Een voortplantende robot? De alarmbellen gaan al af. Wat gebeurt er nu weer allemaal in robotland? Hoogleraar Kunstmatige Intelligentie Guszti Eiben stelt ons gerust.

In 2016 ontwikkelde Guszti Eiben, hoogleraar kunstmatige intelligentie aan de VU, samen met zijn team de eerste voortplantende robot. Een robot die geboren wordt in de robotfabriek (het productiecentrum van de babyrobots) en daar de gehele levenscyclus meemaakt. Eiben: 'Wij weten dat evolutie in staat is om intelligentie te ontwikkelen. We zijn hier zelf de voorbeelden van. Waarom zou kunstmatige evolutie dan geen kunstmatige intelligentie kunnen creëren? Maar hoe krijg je robots zo ver dat ze nakomelingen kunnen maken?'

proof of concept

Het werkt natuurlijk niet zoals de voortplanting die wij kennen. De robot wordt voor een gedeelte in de 3D-printer gemaakt – door sommige ook wel de baarmoeder genoemd. Overige gedeeltes worden later zelf toegevoegd. 'Een robot zoals wij dat nu zien heeft een motor nodig in plaats van spieren. Je kunt in een 3D-printer nog geen motors printen, dus die motor moeten wij inkopen en vervolgens zelf toevoegen. Maar over tien jaar hebben we hopelijk zulke goede 3D-printers dat je in een keer een menselijke robot kan printen. Alleen is dat niet mijn vakgebied', zegt Eiben.

(tekst loopt door onder video)

Robots sturen hun DNA met wifi, radiogolven of bluetooth naar de geboorteplek. Daar wordt het moederlijke en vaderlijke DNA gecombineerd. Zo wordt het kind met behulp van de 3D-printer gemaakt en is het dus ook echt 'het kind' van de eerste twee robots.

Het robotbaby-project is eigenlijk een proof-of-concept. Er zijn namelijk veel grotere plannen met deze babyrobotjes. 'Het doel was om aan te tonen dat robotvoortplanting mogelijk is. Op het moment dat de derde robot gebouwd werd, hebben wij het bewijs geleverd.' Maar deze ontwikkeling was pas de beginfase. 'Ons doel is op dit moment helaas niet zozeer wetenschappelijk, maar meer financieel: we zoeken financiering voor het doorontwikkelen van de technologie en de wetenschap. Zodat we niet één baby kunnen maken, maar vele generaties babies achter elkaar. Dat kost heel veel geld.'

'Ik ben een optimist, maar zeker voor veilig AI-onderzoek.'

Eiben heeft grote plannen: 'We willen robots fokken voor taken en omgevingen waar de mens zelf niks kan. Zoals Mars of de diepzeebodem.' Dit is waar de evolutie van pas komt: 'Het is niet duidelijk wat een robot nodig heeft om op zo'n plek te kunnen opereren. Neem robots die bossen inspecteren als voorbeeld. Het is echt niet duidelijk wat voor robot optimaal is voor in het bos. Moet hij groot zijn zodat hij overal overheen dendert, of moet de bot klein en slank zijn om overal tussendoor te kunnen kruipen? Moet hij wielen hebben of poten, en hoeveel dan? Met andere woorden: de optimale lichaamsvorm voor een 'bosrobot' is onbekend. Met evolutie en een robotfokkerij kunnen we dat proces aan de evolutie overlaten, zodat je uiteindelijk een geschikte robot krijgt die aangepast is aan de leefomgeving.'

(tekst loopt door onder afbeelding)

Hoogleraar Guszti Eiben en de robotbaby.

(r)evolutionair robotsysteem

Wees maar niet bang. Het is geen robot die opeens jouw baan overneemt. Eiben ziet de bot vooral als een instrument. Net zoals een sterrenkijker een telescoop nodig heeft, of een timmerman een hamer, zo hebben biologen een robotevolutionair systeem nodig. 'Het is ook absoluut geen menselijke robot. Dat is de denkfout die de meeste mensen maken. Mensen denken dat robots zogenaamde humanoids zijn, een soort menselijk lichaam. Dat is absoluut niet waar. Onze robots lijken eerder op hagedissen, slangen of spinnen met veel poten van verschillende lengtes. Het is ook bedoeld als hulp voor de mens.'

Nog een van de vele voordelen van de voortplantende robot is dat deze controleerbaar is: 'Om te garanderen dat het niet uit de hand loopt moet je ervoor zorgen dat reproductie zelf uitschakelbaar is, door het inbouwen van een soort noodknop. Er is ook maar een enkele plek waar de robotbaby's geboren kunnen worden.'

Het robotgezinnetje.

terminator

En toch zijn veel mensen bang voor een soort terminatorsituatie. Maar daar acht Eiben de kans niet heel groot toe: 'Als ik bedenk wat er allemaal zou moeten gebeuren voordat het zover is: dat is een enorme keten van ontwikkelingen en dus een superkleine kans. Ik ben een grote voorstander van onderzoek naar de veiligheid van kunstmatige intelligentie, want ik geloof dat we nog wel maatregelen kunnen nemen om een terminatorsituatie te voorkomen. Ik ben een optimist, maar zeker voor veilig AI-onderzoek.'

Kortom, printers kunnen nog niet alles doen wat we willen, robots gaan misschien ooit nog wel naar Mars en we hoeven niet te vrezen voor the next terminator. Maar dat robots een gezinnetje kunnen stichten, dat staat in ieder geval vast.