De documentaire begint met een hard statement: ‘De Chicago 7 zijn dood of vergeten, en hun kinderen lopen rond in een Amerika dat in weinig nog lijkt op de maatschappij die hun ouders voor ogen hadden,’ zegt de voice-over. Maar is dat echt zo? Eén van die kinderen staat voor het gerechtsgebouw waar het voor zijn vader -Abbie Hoffman- allemaal gebeurde. Met zijn zwarte krullen en dikke wenkbrauwen lijkt hij sprekend op zijn vader. En wat de documentairemakers hier nog niet weten, is dat hij twee jaar na deze opname gearresteerd zou worden tijdens een protest, in Chicago.
please come to Chicago
Abbie Hoffman, Jerry Rubin, Tom Hayden, David Dellinger, Rennie Davis, Bobby Seale, Lee Weiner en John Foines zaten uiteindelijk vijf maanden lang in de rechtszaak verwikkeld. Ze kenden elkaar niet allemaal, maar een gemeenschappelijke deler zorgde ervoor dat ze samen berecht werden: ze waren leiders in protesten tegen de Vietnamoorlog.
In 1968 was de Vietnamoorlog in volle gang en steeds meer jonge mannen werden opgeroepen om in dienstplicht te gaan. De oorlog koste Amerika jaarlijks ongeveer 25 miljoen dollar en in vijf jaar tijd sneuvelden er zo’n 47.000 Amerikaanse soldaten. Steeds meer mensen begonnen te protesteren tegen de oorlog, en vooral tegen president Lyndon B. Johnson, die de oorlog in stand hield.
Op 28 augustus 1968 stond er een protest gepland bij de Democratic National Congress in Chicago en alle mannen van The Chicago Seven waren daar met hun eigen groepen bij. De protesten gingen vier dagen en nachten door. Wat vreedzaam bedoeld was, eindigde in een gewelddadige confrontatie met de politie waarbij onder andere traangas en knuppels werden gebruikt. In vier dagen werden 668 demonstranten gearresteerd en 425 werden met verwondingen opgenomen in het ziekenhuis.
Een jaar later werden de – toen nog – Chicago Eight opgepakt voor 'het oversteken van staatsgrenzen met als doel een rel te veroorzaken'. Ze werden The Chicago Seven toen Bobby Seale halverwege de rechtszaak werd vrijgesproken.
the whole world is watching
De scène in The Trial of the Chicago Seven waarin Black Panther Party-leider Seale in de rechtszaal vastgebonden en de mond gesnoerd wordt, zal menig kijker bijgebleven zijn. Maar wat in de film een paar uur duurde, was in werkelijkheid veel langer. In de documentaire vertelt Seale ongeveer 25 jaar later hoe hij drie dagen lang vastgebonden was, terwijl de hele wereld toekeek.
Dat Seale vastgebonden moest worden, besloot rechter Julius Hoffman – geen familie van verdachte Abbie Hoffman. Het was vanaf het begin af aan duidelijk dat de rechter niks moest hebben van de verdachten en hun advocaat. Zo dwong hij ze hun lange haar af te knippen, en riep hij maar liefst 175 keer minachting van de rechtbank uit (Abbie Hoffman kreeg acht berispingen voor lachen). Later werd rechter Hoffman officieel bevooroordeeld bevonden en werden die straffen die hij had uitgedeeld, teruggedraaid.
Abbie Hoffman en Jerry Rubin hadden de rechter pesten tot hun levenswerk gemaakt. Zo kwamen ze op een dag opdagen in toga, en droegen ze daar weer een politieuniform onder. Later legden ze ook de Vietcongvlag op tafel bij rechter Hoffman, stak Abbie Hoffman zijn middelvinger op terwijl hij de eed aflegde en zei hij dat de rechter 'Hitler beter gediend zou hebben'.
Het zorgde voor het nodige spektakel, maar de echte reden dat de rechtszaak zoveel aandacht kreeg, legt advocaat William Kunstler uit in de documentaire. 'Het was zo speciaal omdat de rechtszaak symbool stond voor wat er gebeurde in de VS. Je had acht mannen die elk een ander deel van de protestbeweging representeerden, en de overheid van Nixon die ze voor een lange tijd wilde opsluiten. Heel Amerika begreep dat dit de burgerrechtenbeweging versus de overheid was.'