U heeft Alicia gedurende drie jaar gevolgd, tussen haar negende en dertiende. Vroeg ze niet of ze bij u kon komen wonen?
'Daar heeft ze het weleens over gehad, ja. En ik heb meteen eerlijk tegen haar gezegd dat dit niet kon. Door mijn beroep, waarvoor ik veel reis, bovendien ben ik alleen. En dat begreep ze ook wel. Zelf dagdroomde ik er tijdens het maakproces soms over dat als ik de film snel af had, er misschien snel een pleeggezin zou komen.
'Of ik fantaseerde over het opzetten van een groot kindertehuis voor kinderen zoals zij, een plek waar je kunt blijven wonen tot je volwassen bent. Je hoort als filmmaker niet de problemen van je hoofdpersoon op je schouders te nemen en de realiteitszin won het wel in mijn brein, maar het volgen van zo’n weerloos kind liet me zeker niet onberoerd.'
En nu?
'Wat betreft de film hoop ik dat dit een breekijzer voor verandering kan zijn, dat er voor kinderen als Alicia, of haarzelf, wat goeds uitkomt. Dat vind ik belangrijker dan dat mensen de film alleen maar zien. Daarom komt er ook een vervolgtraject, opgezet door de producent.'
Hoe loop je vervolgens weer weg uit zo'n leven?
'Als regisseur had ik na tweeënhalf jaar wel het gevoel dat het verhaal inmiddels in de vele uren opnamen zat, maar omdat ik het liefst op een soort hoopvol moment wilde stoppen met filmen, ging ik nog even door. En met Alicia houd ik contact, we hebben een vriendschap opgebouwd en bellen elkaar regelmatig.'