In zijn nieuwe column bespreekt A.L. Snijders hoe hij door Pauw een leerzame televisieavond had.

Een boek lezen en tegelijkertijd naar de televisie kijken, er is een professor in Princeton die dat aanraadt, goed voor de twee hersenhelften. Ik lees Zalig zijn de schelen van Herman Pieter de Boer en Betty van Garrel terwijl ik naar het avondprogramma van Jeroen Pauw kijk. Herman: 'Ik haat wind. Waarom? Ik geef een voorbeeld. In Amsterdam stapte ik uit mijn auto, toen gebeurden er drie dingen tegelijk: 1. het autoportier sloeg stuk; 2. de pet werd van mijn hoofd gerukt en woei het water in; 3. de glazen vlogen uit mijn polaroidbril. Meer zeg ik niet.' Betty: 'Als je 's nachts de storm hoorde loeien langs het dertien verdiepingen hoge flatgebouw, had je het spannende gevoel op een schip te zijn. Maar als je overdag boodschappen moest doen, vervloekte je de klimatologische blunder die nieuwbouwwijk heet. Die eeuwige, bespottelijke wind! Zand sloeg in je ogen alsof je door een woestijn liep.'

Bij Pauw is het thema dat onderwijzers op de lagere school zo weinig verdienen, terwijl ze juist heel hard moeten werken. Er zit een jongeman die Tim den Besten heet, ik heb hem nooit gezien. Als hij verteld heeft dat hij zo'n bijzondere band had met juffrouw Moniek en dat hij haar na school tot zijn verdriet nooit meer gezien heeft, zegt Pauw dat hij om zich heen moet kijken. Tim begrijpt meteen dat ze er moet zijn, hij gaat keihard 'ah, oh' en 'nee' roepen. Hij laat zich onder tafel zakken, zijn hoofd blijft nog even op tafel staan, hij rent langs de toehoorders. Moniek is wel wat ouder geworden, maar je kunt zien dat ze een begenadigde onderwijzeres is, en dat ze meer moet verdienen. Tim maakt duik- en glijvluchten terwijl hij exotische geluiden naar buiten perst. De sfeer is optimistisch en vrolijk. Midas Dekkers tapt uit het vaatje van Winston Churchill: jenever en koffie, weinig bewegen, geen sport.

De broodmagere hardloper Dolf Jansen ratelt zijn gezondheidsleer uit de loopgraaf. Midas zegt: 'Weet je wel hoe je eruit ziet?'  Herman en Betty geven een opsomming van wat moet blijven. Herman: 'Zwembad. Rustig bezig zijn in kleedhokje. IJzeren ophangding met kleren (onderaan twee haken voor schoenen met sokken erin) afgeven bij gelooide juffrouw in witte jas. Duik nemen in lekker blauw chloorwater zonder kwallen of geheime wieren.' Betty: 'Holletje in de stamppot. Een holletje maken in de hutspot voor de jus. De zijkant van de berg weg eten tot de krater met jus overblijft. Die ook opeten. Je lekker dik voelen.'

Tv uit, boek dicht, ik in bed, slapeloos door de gelooide juffrouw en de kreten van Tim den Besten. Nuttige avond, veel geleerd.