Argos-TV Medialogica toont hoe in de eurocrisis de media, politici en beleggers elkaar in een houdgreep hadden.

Argos-TV Medialogica
NPO 2, 23.00-0.00 uur
Op 26 juli 2012 gaf Mario Draghi, de president van de Europese Centrale Bank (ECB), een cruciale speech op een investeringsconferentie in Londen. Met die speech kwam een einde aan het hoogtepunt van de eurocrisis, die in 2009 was begonnen toen bleek dat Griekenland had gelogen over zijn schuldenlast.
In zijn betoog vergeleek Draghi de euro met een hommel. Dit mollige diertje is een mysterie in de natuur, omdat het aerodynamisch gezien niet moet kunnen vliegen, maar het toch doet. Hetzelfde geldt voor de euro: die bleef jarenlang moeiteloos overeind, maar sinds de problemen in Griekenland snapten weinig mensen nog hoe dat al die tijd gelukt was.
De analogie met de hommel is echter niet waarom de speech van Draghi de geschiedenisboeken in gaat. Veel belangrijker waren twee zinnen halverwege zijn verhaal: ‘Within our mandate, the ECB is ready to do whatever it takes to preserve the euro. And believe me, it will be enough.’ Dát was de taal die zowel de financiële markten als de media wilden horen. Na zijn uitspraak kwamen én de koersen én de krantenkolommen tot bedaren.
De bezwering van Draghi vormt het slot van de hectische periode die Argos-TV Medialogica heeft willen reconstrueren. Het tv-programma laat zien waarom de eurocrisis in die tijd onnodig chaotisch was. Regisseur Misja Pekel toont hoe een kakofonie ontstond dankzij een combinatie van 24-uurs-media, zwijgzame of juist populistische politici en hyperactieve beleggers. Die laatsten anticipeerden op elke halve waarheid die in de media de ronde deed. In die mallemolen konden geruchten de status van harde feiten krijgen en grote beroering op de handelsvloeren veroorzaken.
In mei dit jaar zond Argos-TV Medialogica al een eerste reconstructie uit, die een half uur duurde. Maar omdat er nog zoveel te vertellen was en er nu ook gesproken kon worden met mensen als Mario Monti, de ex-premier van Italië, en Olli Rehn, de voormalige eurocommissaris Monetaire Zaken, is er een uitgebreid vervolg.
‘Een per ongeluk verkeerde uitspraak of vertaling kan in zo’n crisissituatie voor heel veel schade zorgen’, beschrijft Misja Pekel de eurohectiek in die jaren tussen 2009 en 2012.

Opvallend in de reconstructie is de weigering van sommigen om het eigen referentiekader te ontstijgen. Het maatschappelijk belang wordt al gauw opzij geschoven. Zo vertelde een beurshandelaar bij de BBC dat een financiële crisis als deze voor hem een droom is die uitkomt. En het Duitse weekblad Der Spiegel publiceerde over een geheime politieke vergadering waarin de ‘Griekse exit’ besproken zou worden. De kans is aanzienlijk dat dit verhaal niet geklopt heeft. Maar dat de maatschappelijke schade van de ‘onthulling’ groot was, boeit de Brussel-correspondent van het blad niet. Want het verhaal was simpelweg ‘relevant’.