De surrealistische fotografe Robyn Beeche verruilde Australiƫ voor Londen, maar pas in kleurrijk India voelt ze zich thuis.

Close up
Nederland 2, 23.00-23.55 uur

Toen fotografe Robyn Beeche in 1974 Australië verruilde voor Londen, vond zij vrijheid. ‘Ik ging helemaal ballistic!,’ kirt de inmiddels 67-jarige in de documentaire Robyn Beeche: Life Exposed (2013). Even een indruk wat dat ‘ballistic’ nu precies inhoudt: op een van haar foto’s draagt de Amerikaanse travestiet Divine een overdaad aan paarse oogschaduw, en ziet zijn dikke lijf eruit alsof het gemaakt is van craquelé porselein. Op een andere foto is een androgyn model vastgelegd, dat het lichaam heeft van een houten tekenpop. En weer een ander portret laat een zonderlinge man zien: zijn voorhoofd is gemaakt van een boek over tuinieren, en zijn neus is een winterpeen.
Het wonderlijke is, dat al die foto’s gemaakt zijn in een tijdperk waarin digitale fotografie en photoshop nog niet bestonden. Beeche gebruikt in plaats daarvan ingenieuze make-uptechnieken, belichting en compositie om trompe-l’oeil-effecten te creëren. Beeche: ‘Ik zie het gezicht en het lichaam als een leeg doek. Ik wil dat mensen zich eventjes afvragen: is dit echt? Of is het toch illusie?’ Met haar werk, dat de experimentele sfeer van het Londen van de jaren tachtig perfect weet te vangen, brak Beeche door als modefotograaf. Ze werkte samen met ontwerpers als Zandra Rhodes, Vivienne Westwood, Bill Gibb en Mary Quant en maakte portretten van stijliconen uit de Londense underground scene, zoals Leigh Bowery en Visage. Haar werk ‘Puritan’ vormde zelfs de inspiratiebron voor de videoclip bij het nummer ‘Ashes to Ashes’ van zanger (en make-upliefhebber) David Bowie.
Beeche was dus meer dan succesvol in Londen. Toch gooit ze op het hoogtepunt van haar carrière het roer om. Als ze in 1992 per toeval terechtkomt op een Indiaas Holi-feest, is Beeche geraakt door de dans, zang en traditionele kostuums, maar vooral door het bontgekleurde poeder waarmee de feestgangers elkaar overgieten: ‘Ik deed er uren over om dit in de studio voor elkaar te krijgen, en hier gebeurt ‘het’ gewoon iedere minuut – die explosie van emotie.’ Het doet haar besluiten om van het Indiase pelgrimstadje Vrindavan haar thuis te maken. In Vrindavan maakt ze de daaropvolgende 25 jaar oogstrelende – en opnieuw illusionaire en geprezen – portretten van Indiërs in een sluier van turquoise, cyclaam en oker. 
In de rest van de wereld begint het elkaar onderdompelen in kleurenpoeder steeds hipper te worden – denk bijvoorbeeld aan het internationale hardloopevenement ‘The color run’. In India daarentegen, is het een uitstervende traditie. In Life exposed volgtde Australische filmmaakster Lesley BranaganBeeche zeven jaar in haar missie deze etherische traditie op beeld vast te leggen.