Willemijn durft vaak geen oogcontact met mensen te maken als ze aan het praten is, omdat ze bang is voor hun reacties op haar gestotter. In haar animatie 'o...ogcontact' komt ze haar grootste angst juist wél onder ogen.

over de maker

Willemijn maakt illustraties, animaties, video's en strips. Haar werk ontstaat altijd uit een soort drang om over haarzelf en de wereld te leren, en beiden te verbeteren. Dit kan in allerlei vormen: ze experimenteert vaak.

'Mijn werk is vaak heel erg persoonlijk, eerlijk en kwetsbaar, soms meer dan ik zelf zou willen. Die kwetsbaarheid compenseer ik vaak met humor.' Willemijn denkt veel na over wat ze wil doen in het leven en komt daarin bepaalde obstakels tegen, zoals stotteren en psychische problemen. 'Met mijn werk probeer ik over die obstakels heen te komen of ervan te leren.' Door humor te gebruiken zorgt ze dat mensen op een laagdrempelige manier kunnen gaan nadenken over psychische problemen. 

Mensen en het brein zijn grote inspiratiebronnen voor Willemijn. Ze houdt ervan om mensen te observeren en te tekenen: 'altijd andere lichamen, houdingen en verhalen'. Wat ze interessant vindt aan het brein, is dat je het kan trainen om beter voor jezelf en de wereld om je heen te zorgen.

Favoriete snack? 'instant noodles'

Willemijn Bolks

"Mijn werk is vaak heel erg persoonlijk, eerlijk en kwetsbaar, soms meer dan ik zelf zou willen.”

'massaal normaal'?

De afgelopen maanden is het me opgevallen dat hoe gek iets ook is, het kan normaal worden als het maar massaal genoeg wordt gedaan. We raken bijvoorbeeld gewend aan het dragen van mondkapjes en het houden van anderhalve meter afstand. Ik stelde mezelf de vraag: ‘waarvan zou ik graag willen dat het normaal werd?’ en bedacht me dat ik graag gewend wilde raken aan hoe sommige mensen op mijn stotteren reageren.

 

Ik stotter, en wanneer ik dat doe vermijd ik oogcontact met mensen omdat ik bang ben voor hun reactie. Elke verandering in gezichtsuitdrukking maakt me al gespannen. In mijn video heb ik mensen geanimeerd die precies de reacties geven die ik niet wil zien, met daaronder het geluid van mijn stotters (gehaald uit spraakberichten).

Door zo confronterend in te zoomen op de stotters en de reacties, en dus massaal onder ogen te moeten zien wat ik niet wil zien, is het de bedoeling dat het normaler wordt om ernaar te kijken; dat ik er gewend aan raak.