‘vraag eens aan een gans wat hij ervan vindt’: waarom dieren een politieke stem verdienen

Dieren, van bijen tot walvissen, hebben bewustzijn en zelfs taal. Hoe kunnen we beter naar ze luisteren? En kunnen we hun stem meenemen in de politiek?

Chiara Lampis Temmink, 19 april 2023

Onze kennis over het bewustzijn van dieren neemt razendsnel toe: de ene wetenschappelijke ontdekking volgt de andere op. Zo weten we dat bijen kunnen spelen, dat varkens vriendschappen sluiten en dat dolfijnen elkaar bij hun naam noemen. De intelligentie van dieren lijkt meer op die van mensen dan we lang hebben gedacht.

Wat betekent die nieuwe kennis voor de manier waarop we met dieren omgaan? Want terwijl de baanbrekende onderzoeken over dieren zich opstapelen, holt de biodiversiteit achteruit.

Een nieuwe manier om de biodiversiteit te beschermen, is het toekennen van rechten aan de natuur, zodat de natuur als rechtspersoon beschermd wordt door de wet. Dat is een goed begin, schreef dier-filosoof Eva Meijer in haar proefschrift Political Animal Voices, maar het is nog niet genoeg. Het zijn namelijk nog steeds mensen die bepalen welke dieren welke rechten hebben. De superioriteit van mensen ten opzichte van dieren blijft op deze manier in stand. In haar boek Dierentalen en haar latere proefschrift Political Animal Voices pleit Meijer voor een inclusieve democratie waarin mensen en dieren naar elkaar luisteren.

mensentaal versus dierentalen

Hoe doe je dat, luisteren naar de natuur? Je kunt alleen luisteren naar iemand van wie je de taal verstaat. Volgens Meijer kan dat, een gemeenschappelijke taal tussen mensen en dieren. Het is zelfs makkelijker dan het klinkt.

Dieren hebben ook taal, zegt Meijer. Dat is voor velen een onwennig idee, omdat we - voornamelijk in de Westerse traditie - van oudsher ‘taal’ altijd hebben gedefinieerd als ‘mensentaal’. De Griekse filosoof Aristoteles beschouwde de mens als het enige wezen dat logos had, oftewel het vermogen om rationeel te denken en deze gedachten via woorden kenbaar te maken. We gebruiken de mens dan ook als een standaard waar alle andere dieren aan moeten voldoen. 

Waarom zou de intelligentie en taal van dieren altijd afgemeten moeten worden tegen die van mensen? ‘Mensen moeten begrijpen dat dieren altijd al spraken’, schrijft Meijer. We dachten voorheen alleen dat ze dat niet konden, omdat onze maatstaf was of ze konden praten in ‘mensentaal’. Onderzoek laat nu juist zien dat dieren wel degelijk complexe innerlijke werelden hebben en deze op verschillende manieren kunnen uitdrukken.

hebben dieren taal?

Als voorbeeld noemt Meijer prairiehonden. Deze dieren leven in tunnels onder de grond, wat ze kwetsbaar maakt voor indringers. Hierdoor hebben ze heel ingewikkelde alarmroepen ontwikkeld. Zij kunnen aan elkaar laten weten of het gaat om een indringer uit de lucht of op de grond en kunnen ook aangeven om wat voor indringer het gaat: bijvoorbeeld een mens of een andere hond. Andere voorbeelden van ‘pratende’ dieren zijn dolfijnen die elkaar bij hun naam noemen. Zij hebben allemaal een speciaal geluid, waarmee zij zich aan nieuwe dolfijnen voorstellen. Ook papegaaien hebben namen, die ze van hun ouders krijgen. 

Daarbij leven mensen al eeuwenlang nauw met dieren samen. Neem bijvoorbeeld honden: honden begonnen met blaffen om de aandacht van hun menselijke compagnons te trekken. Wolven, de soort waaruit honden geëvolueerd zijn, blaffen niet. De meeste honden begrijpen de grammatica van mensentaal en uit onderzoek blijkt dat mensen, ook mensen die geen hond hebben, de betekenis achter het blaffen of grommen van honden correct kunnen interpreteren.

spelen met taal

Eigenlijk is Meijers argument simpel: we moeten ons idee van taal uitbreiden, zodat dierentalen hier ook onder vallen. Haar voorstel is om over taal te denken zoals we over spellen denken. Met het concept ‘spel’ kunnen heel veel verschillende spellen bedoeld worden, allemaal met verschillende regels en deelnemers. Tikkertje is een spel, maar schaken of poker ook. De soorten spellen kunnen dus ontzettend van elkaar verschillen, maar toch begrijpen wij wat er bedoeld wordt als iemand het over een ‘spel’ heeft. 

Volgens Meijer kunnen we ook naar taal en naar communicatie met dieren kijken als een soort spel, een ‘taalspel’. Taal volgt dan niet altijd precies dezelfde regels - zoals bij een mensentaal - en heeft niet altijd dezelfde deelnemers, maar de kern blijft hetzelfde: dat we door ons uit te drukken iets kunnen communiceren aan een ander. 

Dit nodigt ons wellicht ook uit om speelser te zijn met taal. Er ligt geen blauwdruk van hoe we met dieren moeten praten, dus zullen we vooral veel moeten experimenteren met wat werkt en wat niet en open moeten staan voor creatieve of onorthodoxe vormen van communicatie. 

dieren meenemen in de politiek

Praten met dieren, hoe zou dat eruit kunnen zien? Kunnen we dieren zelfs laten meebeslissen in onze democratie? Hoe beginnen we daaraan? In haar proefschrift geeft Meijer het voorbeeld van het conflict tussen ganzen en mensen rond de velden bij Schiphol. ‘In dit conflict spelen ganzen de hoofdrol, maar hun handelen wordt niet serieus genomen’, schrijft Meijer. 

Sinds de jaren zeventig breiden ganzen de gebieden waar ze broeden steeds meer uit. Ze broeden niet alleen in natuurgebieden, maar ook in de bebouwde kom, in landbouwgebieden en dus in de velden rondom Schiphol. Jaarlijks worden nu tienduizenden ganzen met toestemming van de overheid gevangen en vergast, omdat ze een gevaar zouden vormen voor het vliegverkeer. 

Dit gaat het probleem niet oplossen, zegt Meijer, omdat er telkens nieuwe ganzen bijkomen, zolang het land rondom Schiphol aantrekkelijk voor ze blijft. Daarbij zijn er tot nu toe geen ernstige of fatale ongelukken gebeurd en is de kans op een botsing kleiner dan 0.001 procent

De reden dat jaarlijks tienduizenden ganzen gedood worden, is dat zij de vliegveiligheid in gevaar zouden kunnen brengen. Hier tegenover zet Meijer het feit dat vliegtuigen, net als bijna elke andere vorm van menselijk transport, juist ook heel veel dieren jaarlijks het leven kosten. Om de schade aan het milieu en het klimaat nog niet eens te noemen.

compromissen sluiten

Duidelijk is dat in dit beleid de mens voorop staat. Ganzen worden gezien als een plaag die overlast voor mensen veroorzaakt, omdat het land rond Schiphol mensen toebehoort. Wij hebben als mens bepaald dat ganzen daar niet mogen zijn, maar waarom zouden wij meer recht hebben op het land dan de ganzen? 

We moeten een manier vinden om de ruimte met ganzen te delen. Dat begint met naar ze luisteren, en hun boodschap serieus te nemen. Ganzen kunnen dan misschien niet hun stem laten horen aan een vergadertafel of zich verkiesbaar stellen in de politiek, maar ze communiceren wel degelijk met ons: ze verdedigen hun territorium en proberen te ontsnappen als ze gevangen worden. Daarmee vertellen zij ons dat dit ook hun thuis is. 

Hierop reageren wij vervolgens met grof geweld. Maar het kan anders. Hofganzen, een organisatie die voor de bescherming van ganzen opkomt, probeert op een diervriendelijke manier te bemiddelen tussen mensen en ganzen. Dit doen zij door bepaalde stukken land extra aantrekkelijk te maken voor ganzen en door te zorgen dat het gebied waar ganzen overlast veroorzaken juist onaantrekkelijk wordt, door er zonnepanelen of granen die ganzen niet lusten op de plaatsen. 

Toch blijven het mensen die beslissen waar ganzen mogen leven en waar niet. Als ganzen zich tegen onze beslissingen verzetten, kunnen we dat accepteren? Dit zou betekenen dat we onze eigen vluchtwegen moeten aanpassen of vaker rekening moeten houden met vertraging.

zo kunnen we samenleven met dieren

Samenleven gaat om geven en nemen. Ditzelfde geldt voor samenleven met dieren. We delen een gemeenschappelijke wereld met complexe en intelligente wezens, dus moeten we met ze in gesprek over hoe we met elkaar samen willen leven. 

Waar moeten we beginnen? Verschillende initiatieven pionieren al met manieren om dieren een stem te geven. Zo zet de Vakbond voor Dieren zich in voor betere arbeidsomstandigheden voor werkende dieren zoals politiehonden of melkkoeien. Zij vragen dierenartsen, taalwetenschappers en gedragsbiologen om de communicatie van dieren te ‘vertalen’ en ze zo goed mogelijk te vertegenwoordigen. Ook is er de Ambassade van de Noordzee, die vindt dat de Noordzee van zichzelf is, en dat het (niet-menselijke) leven in de Noordzee beter vertegenwoordigd moet zijn in de politiek.

En jij maakt natuurlijk evengoed deel uit van deze gemeenschappelijke wereld. Kijk daarom naar het gedrag van de dieren om je heen. Wat vertellen ze je?