Een korte verhandeling over de hoed.

1. Men mag niet sterven zonder ooit een hoedenwinkel te hebben bezocht.

2. Toen ik nog bij de Nederlandse Uitgeverij voor Handelsinformatie en Adresboeken in Amsterdam werkte, zei de secretaresse aldaar tegen mij: ‘Ik ben zo geil met een hoed.’ Ook al bent u niet geil met een hoed, probeer af en toe een hoed te dragen.

3. Door middel van de hoed geeft de man aan dat esthetiek geen bijzaak is. Je kunt een hoed tegen de kou dragen, maar een muts is effectiever. De meeste hoeden zijn niet goed bestand tegen water. Wie zich wil beschermen tegen regen kan beter zijn toevlucht nemen tot de capuchon of de paraplu. Je kunt een hoed tegen de zon dragen, maar een hoed gaat vooral over esthetiek.

4. In de synagoge waar ik als kind kwam, zei meneer Rosenberg geregeld tegen me: ‘Het dragen van strooien hoeden is vragen om regen.’ Een raadselachtige uitspraak, want ik droeg geen strooien hoeden en ik vroeg ook niet om regen.

5. Hoeden kunnen afwaaien. Bij sterke wind beter geen hoeden dragen als je je bij voorbaat schaamt om achter een afgewaaide hoed aan te rennen. Denk er eens over uw minnaar of minnares te ontvangen zonder kleren aan, maar met een hoed op. Niet bijster origineel maar wel iets anders.

6. Wie naar een goede hoedenwinkel gaat, laat zijn hoofd meten. Laat uw hoofd meten.

7. Er zijn gezichten die opknappen van hoeden. Hebt u zo’n gezicht?

8. De cowboyhoed is voor noodgevallen.

9. Mijn vriendin is twee hoeden kwijtgeraakt. Eén in een vliegtuig van Amsterdam naar New York en één op Schiphol toen we aan het wachten waren op een vlucht naar Genève. Net als paraplu’s laat je hoeden makkelijk ergens liggen. Het dragen van een hoed maakt je bewust van mogelijk verlies, het dragen van een hoed is een vorm van meditatie.

10. Een hoed is ook gereedschap uit de verkleedkist. Wie iemand anders wil worden of spelen, heeft soms niet meer nodig dan een hoed. Bent u verdrietig of aangeslagen? Zet eerst een hoed op voordat u zich bedrinkt.