'Dirigent Ed Spanjaard was erg enthousiast over mijn stuk Nomaden (voor het Atlas Ensemble en cellist Jean-Guihen Queyras), en hij zei: je moet doorgaan! Schrijf weer een stuk. En dan voor het Nieuw Ensemble. Maar ik dacht: ja, dat Nieuw Ensemble dat ken ik van haver tot gort, dus hoe moet ik daar iets nieuws voor verzinnen? Dat kostte me nogal lang. En toen hoorde ik bij toeval Keren Motseri en ik was daar zo van onder de indruk... Dus die heeft een rol. Trombonist Koen Kaptijn heeft ook een rol. Een trombone is natuurlijk een hele speciale toevoeging bij het Nieuw Ensemble, want wij zijn een licht ensemble met alleen maar tokkelinstrumenten. En een jazzdrummer, elektrische gitaar, elektronica.'
Het creatieve proces boeit Joël Bons al heel lang. Onnavolgbaar noemt hij het, het raadsel van iets wat er eerst niet was en dan plotseling wel is. Joël had al een tijdje de titel Thirty Situations in het hoofd, maar aanvankelijk wist hij niet wat hij daarmee wilde. Tot hij zich realiseerde hoe hij het leven eigenlijk ervaart: 'Hoe ouder ik word, hoe meer ik mer dat het leven eigenlijk een aaneenschakeling is van verschillende scenes. Vroeger dacht ik: uiteindelijk kom je ergens, maar dat blijkt helemaal niet zo te zijn. Het is een nevenschikkend naast-elkaar van losse elementen, terwijl het toch een continue stroom is, want je loopt toch altijd in dat ene lichaam rond, met datzelfde hoofd'. Dat besef werd de inspiratie voor het hele stuk, met verschillende scenes, en verschillende muzieken, die toch één grote stroom van 50 minuten vormen.
'Soms heb je één duidelijke situatie, soms lopen dingen door elkaar. Soms wisselen ze elkaar heel snel af. En de muziek leidt ook altijd zijn eigen leven: de noten laten je componeren.' Het materiaal van de componist vraagt altijd om een soort eigen logica. 'Op een goed moment heb je een begin of bepaalde thema's, en die gaan dan leven, die bepalen wat er moet gebeuren. Neem het motiefje van de Vijfde Symfonie van Beethoven, die vier nootjes - eigenlijk heel stupide, maar het gaat natuurlijk om het bouwwerk dat hij ervan maakt. Dus je moet goed naar je materiaal luisteren - dan krijg je dat het gaat lopen en stromen.'