In een bos in Canada heeft Tim een David de Kabouter-moment.

We lopen om zeven uur ‘s ochtends door een bos in Canada en alles is zo mooi en zo veel dat het een beetje pijn in mijn buik doet. Op de bergtop voor ons komt de zon op. Steeds feller wordt het hoogste punt verlicht door die gasbol van hiernaast. De zon eet de schaduw op. Een warm bad vult de lucht.

Ik moet denken aan een oude foto waar ik met mijn zusje op sta: twee kleuters in een bos op de Veluwe op zoek naar David de Kabouter. We vonden hem niet, omdat we zochten in het verkeerde bos.

Nu snap ik ineens wat David al die tijd zong. Hij zong het heel vaak zelfs: ‘Leer te kijken naar wat achter bomen leeft en naar wat jou 's nachts je dromen geeft’. Maar nu pas voelde ik het.

Moeder Natuur is waarschijnlijk een voetbalvrouw of de kerstboom van Roy Donders.

Tim den Besten

Ik kijk om me heen en besef dat moeder natuur er flink wat geld in heeft gepompt. Als je niet beter zou weten, zou je denken dat ze nogal een opschepper is. En less is more is aan haar ook niet besteed. Moeder Natuur is waarschijnlijk een voetbalvrouw of de kerstboom van Roy Donders.

Het wordt warmer, en de natuur kijkt dwars door me heen. Ik kan gerust zeggen dat ik een David de Kabouter-moment heb. De bomen zijn mijn familie, want we zijn uit hetzelfde hout gesneden.

Wat typisch David zou zijn, is nu achter een boom vandaan springen om betweterig een stukje te zingen: ‘Feeën trollen toverdingen, vogels praten, vissen zingen’ en daarna met zijn ogen rollen en ‘Ik zei het toch’ zuchten. Waarna ik verontschuldigend zijn puntmuts zou kussen en zou zeggen dat al die luchten en dat water en de maan, dat het soms zoveel is.

En dan zou David de Kabouter zijn mobieltje uit zijn broekzakje pakken en zijn vrouw Lisa bellen om te zeggen dat hij vandaag iets later thuis is.