Afrika behoeft medelijden noch bewondering. Maar om onszelf te begrijpen, moeten we opletten wat daar gebeurt. Overpeinzingen van presentator Bram Vermeulen bij Dwars door Afrika.

-------------------------------------------------------------
Dwars door Afrika - aflevering 3: Terug in Harare
zondag 21 september, 20.15-21.05 uur
, NPO2 (hier online te zien)
-------------------------------------------------------------

Hier is mijn bekentenis. Zimbabwe was nooit het land dat ik beschreef, maar zoals ik het me voorstelde in mijn paranoïde hoofd. Ik kwam hier voor het eerst in 2002. Clandestien. Nadat de regering van Robert Mugabe de oorlog verklaarde aan blanke boeren en de westerse regeringen die voor hen opkwamen, kregen journalisten geen accreditatie meer.

We reisden met lachwekkende vermommingen om op toeristen te lijken. Ik zag collega’s met strandhoeden en badslippers op het vliegtuig naar Harare stappen. Een bevriende fotograaf kleedde zich als blanke boer, met korte broek, hoog opgetrokken kousen en veldskoene. Alleen zijn Amerikaanse accent kon hij niet verbergen.

Er van overtuigd dat wij, als westerse pers, de grootste zorg waren van deze regering zagen we op elke straathoek een geheim agent. In restaurants spraken we op fluistertoon en in codewoorden. Het gevaar was overal, de macht was een veelkoppig monster, als in de film Gegen die Wand.

Ik moest terugdenken aan al het gedoe toen we met het voltallige VPRO-team onze accreditatiepassen mochten ophalen bij de mediacommissie, het hart van de propagandamachine. In een brief hadden we uitgelegd een documentaireserie te maken over "de wedergeboorte van Afrika" en daarin mocht Zimbabwe niet ontbreken. Tot onze stomme verbazing was de regering het daarmee eens.

Dagen later ontbeten we met een medewerker van het ministerie van mineralen die ons op excursie nam naar de diamantvelden in Zimbabwe. Ik bestudeerde de man nauwlettend. Hij was mager, en zijn winterjas was veel te groot. Dit was dus de macht in Zimbabwe, een man in een te grote winterjas. Hij ving mijn blik. 'Geloof je dat nu werkelijk?', vroeg hij plots, terwijl hij me strak in de ogen keek. 'De wedergeboorte van Afrika?'. Ik bloosde en antwoordde met een wedervraag. 'Wat denkt u zelf?' Er verscheen een glimlach op zijn lippen. Hij keerde zich naar de ober. 'Iemand nog koffie?'