Hugo Blom

We waren in Zweden. Op werkbezoek. Vroeger wanneer het woord ‘Zweden’ viel, zei een van mijn ouders: ‘En eeuwig zingen de bossen’ of ‘Winden waaien om de rotsen’. Ik dacht er nu pas aan om die titels eens te googlen, en zag dat het om Noorse boeken en verfilmingen daarvan ging. Vooruit, een land verderop. Er is ook in Zweden heel veel bos en dat was de ­reden dat we er waren. Om het bos te bezoeken waar de bomen staan waarmee het papier voor deze gids wordt gemaakt. Preciezer, de boom waar dit nummer van is gemaakt, is zo’n zeventig jaar geleden geplant. Niet de hele boom, maar een specifiek deel. Ik zal nu niet ­zover gaan dat ik u het verschil tussen houtvrij en houthoudend papier haarfijn uit de doeken zal doen, maar ik kan u wel verklappen: in allebei de soorten zit boom. Leg dat maar eens uit in deze klimaatverhitte tijd. Dat lieten ze in Zweden over aan een nieuwe generatie, bij wie het woord CO2-neutraal met de paplepel is ingegoten.

Nadat wij met een vliegtuig en een bus naar het productiebos waren vervoerd, werden we daar tussen de bomen, in de papierfabriek en tijdens het ­seminar professioneel, en in onberispelijk Engels ingewijd in de finesses van papier en ­klimaatneutrale productie door jonge, hoogopgeleide vrouwen. Dat neutraliseerde weer ons gezelschap dat voornamelijk uit mannen van ­middelbare leeftijd bestond.

De papierfabrikant meldde vrolijk dat de meeste omzet zat in de Europese productie van papier voor tv-gidsen. Dat is fijn, maar vanwege die eeuwig zingende bossen ben ik toch maar terug komen lopen.