Radiomaker Joost Wilgenhof wilde meer weten over het BVD-verleden van zijn vader.

Radio doc: Het Wilgenhof geheim
zondag, NPO Radio 1, 21.00-22.00 uur

‘Iedereen maakt een verhaal van zijn of haar leven. Om het onbegrijpelijke begrijpelijker te maken. Ik ben nu 49. Mijn vader stierf toen hij 48 jaar was. Dat is niet te bevatten. Ik had een eigen verhaal nodig,’ aldus (radio)maker Joost Wilgenhof.

Die eigen invulling van de werkelijkheid ontvouwt zich in de radiodocumentaire Het Wilgenhof geheim. Joost is de middelste zoon van het gezin Wilgenhof. Vader Henny werkt bij de gemeentepolitie in Wageningen en komt uit een streng christelijk gezin. Hij is een man van weinig woorden. Echt humor heeft hij ook niet. Joost ervaart hem als behoorlijk rechtlijnig.

Een paar jaar na zijn vaders dood loopt Joost stage bij de Vara en interviewt een vrouw die jarenlang is gevolgd door de BVD. Vervolgens hoort hij terloops van zijn moeder dat zijn vader ook voor de BVD werkte. Op zeker moment was hem gevraagd om naast zijn gebruikelijke politiewerk taken uit te voeren voor de Binnenlandse Veiligheidsdienst (BVD). Het is geheimzinnig werk. Vader heeft zelfs overwogen om zijn oudste zoon Tom in te zetten als informant.

Terwijl Joost niet eens weet wat zijn pa daadwerkelijk deed voor de BVD, groeit bij hem het gevoel dat zijn vader een verklikker was, een man met geheimen voor zijn kinderen. Hij vraagt zich af: wie was deze man eigenlijk? Joost gaat op onderzoek uit. Hij duikt in archieven en spreekt met Henny’s opvolger, die hem vertelt over een kaartenbak van krakers en extremisten die Joosts vader allemaal uit zijn hoofd kende. Ook zoekt hij een oud-BVD-docent en BVD-collega op. Het aanvankelijk doodlopende gesprek met de oud-collega krijgt een verrassende wending als diens dochter belt met de vraag waarom de journalist er is. En Joost knoopt een openhartig gesprek aan met zijn anders zo gesloten oudste broer Tom.

Uiteindelijk blijkt het verhaal minder eendimensionaal te zijn dan wat zich afspeelde in het hoofd van Joost. ‘Na mijn vaders dood dacht ik: ik heb ik mijn pa niet gekend. Maar ik had ook heel erg de behoefte om de zwijgcultuur die zo lang in het gezin heerste te doorbreken. Door dit programma heb ik mijn vader opnieuw leren kennen. Soms had ik het idee dat ik hem echt begreep. Ook al ben ik mij ervan bewust dat dat een illusie is. Je kunt iemand nooit helemaal doorgronden.’