Een korte verhandeling over andermans kinderen.

1. Veel mensen weten niet hoe ze moeten omgaan met hun eigen kinderen. Nog moeilijker is het om om te gaan met andermans kinderen. Op een Berlijns vliegveld zag ik recentelijk hoe een kleuter (een meisje) een peuter (een jongetje) moedwillig omverliep. De vader van het jongetje beheerste zich, maar aan zijn gezichtsuitdrukking was duidelijk te zien dat hij het meisje het liefst een flink pak slaag had verkocht. Zijn beheersing was lovenswaardig. Volwassenen moeten onrecht dat tussen kinderen plaatsvindt, net als onrecht dat in de natuur plaatsvindt, niet al te veel willen herstellen.
Mijn zus liet haar kinderen van de grond eten. Ze beweerde dat die kinderen daar sterker van zouden worden. Allicht worden kinderen ook sterker als ze zich zonder tussenkomst van ouders en opvoeders leren verdedigen tegen aanvallen van buitenaf.

2. Er zijn mensen die een hekel hebben aan de kinderen van hun vrienden. Dat is ongepast. Je kunt niet zeggen: ik vind jou fantastisch en je vriendin ook, maar jullie kinderen zou ik het liefst door de wc willen spoelen. Dat zullen die ouders doorgaans persoonlijk nemen. Wie de vriendschap wil bewaren, doet er goed aan liefde voor de kinderen van vrienden te veinzen.

3. Het komt soms voor dat je verliefd wordt op de kinderen van je vrienden. Ook dat is meestal ongepast, zeker als die kinderen nog minderjarig zijn. Je kunt niet aan je beste vriend vragen: zou ik eens met je dertienjarige dochter uit mogen? We zijn open en tolerant, maar dit gaat ook progressieve en vooruitstrevende mensen te ver. Doe dat dus niet. Wat je wel kunt doen is het meisje in haar oor fluisteren: ‘Ik wacht wel tot je meerderjarig bent.’
Dat valt onder vrijheid van meningsuiting. Het is eigenlijk ook geen mening, het is meer een feit, maar niet alle feiten hoeven natuurlijk geopenbaard te worden.

4. Wat te doen als je tijdens het spelen met andermans kinderen die kinderen een beetje kapot hebt gemaakt? Bij het voetballen bijvoorbeeld. Een been is zo gebroken. Eerlijk zeggen, dat is het beste. ‘Ik was een beetje te ruw met je kind.’ Schadevergoeding aanbieden.