Tom Hofland en Pascal van Hulst willen het hoorspel nieuw elan geven. Dat doen ze door improvisatie, met docufictie tot gevolg.

Angela van der Elst

Hoorspel is net zo’n archaïsch aandoend woord als toondicht of kijkdoos. Iets klip-en-klaars met een zweem van vroeger, toen mensen zich, o nostalgie, nog samen rond de radio schaarden voor het genieten van een luisterdrama. Het genre ontstond bijna honderd jaar geleden en evolueerde van het simpelweg voordragen van een toneeltekst tot het uitzenden van op maat bewerkte stukken voorzien van geluidseffecten. Met als klassieker de bak met grind voor de voetstappen over het tuinpad. 

In deze tijd van podcasts verandert het genre opnieuw, zoals Tom Hofland en Pascal van Hulst bewijzen met De Blankenberge Tapes. Deze driedelige serie is zowel te horen in Hoorspelhalfuur (vanaf vrijdag 10 mei om middernacht) als via internet. Het is de opvolger van Babylon, dat de heren in 2016 voor VPRO Dorst maakten. Babylon was een spookachtig mysterie rond een meer en een verlaten huis in Tsjechië, De Blankenberge Tapes vertelt een misdaadverhaal waarin twee moordzaken en een prille liefde tot een lugubere ontknoping komen aan de Belgische kust. 

geloofwaardig

Hofland en Van Hulst zijn beiden geboren in 1990 en samen afgestudeerd als theaterschrijver aan de HKU. Sinds een paar jaar werken ze voor de VPRO, naast hun overige bezigheden. Die bestaan onder andere uit schrijven (Hofland debuteerde in 2017 met de roman Lyssa) en musiceren (Van Hulst toert met zijn band De Baron door Nederland en Duitsland).  

Het was hun wens om iets te doen aan de geloofwaardigheid van radiofictie. ‘Het komt vaak gemaakt en gedragen over, zo jarenvijftigachtig,’ zegt Hofland. ‘Dat klinkt misschien een beetje oneerbiedig, maar we wilden graag eens iets anders proberen. Met verhalen tot gevolg waar je echt in opgaat en helemaal in gelooft.’ De truc waarmee zij dit bereiken is het gebruik van slechts een synopsis in plaats van complete scripts. ‘Wanneer je een korte inhoudsbeschrijving uit je hoofd gaat navertellen, moet je nadenken over je woorden en dat klinkt anders dan een van buiten geleerde tekst. Het gaat meer op een documentaire lijken. Neem bijvoorbeeld het sprookje over Roodkapje. Als je een paar mensen vraagt hoe dat gaat, zullen de belangrijkste elementen waarschijnlijk overeenkomen, maar elke versie die je hoort is anders. Spontaner, authentieker.’

improviseren

Schreven Hofland en Van Hulst Babylon tijdens een gezamenlijke vakantie in het gelijknamige Tsjechische plaatsje, waarna ze zelf de stemmen inspraken en het geheel monteerden; voor De Blankenberge Tapes gingen dingen anders. ‘We wilden het iets spannender maken, door een ingewikkelder plot te gebruiken waarin meerdere personages een rol hebben. Uiteindelijk leidde dat tot een misdaadverhaal dat in drie keer een half uur verteld wordt.’  

Er was meer budget beschikbaar, zodat er een castingbureau ingeschakeld kon worden. ‘We zochten naar acteurs die konden of wilden improviseren. Behalve een algemene korte inhoud die iedereen te lezen kreeg, gaven we ieder een pagina met informatie die alleen hun personage betrof. Vervolgens gingen we de acteurs een voor een interviewen over “wat er gebeurd was”, in een studiootje dat we afgelopen februari gedurende een paar dagen in het vakantiehuis van m’n schoonvader hadden ingericht. In Blankenberge, de Belgische kustplaats, zodat we allemaal het juiste decor voor ogen hadden; hetzelfde café en dezelfde hotelkamer hadden gezien waar bepaalde scènes zich afspelen.’ 

We horen Johan Heldenbergh (beroemd in België), Nyncke Beekhuyzen, Abe Dijkman en Sterre van Sprundel als respectievelijk Joseph (broer van een vermoorde zus), de rechercheurs Stientje en Milton, en de studente Maya, die via Tinder met een oudere man in contact komt. Zij treffen elkaar in een drama waarin er op een dag iemand vermist wordt en er bloedsporen op een muur blijken te zitten. ‘Het leuke van deze vorm is dat de acteurs ook makers werden. Ze gingen aan de haal met het materiaal en kwamen met nieuwe ideeën.’  

De aanpak smaakt naar meer. Hofland en Van Hulst fantaseren over een tv-versie, maar hopen eerst een hit in Vlaanderen te scoren. ‘Pascal schreef een volkslied over Blankenberge en dat hebben we laten opnemen. Uiteindelijk gebruikten we slechts tien seconden ervan in de hoorspelserie, maar wie weet wat het op de Belgische radiozenders gaat doen.’