In de NTR-documentaire Satudarah – One Blood schetsen Joost van der Valk en Mags Gavan een indringend portret van de Nederlands-Molukse motorclub Satudarah. ‘Je kunt niet close met ze zijn als je ze probeert te nagelen.’

2doc: Satudarah – One Blood
Maandag, NPO 2, 20.25-22.00 uur
 
Kunt u vrijuit praten?
Joost van der Valk: ‘Uh… ja, ja. Ik heb inmiddels een interview gehad met Panorama met de Satudarah-jongens erbij en ik had niet het gevoel dat ik me moest inhouden. Ik kon mezelf zijn bij die gasten en mijn eigen ding doen. Al waren ze niet onverdeeld blij toen ze de film zagen. Ik heb enorme discussies moeten voeren.’
 
De film begint wat  je noemt pittig.
‘Ik had een mentor bij de BBC die altijd zei: every film has to start with a fuck or a fight. Je moet de kijker meteen meeslepen. Dit zet ook direct de rest van de film op scherp. Bam.’
 
Ze zijn best ruw.
‘Ruw, ha ha. Ja, het zijn ruwe jongens. Er zitten erbij met strafbladen, flinke strafbladen.’

Filmmaker Joost van der Valk

Viel daar goed mee te discussiëren?
‘Samen hebben we de ruwe versie van de film bekeken. Toen na afloop het licht aanging, was men toch een beetje stil en ging het van mmm… mmm. Ze hadden ook best veel aan te merken en vonden vooral dat het Trailer Trash-chapter [aspirant-leden uit het woonwagenmilieu] er te veel inzat. Daar vielen ze enorm over. Dat moest eruit. Linksom of rechtsom. Zo praten ze, dus ik dacht: fuck, gaan ze dit nu doorduwen? Dat voelde wel ongemakkelijk. Was dat nu die andere kant van de Satudarah waar iedereen het altijd over heeft? Die had ik nog niet meegemaakt, want ik had alleen nog maar heel prettig met ze gewerkt. In het clubhuis kreeg ik te eten en drinken en iedereen was zeer gastvrij. Kennelijk was ik dus gepamperd met een charmeoffensief. Je hoort over bedreigingen, ik zag de ene na de andere rechtszaak en nu was ik dus aan de beurt. Maar dat was helemaal niet het geval. Wekenlang hadden Mags en ik aan verhaallijnen zitten ploeteren en die kun je niet zomaar verwijderen. Dat heb ik ze allemaal uitgelegd waarna er een hele verschuiving in hun beeldvorming ontstond. Uiteindelijk gingen ze akkoord.’
 
Het is erin gebleven?
‘In dit geval was het heel simpel. Door aan het einde van de film een titelkaart toe te voegen met een uitleg over de positie van de Trailer Trash. Dat was genoeg voor ze. Daarna kwam er kritiek op persoonlijke dingen die gezegd waren, maar er niet in zaten. Dat heb je altijd, dus daar kun je wat makkelijker mee dealen.’

Bij de vrijlating van Angelo (m)

Met het liedje ‘Bang Bang (My Baby Shot Me Down)’ wordt het beeld van Satudarah geromantiseerd.
‘Het is de versie van David Guetta. Dat is hun muziek en het enige moment dat we op hun level werken. We hebben op clubavonden precies bijgehouden welke nummers ze draaiden. Wilden we gebruiken in de film, maar dan krijg je heel veel Afrojack en andere Nederlandse dj’s van nu. Dat geeft veel minder een draai aan hetgeen je ziet.  Dan zou je een soort bedrijfsfilm krijgen. We hebben dat slechts één keer gedaan, om de film daarna weer een eigen kant op te sturen. Alle andere muziek is vrij duister en dreigend.’
 
Wanneer in de film een dure auto een duistere loods binnenrijdt lijkt de onderwereld dichtbij.
‘Een vet dure auto. Ik weet ook niet waarmee die betaald is. Daar kun je alleen maar naar gissen. Hij wordt gereden door een van de hoofdmannen die net uit de bajes kwam. Hij rijdt in een dikke bak. Heeft kennelijk geld. Punt. Als je daar echt in gaat graven wordt het een investigate film, een film van buitenaf. Je kunt niet close met ze zijn als je ze probeert te nagelen.’ 
‘Bij een film die alleen over de leuke kanten van Satudarah gaat, denkt iedereen: hier klopt iets niet. Ook de donkere kant moet je laten zien.’
Joost van der Valk
Hoe bent u bij Satudarah binnengekomen?
‘In 2009 heb ik Crips, Strapped ’n Strong gemaakt, een film over een Surinaams-Antilliaanse gang hier in Den Haag. Af en toe zoek ik die jongens nog op in the hood en bij een van die keren vroegen ze of ik de Satudarah kende. Dat was toen nog niet het geval, ook omdat ze nog veel kleiner waren dan nu. Ze vertelden dat het om een bevriende Molukse motorclub ging die ook interessant was voor een film. Dat leek mij wel wat en Keylow, hoofdman van de Crips, zei dat hij mij daar wel kon introduceren. Volgende week is er een feestje, zei hij, en of ik meeging.’
 
Wat voor een feestje?
‘Het kerstfeest van Satudarah Southside in Tilburg. De Crips hebben mij toen fantastisch geïntroduceerd in die wereld. In dikke bmw’s ging ik met zo’n twintig in blauwe clubkleuren gestoken jongens naar Tilburg. En masse naar binnen en daar stond ik dan een beetje tussen. Een mooie entree. Daar werd ik meteen voorgesteld als filmmaker. Keylow vertelde daar dat ik een Emmy had gewonnen en de film over de Crips had gemaakt. Hij stond voor mij in, dus was het goed. Op dat kerstfeest ontmoette ik Satudarah’s mediawoordvoerder Xanterra en die zei dat er wel te praten viel over mijn plan, want ze hadden goede dingen over mij gehoord. Hij nodigde mij uit om een paar weken later terug te komen om met de Nationals te praten. Dat zijn de mannen in de rode truien en zij vormen de Raad van Bestuur.’
 
Hoe ging dat?
‘Dat was best imposant. Na een paar uur wachten op een clubavond kwam ik een ruimte waar vijftien kleerkasten achter een lange tafel zaten. Vertel maar, zeiden ze. Moest ik mijn voorstel verkopen. Ik was behoorlijk onder de indruk. Je komt toch met een vooroordeel binnen. Inmiddels heb ik al zo veel tijd met ze doorgebracht dat ik mij altijd relaxed voel. Het was een enorm arbeidsintensief project. Vooral in het begin werd ik heel vaak gebeld voor zaken waarvan zij dachten dat het interessant was om te filmen. Dat was het dan helemaal niet.’ 

Olla bezoekt zijn moeder op Ambon

Waarom niet?
‘Te braaf. Het duurde best lang voordat ik ze kon overtuigen wat nu echt interessant was. Uren heb ik rondgehangen op hun clubavonden. Leuk hoor, ik had het er prima naar mijn zin, maar ik moest meer toegang hebben. Na een tijdje mocht ik ook mee naar binnen wanneer niet iedereen naar binnen mocht. Onze visies over hoe de film er uit zou moeten gaan zien, lagen nogal ver uit elkaar.’
 
Zij verwachtten natuurlijk een mooi portret van Satudarah?
‘Ja. Als een soort promotiefilm of een bedrijfsfilm. En dat kan natuurlijk niet. Maar er zitten heel intelligente en leergierig jongens in de top die best geïnteresseerd waren in mijn visie. Wilden ze best wat over leren en na heel veel gesprekken kwamen we toch wat dichter bij elkaar. Ze begrepen ook wel dat dat ik wat actie wilde, maar vonden zelf dat ze ook aan hun naam moesten denken. Want, zeiden ze, anders denkt iedereen straks dat we echt alleen maar criminelen zijn. Nadat ik met de jongens naar Indonesië was geweest, gingen ze echt open. Op reis leer je elkaar pas goed  kennen.’
 
Wilden ze niet net zo’n film als Crips, Strapped ’n Strong?
‘Zo gaat dat natuurlijk niet. Ik weet dat ze die film goed kenden en best cool vonden. Tegelijkertijd distantieerden ze zich er ook een beetje van. Zo veel gaan wij toch niet laten zien. We zijn niet gek! Zij zijn niet zo van die wapenporno. Vinden ze toch wat minderwaardig. Maar toen ze deze film uiteindelijk zagen, was het direct van ach, we hadden toch wat meer stoere scènes moeten geven. Want dat is toch wel leuk op zo’n groot scherm. Terwijl ik ze al duizend keer had gezegd dat ze meer open moesten gaan en meer moesten laten zien. Maar daar was men steeds terughoudend in.’ 

Een inwijdingsritueel

Er zitten heel veel Satudarah-leden in de film. Die hebben je allemaal vertrouwen moeten geven.
‘Vaak was het van: wie is die gozer? Ik focuste op Den Haag, Tilburg en Duitsland en daar kende ik op een gegeven moment iedereen wel. Je komt binnen via de hoogste jongens van de groep en als je door hen geaccepteerd wordt, moet de rest je ook accepteren. Het was duidelijk dat ik oké was. Eindeloos heb ik handen geschud. Avonden lang en dat moet altijd in de juiste volgorde gebeuren. Als je eerst een prospect groet en daarna de president, ben je wel een beetje fout bezig. Dan begrijp je het gewoon niet. Daarnaast veranderen chapters in sneltreinvaart. Dan wordt die er weer uitgeflikkerd of komt er weer een ander bij. Het verschuift enorm. Zij hebben ook hun waarden en normen: met vijf man een minderjarige in elkaar slaan, dat doe je gewoon niet. Dat vinden ze meer iets voor homo’s. Er zijn best strenge regels en als iemand zich daar niet aan houdt, wordt die teruggesneden of eruit gegooid.’
 
Teruggesneden?
‘Stel je bent full member. Dan heb je alle badges op je jasje. Doe je iets verkeerd, dan word je gestraft en teruggesneden naar prospect. Alle badges worden dan van je jas gesneden. In het ergste geval moet je de colors ook inleveren. Dat is heel erg en kan in good standing of bad standing gebeuren. Bij bad standing mag niemand meer contact met je hebben. Niet leuk.’
 
Het Openbaar Ministerie ziet deze film ook. Wat heeft Satudarah hieraan?

‘Misschien zien ze het meer als een promotiefilm dan het is. In eerste instantie wilden we vooral een andere kant van Satudarah laten zien. Het Molukse, de rituelen en de broederschap. Dat was hun insteek, maar ik heb er mijn eigen ding van gemaakt. Bij een film die alleen over de leuke kanten van Satudarah gaat, denkt iedereen: hier klopt iets niet. Ook de donkere kant moet je laten zien. Ze vinden het zelf ook wel mooi dat er nu een grote film over hen uitkomt. Want juist in de afgelopen jaren is er heel veel veranderd en zijn ze enorm gegroeid. Dus vinden ze het belangrijk om daar een mooi document van te hebben. Stoer en ook leuk voor de kids.’ 

Een 'ride out'

Wat wordt de volgende film?
‘Ik ben nu bezig met een film over zes broers, Nederlandse Koerden, die naar Irak zijn vertrokken om tegen IS te vechten. Een oom van hen is commandant van een eenheid bij de peshmerga, het leger van de Koerden. We zijn ook al wezen kijken aan het front en hebben de IS-vlag zien wapperen. Heel interessant. Die broers zijn helden voor mij.’
 
Daar is het echt oorlog.
‘Precies. Hier was het toch steeds van: wanneer komt die oorlog nou?’
 
Houd u van gevaar?
‘Niet van gevaar an sich, maar het zet mij wel op scherp. Bewust of onbewust zoek ik het toch steeds weer op. Ik kijk zelf ook liever naar films met veel actie. Is filmtechnisch veel interessanter. Mijn films gaan altijd over actie. Mentaal of fysiek. Daar heb ik veel meer mee dan met het Concertgebouworkest of ballet. Dat trekt mij veel minder. Misschien komt dat later wel.’
 
Aansluitend op NPO Doc: in Regisseur aan de keukentafel spreekt Chris Kijne met Joost van der Valk en Mags Gavan