4 oplossingen voor hoog water in Nederland

Naast zeespiegelstijging krijgt Nederland ook steeds vaker te maken met hoog rivierwater. Hoe kunnen we ons beschermen nu het water van alle kanten komt?

Eva Idenburg, 13 januari 2024

Volgens menig geoloog en aardrijkskundeboek fungeert Nederland als het afvoerputje van Europa. Via de grote rivieren, zoals de Maas, Rijn, Waal, IJssel en Lek, stroomt niet alleen overtollig Nederlands water naar zee, maar ook het water uit de rest van West-Europa. Dat gaat tot nu toe goed: bij hoogwater lopen de uiterwaarden vol en houden dijken het water op belangrijke plekken tegen. Zelfs na de bijna voortdurende regenval die het einde van 2023 kenmerkte, kon ons riviersysteem het overtollige water opvangen en afvoeren. Maar door de gevolgen van klimaatverandering zouden onze huidige strategieën in de toekomst wel eens tekort kunnen schieten. Onderzoeksbureaus voorspellen dat rivieren meer water zullen moeten afvoeren als gevolg van extreme regenval en smeltende gletsjers. Bovendien zal de zeespiegel ook nog eens stijgen, waardoor rivierwater niet weg kan en de bijna 30 procent van Nederland onder NAP gevaar loopt. De vraag rijst: waar moet al dat water naartoe? 

Tegenlicht presenteert vier concrete oplossingen die Nederland droge voeten garanderen. Van onmiddellijk uitvoerbaar tot groots en meeslepend, gebaseerd op de toekomstscenario’s van kennisinstituut Deltares in opdracht van Rijkswaterstaat.

1. Nederland geulenland (beschermend, open)

Na de schijnbaar eindeloze stortregen van de afgelopen weken kwam het water in de IJssel zo hoog te staan dat de Reevediepgeul voor het eerst in werking trad. De in 2017 opgeleverde ‘bypass’ vervoert water vanaf de rivier via het nabijgelegen Drontermeer naar het IJsselmeer en is haast uniek in zijn soort. Anders dan andere waterbeheertechnieken die ‘ruimte voor de rivier’ creëren, verwijdert de bypass overtollig water uit de stroom. Dat water kan dan of ergens anders heen, zoals bij de Reevediepgeul, maar kan ook weer teruggepompt worden bij laagwater, zoals bij de vergelijkbare hoogwatergeul Veessen-Wapenveld gebeurt. 

Zo’n watergeul sluit het best aan bij het voorgestelde scenario van de open bescherming. Deze oplossingsrichting ligt het meest in lijn met wat we tot nu toe hebben gedaan met onze dijken en het ‘ruimte voor de rivieren’-project. Hoewel het niet zeker is of deze oplossing voldoende zal zijn, zitten er een aantal serieuze voordelen aan: heel ingrijpend is het niet, we kennen de techniek al en het landschap bij rivieren of bij zee verandert nauwelijks. Daarnaast ontlasten de hoogwatergeulen zowel de rivieren als ook de kustgebieden. Die laatsten zullen zich nog wel tegen het almaar groeiende zeewater moeten beschermen, maar zullen daarbij geen rekening hoeven te houden met plotselinge toenames van rivierlozingen.

2. Fort Nederland (beschermend, gesloten)

Een nadeel van de voorgenoemde oplossing: als de zeespiegel aanzienlijk stijgt, maakt het niet uit dat we onze rivieren ook bij hoogwater onder controle hebben; dan kan rivierwater überhaupt niet wegstromen, en stroomt de zee via de rivieren het land in. Deltares geeft daarom als optie om de riviermondingen dan maar af te sluiten. Je moet je daarbij voorstellen dat we Nederland aan de kustzijde tot een groot fort omtoveren. Het rivierwater wordt daar dan overheen gekiept met enorme pompen. Een dagje zwemmen bij Egmond aan Zee zal er dan niet meer inzitten, maar we zijn wel beschermd tegen de zeespiegelstijging én hoeven ons ook weinig zorgen te maken over meer rivierwater. Dat kan ons huidige systeem, met een geul of twee erbij wel opvangen. Het blijft wel jammer van het zeezicht.

3. Fjord Nederland (meebewegen)

Als we zo’n muur echt te ongezellig vinden, kunnen we ervoor kiezen om mee te bewegen met de grillen van Moeder Natuurgeweld. In plaats van ons te verzetten tegen al dat water, kunnen we er ook mee leven. Zo zouden we drijvende wijken, of zelfs hele steden kunnen bouwen op zee, rivieren en gebieden die zonder ons ingrijpen onder water komen te staan. Daar wordt al veel over gedacht: in de Malediven is het Nederlandse architectenbureau Waterstudio.nl bezig de eerste ‘floating city’ te realiseren. De gemeente Amsterdam onderzoekt de mogelijkheid ook al. En ook Tegenlicht besteedde aandacht aan het idee van wonen met water, en stak haar licht op in Makoko, een wijk in Nigeria waar de inwoners al jaren met en op het water wonen. 

Helaas zal niet iedereen mee kunnen bewegen. Aangezien een groot en dichtbevolkt deel van Nederland onder water komt te staan, zullen heel wat Nederlanders noodgedwongen moeten migreren. Nicolaas Veul stelt in zijn documentaire de Klimaatverkenner Noorwegen voor als bestemming, een van de beste landen om de klimaatcrisis te overleven. Misschien ligt de toekomst van Nederland niet achter de muren van een fort, maar in ons eigen Noorse fjord. 

4. het Noordmeer (zeewaarts)

We kunnen ook kiezen voor het offensief. We geven geen land terug aan de zee, maar claimen juist meer van het water langs de hele kustlijn. Het klinkt als een enorme en dure opgave, en dat is het ook, maar het zal wel het minst veranderen aan Nederland en niemand hoeft naar Noorwegen. Een ambitieus aanvalsplan richting zee is De Haakse Zeedijk, waar Tegenlicht in de uitzending Waterlanders ook al aandacht aan besteedde. 


Het idee in het kort: We creëren een tweede kustlijn maximaal 25 kilometer van de kust en maken daarmee een randmeer langs de kust van Nederland, waar rivieren op uitkomen. Daar blijft het NAP gelijk aan het huidige niveau. Van die zeespiegelstijging merken we op het land niets meer. Bovendien kan rivierwater goed wegstromen. In combinatie met bijvoorbeeld oplossing 1 hoeven we ons dan nauwelijks zorgen te maken over extreem hoog rivierwater. Leuke bijverdienste is het nieuwe ecosysteem dat zo’n tweede kustlijn tot gevolg heeft. Volgens de initiatiefnemers zal 40.000 hectare nieuwe natuur ontstaan. De opgespoten kustlijn kan daarbij een nieuw recreatiegebied worden, met een duinachtig landschap en een diversiteit aan vegetatie en ander leven. Deze natuur is volgens De Haakse Zeedijk mede van belang voor de opname van CO2 en stikstof uit de lucht.