in veel gevallen onderaan bungelt, maar in andere ranglijsten in de top tien staat.

Op deelterreinen als het faciliteren van een e-samenleving, e-bankieren en het aanbieden van ICT-onderwijs op jonge leeftijd, loopt Estland voorop. Dat maakt het land nog niet het modernste en meest digitaal ontwikkelde land ter wereld. Het is wel het enige land ter wereld waar iedereen nu virtueel burger van kan worden. Wellicht stuwt die input het land straks naar de top van deze digitale ranglijsten.