Boeken

Myrthe van der Meer & Rein Gerritsen

Binnen vier muren Myrthe van der Meer schreef de roman ‘Paaz’, gebaseerd op haar verblijf in een psychiatrisch ziekenhuis. In ‘13 ongelukken’ geeft wetenschapsfilosoof Rein Gerritsen weer hoe lastig het voor een ex-gedetineerde is op het rechte pad te blijven. Wim Brands spreekt met beide auteurs.

De dag nadat ze uit de psychiatrische kliniek ontslagen werd, begon Myrthe van der Meer te schrijven aan wat uiteindelijk Paaz zou worden: een roman over de vijf maanden die ze doorbracht op de psychiatrische afdeling van het algemeen ziekenhuis. Zoals J.J. Voskuil met zijn romancyclus Het bureau het kantoorleven heeft vastgelegd, zo nauwgezet registreert Van der Meer de praktijk van een psychiatrisch ziekenhuis.

Het boek begint op haar laatste werkdag. Emma heeft een baan als redacteur bij een uitgeverij. De laatste uren zijn ingegaan. Aan de reactie van haar collega’s is te merken dat zij op de hoogte zijn van haar aanstaande verlof. Een verplichte vakantie staat voor de deur. Vier weken helemaal niets doen. Maar het volgende moment betreedt Emma de gang van een ziekenhuis, met de psychiatrische afdeling als eindbestemming.

Aanvankelijk werd gedacht dat ze door haar werk overspannen was geraakt. Maar ze is depressief, dat weet ook Emma. Zo verging het Myrthe van der Meer. Haar problemen gingen verder dan de burn-out die door de bedrijfsarts werd vastgesteld. Het was haar vader die uiteindelijk de ernst van de situatie inzag en de huisarts inschakelde. Vijf uur later werd ze opgenomen.

In de 'psychiatrische roman', zoals de ondertitel luidt, beschrijft Van der Meer de vijf maanden die ze op de paaz verbleef. Aan het begin vraagt ze zich nog af waarom ze daar zit. Haar gevoelens zijn niet anders dan voor de opname. Haar wens om dood te gaan is onverminderd sterk. Ze kan er maar moeilijk wennen. Maar langzaam dringt het besef door dat ze er met een reden zit. Ze vindt troost en hulp bij medepatiënten en verpleegkundigen.

Met de roman Paaz biedt Van der Meer inzage in de dagelijkse gang van zaken in het psychiatrisch ziekenhuis. De vele afspraken bij de psychiaters en psychologen, de deelname aan groepstherapieën en creatieve activiteiten. Omdat de dagen eindeloos kunnen duren, maar ook om zich af te zonderen, zoekt Emma een toevlucht in het maken van puzzels. 's Nachts maakt ze wandelingen als de medicijnen het slapen weer eens onmogelijk maken. Haar gemoedstoestand is weliswaar somber, in het boek doen zich ook veel grappige situaties voor. Terugkijkend op haar verblijf op de paaz, herinnert Van der Meer zich ook de mooie momenten. De mensen die ze is gaan vertrouwen, het gebouw waarin ze zich uiteindelijk thuis is gaan voelen.

In 2009 verscheen Knock-out, het eerste deel van de meerdelige autobiografie van wetenschapsfilosoof Rein Gerritsen. In dat boek doet hij verslag van zijn criminele carrière en de wijze waarop de filosofie zijn redding is geweest. In het tweede deel, getiteld 13 ongelukken, somt hij de vele ongeschreven regels op die het voor een ex-gedetineerde lastig maken om op het rechte pad te blijven. Hoe blijf je uit de gevangenis als je eenmaal een strafblad hebt?

In 1981 - hij was toen 22 jaar - verliest Rein Gerritsen bij een auto-ongeluk zijn moeder en zijn halfbroer. Hijzelf ligt een jaar in het ziekenhuis. Een verkeerde afbouw van pijnstillers maakt hem psychotisch. Daarna raakt hij verzeild in het gewelddadige criminele circuit. Met inbraken, afpersing en bankroven. Hij wordt uiteindelijk opgepakt, en veroordeeld tot 6 jaar gevangenisstraf met psychiatrische dwangverpleging. Na 2,5 jaar krijgt hij gratie, nadat er wordt vastgesteld dat hij tijdens het delict in een psychose verkeerde.

Maar liefst 80 procent van de mensen die in de gevangenis hebben gezeten, loopt een kans daar nog eens terug te komen. Gerritsen behoort tot de groep die aan de goede kant van de streep bleef. Een studie filosofie bracht hem weer op het rechte pad. Als ervaringsdeskundige, schrijver en wetenschapsfilosoof zet hij nu het woord in als wapen tegen het Nederlandse strafsysteem. Hij pleit voor een humaner beleid om de recidive tegen te gaan.

De gevangeniscultuur kent zijn eigen wetten en regels. Als gedetineerde communiceer je bijvoorbeeld niet met de gevangenisbewakers. Omgekeerd geldt dat ook. Maar wie zijn nou die gevangenisbewakers? In 13 ongelukken gaat Gerritsen een fictieve dialoog met hen aan. Ruim twintig jaar na zijn vrijlating probeert hij hun standpunt, en dat van de maatschappij, beter te begrijpen.

Gerritsen is tot zijn veertigste blijven recidiveren, zo’n vijftien jaar na zijn vrijlating. Ondanks zijn universitaire opleiding wordt hij - vanwege zijn strafblad - gedwongen om allerlei baantjes aan te nemen: van betonvlechter tot asbestsaneerder, van slagersgezel tot portier. Twaalf ambachten, dertien ongelukken. Een hypotheek afsluiten? Een passende baan vinden? Vergeet het maar.