Een korte verhandeling over de siësta.

1. Een siësta die langer duurt dan twee uur is geen siësta. Dat is depressie of ziekte, eventueel een jetlag. Het kan gebeuren dat u in opperste staat van verliefdheid na de seks om halfvier in de middag in slaap valt en pas om elf uur ’s avonds wakker wordt, maar dat zijn uitzonderingen. Een siësta vindt plaats in de middag na de lunch en duurt minimaal een kwartier en maximaal twee uur. Idealiter trekt u uw kleren uit. Een siësta is geen powernap, dus dat mensen op kantoor op de wc gaan zitten, dertig seconden hun ogen dichtdoen en dan tegen zichzelf zeggen dat ze een powernap hebben gedaan, prima, maar met de siësta heeft het niets te maken.

2. Als u zzp’er bent, hebt u het makkelijk. Zorg dat u om twee uur thuis bent. U gaat op bed liggen. U zet de wakker op halfvier of kwart over drie, afhankelijk van uw behoeften, en u gaat slapen. Bent u werkloos, arbeidsongeschikt of met pensioen, doe hetzelfde. Als het slapen niet wil lukken kunt u een glaasje wodka drinken of onaneren

3. Het grootste gevaar is dat u in bed dingen met en op uw telefoon gaat doen of op uw laptop een filmpje gaat liggen kijken. Nee, allemaal desastreus voor de siësta. U kunt wel tien minuten lezen, maar zorg dan wel dat het een boek is waarbij u makkelijk in slaap valt.

4. De beste siësta’s vinden in eenzaamheid plaats. Niet met uw partner, niet met uw minnaar of minnares, niet met uw ‘best friend forever’. Eventueel met een jong kind, dat u aan uw voeteneind kunt leggen. Bij voorkeur uw eigen kind.

5. Na de siësta springt u uit bed, drinkt eventueel wat koffie en u gaat aan het werk met een plezier en een overtuiging alsof u geestverruimende middelen hebt ge- bruikt.

6. Bespreek op kantoor of er een siësta-ruimte kan komen en zeg tegen uw baas: ‘Ik werk wel wat langer, maar van één tot drie of van twee tot vier slaap ik.

7. Slapend rijk worden is niet immoreel.