Kersti Kaljulaid (1969) is de huidige president van Estland.

Kaljulaid studeerde in 1992 aan de Universiteit van Tartu cum laude af in de genetica. In 2001 rondde ze haar masteropleiding bedrijfskunde af. Vervolgens heeft ze bij verschillende Estse bedrijven en overheidsinstellingen gewerkt. Zo werkte ze onder andere van 1999 tot 2002 als economisch adviseur voor premier Mart Laar. Van 2002 tot 2004 werkte ze als CEO van de Iru Energiecentrale van het energiebedrijf Eesti Energia, en van 2004 tot 2016 was Kaljulaid lid van de Europese Rekenkamer.

De niet-partijgebonden Kaljulaid werd in 2016 verkozen tot president van Estland. De presidentsverkiezing werd voorafgegaan door twee mislukte stemrondes. Geen enkele kandidaat die bij de eerste stemronde in augustus en bij de tweede in september kon worden verkozen, slaagde erin een meerderheid te behalen. Na twee mislukte stemrondes werd ze als enige kandidaat voorgesteld en ontving Kaljulaid 81 stemmen van de 101 leden van het Estse parlement.

Inwoners van Estland zouden gaan rellen als ze net als vroeger weer moesten wachten voor overheidsloketten om bijvoorbeeld kinderbijslag of een uitkering aan te vragen. Door verregaande digitalisering is vrijwel alles in Estland via internet te regelen, waardoor het land zo goed als bureaucratievrij is. Ook inwoners van andere EU-landen zouden veel tijd kunnen winnen als ze dit model zouden overnemen.

Kersti Kaljulaid in Europa Nu 2017

e-Estland

Estland staat bekend om zijn digitale overheid, -belastingssysteem en -medisch stelsel. Kaljulaid vervolgt het digitale pad van Estland en tilt de digitalisering van de Estse samenleving naar een hoger niveau: met het e-residentprogramma geeft de Estse overheid digitale identiteitskaarten uit waarmee je je in Estland kunt registreren als digitaal burger. Met de kaart kunnen allerlei zaken online geregeld worden, van stemmen tot bankzaken tot een check van je medische dossier.

Volgens Kaljulaid is het cruciaal dat burgers controle houden over hun eigen gegevens en vertrouwen hebben in hun overheid. De risico’s van zo’n digitale samenleving moeten volgens Kaljulaid heel serieus genomen worden. Als back-up van de e-overheid is er een digitale ambassade in Luxemburg waar in geval van crisis op kan worden teruggevallen.