Bep de Bruin lag onopgemerkt tien jaar dood in haar huis in Rotterdam. Aanleiding voor de gemeente om een actieplan tegen eenzaamheid te starten. Regisseur Stella van Voorst van Beest volgde voor Goede buren twee vrijwilligers en twee van hun cliƫnten.

Voor de Rotterdamse campagne ‘Voor mekaar’, die in 2014 van start ging, liep ook u langs de deuren van 75-plussers met een vragenlijst over eenzaamheid. Was dat al research voor uw documentaire?

Stella van Voorst van Beest (55): ‘Ja, hoewel ik tegelijkertijd ook daadwerkelijk een bijdrage leverde aan het gemeenteonderzoek dat begon. Alle inwoners van Rotterdam van 75 jaar en ouder kregen een brief met de vraag of ze huisbezoek wilden ontvangen om de mate van eenzaamheid onder deze groep te peilen. Bijna 35.000 mensen werden benaderd, ruim 8000 van hen reageerden. Samen met een andere vrijwilliger – je moet altijd met z’n tweeën op pad gaan – legde ik soms vijf bezoeken per dag af. Dat was heel vermoeiend; de een kreeg zelden iemand over de vloer en hield ons lang aan de praat, bij de ander kwamen de tranen al snel omhoog. Bovendien was degene met wie ik werkte nogal breedsprakig. Vrijwilligers hebben zelf vaak ook een behoefte.’

Wilma Slobbe (l) en Ada Kelder

Wat kwam u zoal tegen? 
‘Ik was gefascineerd door de diversiteit van de verhalen, die zich trouwens in alle sociale lagen van de bevolking blijken af te spelen. Bij elke deur dacht ik: in welke geschiedenis stap ik nu weer? Het frappeerde me hoeveel mensen een slechte band met hun kinderen hadden of hen überhaupt niet meer zagen. Schrijnend waren de ouderen die een soort mantelzorgers voor elkaar waren. Eigenlijk kon dat niet meer, maar ze zochten geen hulp, bang dat ze dan uit elkaar gehaald zouden worden. Verder waren er mensen die helemaal niet wisten hoe ze hulp konden krijgen en daarom maar bleven doortobben in hun eentje. Wat me heel erg verbaasde, was dat zelfs in oude wijkjes, waar iemand soms al generaties woonde, het kon gebeuren dat diegene niemand kende. Dat had ik meer bij flats verwacht. Al met al hoorde ik zelden: “Ik heb het leuk in de buurt en ken de mensen goed.” Tegelijkertijd reageerden de meeste mensen met “nee” op de eenzaamheidsvraag. Of ze keken weg.’

En toen belde u op een dag bij cliënten Jan van Tol (81) en Til van der Kleij (85) aan? 
‘Nee, het was een hele zoektocht voordat ik twee personen had gevonden die de film konden dragen. Meneer Van Tol was een tip van een pastor die bij hem was geweest na het overlijden van zijn vrouw. Hij dacht dat Jan binnen mijn profiel zou passen, met zijn hondje, accordeonmuziek en onafhankelijkheidsstreven. Want als voorwaarde had ik onder andere dat ik sterke karakters wilde, geen klagende slachtoffers. Mevrouw Van der Kleij kreeg ik van een ander door. Zij is een soort raadsel, een kranig wijfje dat naar alle clubjes kwam maar wel altijd alleen.’

Jan van Tol

Waren ze direct genegen mee te werken, blij met deze aandacht? 
‘Mevrouw Van der Kleij zei: “Ik heb altijd gehoopt dat er een tv-ploeg kwam, dan kan ik eindelijk mijn verhaal eens doen.” Ik wist toen nog niets van haar heftige geschiedenis, die deed ze pas later stukje bij beetje voor de camera uit de doeken. Toen ze de film zag, huilde ze al bij het eerste shot: “Dat ben ik.” Meneer Van Tol vindt het vooral heel fijn om bezoek te krijgen en babbeltjes te kunnen maken. Hij heeft de pech dat hij zijn huis niet meer uit kan en dat zo’n beetje iedereen die hij kende dood is. Dan zit je daar, in je eentje.’

Wat verstaat u onder eenzaamheid? 
‘Het missen van het delen van je leven, het hebben van het idee dat er niemand is die getuige is van je bestaan. De inspiratiebron voor Goede buren was de vondst in 2013 van Bep de Bruin, een vrouw die tien jaar dood in haar huis lag. Wij projecteren daarop dat ze wel heel erg eenzaam moet zijn geweest. Maar dat is de vraag. Zo’n gebeurtenis is een schrikbeeld, maar sommige mensen zijn gewoon graag alleen en voelen zich niet per se eenzaam.’

Stella van Voorst van Beest:
'Ik had als voorwaarde onder meer dat ik sterke karakters wilde, geen klagende slachtoffers'

Wat verstaat u onder eenzaamheid? 
‘Het missen van het delen van je leven, het hebben van het idee dat er niemand is die getuige is van je bestaan. De inspiratiebron voor Goede buren was de vondst in 2013 van Bep de Bruin, een vrouw die tien jaar dood in haar huis lag. Wij projecteren daarop dat ze wel heel erg eenzaam moet zijn geweest. Maar dat is de vraag. Zo’n gebeurtenis is een schrikbeeld, maar sommige mensen zijn gewoon graag alleen en voelen zich niet per se eenzaam.’ 

De vrijwilligers Ada Kelder (59) en Wilma Slobbe (70) die u volgt, vormen een gouden duo. 
‘Ada kwam al snel boven, zij is een kleurrijk figuur en een hyperactieve bewoner van haar buurt. Ze zorgt voor de bloemen in de straat, organiseert van alles, kent iedereen, staat in de krantjes, weet waar de geldpotjes binnen de gemeente zich bevinden. Toen ik haar benaderde zei ze, met haar Rotterdamse tongval: “Maar ik doe niks zonder Wilma.” Dat was even spannend, maar Wilma bleek een prima sidekick, een goed tegenwicht voor de dynamiek van Ada.’
 

Heeft de campagne zin gehad volgens u? 
‘Pff, ik heb zoveel vergaderingen bijgewoond waarin het ging over doorakkeren, monitoren en terugkoppeling; al het jargon rond beleid. Maar voor wie wil, is er nu een jaarlijks huisbezoek en dat lijkt me een geruststellende gedachte. Je hoeft niet eenzaam te blijven; mensen kunnen mee naar zangmiddagen, de bloemencorso, een paasbrunch of klaverjasavond. Dus al met al vind ik het wel een goed initiatief.’

Goed gesprek

Human zendt Goede Buren uit als slot van twee themamaanden over eenzaamheid. Op human.nl is meer informatie over dit onderwerp te vinden, en ook over de mogelijkheid van het organiseren van een Goed gesprek naar aanleiding van de film, overigens een van de publieksfavorieten tijdens het afgelopen Idfa. Hoe kan de Rotterdamse aanpak anderen inspireren om met dit probleem aan de slag te gaan?